Lichtbeelden - vergroting met een lens
6 belangrijke vragen over Lichtbeelden - vergroting met een lens
Bij gelijke v en b is
Gegeven: 1,80 m grootte leerling wordt 80x verkleind op het scherm
AB=1,80 n=80
gevraagd: A'B'
Wat word bedoeld met
A een beeldafstand van 4,2 cm
B een vergroting van 1,6
C de grootte van het beeld
D een voorwerpsafstand van 12 cm
B dat het beeld 1,6x groter is dan het voorwerp
C de hoogte van het beeld
D dat de afstand van het voorwerp tot de lens 12 cm is
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Met een lens maak je een beeld op een scherm. je zet het voorwerp dichter bij de lens
A in welke richting moet je dan het scherm verschuiven om weer een beeld te krijgen?
B is dit beeld groter of kleiner geworden?
B groter
Gegeven: foto van 8 bij 10 cm N=6
gevraagd: opp A'B'
A'B'= N x AB = 6 x 8 = 48 cm
A'B'= N x AB = 6 x 10 = 60 cm
48 x 60 = 2880 = 2,9 x 10'3 cm'2
Een diaprojector vergroot een dia 30x. de dia is 3,0 cm breed en 2,0 cm hoog. het scherm waarop de dia scherp wordt afgebeeld is een vierkant met zijde van 1,0 m
A bereken hoe groot het opp is van het beeld
B bereken hoeveel m'2 van het scherm niet wordt belicht
A'B' = N x AB = 30 x 3,0 = 90 cm
A'B'= N x AB = 30 x 2,0 = 60 cm
90 x 60 = 5400 cm'2 = 0,54 m'2
B 1 x 1 = 1 - 0,54 = 0,46 m'2 niet belicht
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden