DNA - Genregulatie - Bereikbaarheid voor genexpressie

11 belangrijke vragen over DNA - Genregulatie - Bereikbaarheid voor genexpressie

Wanneer is door de chromatinestructuur transcriptie onmogelijk?

Of genen tot expressie komen, hangt in de eerste plaats af van de chromatinestructuur. Zijn de nucleosomen sterk aan elkaar verbonden, dan is transcriptie onmogelijk.

Op welke manier kan de chromatinestructuur veranderen tot een chromatinestructuur waarbij transcriptie mogelijk is?

Door zijgroepen aan de histonen te koppelen, verandert een cel de onderlinge binding van de nucleosomen. Aanhechting van acetylgroepen (-CO-CH3) aan de uiteinden van histonen (histonstaarten) bijvoorbeeld, vermindert de positieve lading van deze eiwitten. Hierdoor verandert de chromatinestructuur van dicht (heterochromatine) naar los (euchromatine), waardoor transcriptie in dit deel van het DNA kan toenemen.

Wat verandert er in de cellen van vrouwen waarbij een van beide X-chromosomen in de cellen is gedeactiveerd?

In een celkern is een donker bolletje te zien, de nucleolus (ofwel kernlichaampje). Dat DNA bevat diverse genen voor het maken van rRNA. Een andere donkere structuur ontstaat in de cellen bij vrouwen bij het deactiveren van een van beide X-chromosomen in de cellen bij vrouwen (lichaampje van Barr).

Dit X-chromosoom is strak opgerold en als een donkere structuur van heterochromatine tegen het kernmembraan zichtbaar. Het is niet steeds hetzelfde X-chromosoom dat in een cel is opgerold (en gedeactiveerd).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de functie van epigenetische factoren?

Een cel kan de chromatinestructuur aanpassen. Deze structuurwijzigingen van het chromatine veranderen niets aan de DNA-code, maar bepalen wel welke genen tot uiting kunnen komen. Het zijn epigenetische factoren, die invloed hebben op de expressie van het genoom.

Wat is een voorbeeld van hoe een cel via epigenetische invloed de structuur van een DNA-molecuul kan veranderen?

Naast het wijzigen van de chromatinestructuur, kan een cel via epigenetische invloed ook de structuur van een DNA-molecuul veranderen. Een cel kan bijvoorbeeld transcriptie blokkeren door de aanhechting van RNA-polymerase te verhinderen.

Hoe kan een cel de aanhechting van RNA-polymerase verhinderen?

De cel koppelt daartoe een methylgroep aan een deel van de cytosine-nucleotiden in de buurt van het promotordeel van een gen. Op deze wijze blokkeert een embryonale cel alle genen die op die plaats en op dat moment geen rol mogen spelen.

Een cel die bijvoorbeeld betrokken is bij de vorming van een oor, heeft daardoor alleen genen actief die bij dat specifieke proces betrokken zijn. Op deze wijze kunnen verschillende celtypen uit eenzelfde stamcel differentiëren.

Wat is het verschil tussen het genoom en het epigenoom in alle celtypen?

Alle celtypen hebben hetzelfde genoom, maar een ander epigenoom; in ieder type komt een andere set genen tot expressie, waardoor de celtypen zich verschillend ontwikkelen.

Hoe wordt de genexpressie bij een celdeling doorgegeven aan de dochtercellen?

Bij een celdeling krijgen dochtercellen (meestal) het methyleringspatroon van de moedercel. Speciale enzymen, methyltransferases, herkennen de gebieden waar in de oude streng een gemethyleerd cytosine zit. Het enzym hecht een methylgroep aan de cytosine in de nieuwgevormde streng. De genexpressie in de dochtercellen verloopt nu op eenzelfde manier.

Wat voor invloed heeft de epigenetica op de discussie over de nature-nurture-invloed?

Mensen kunnen ook via epigenetische regeling eigenschappen doorgeven aan hun kinderen. Dit is bijvoorbeeld aangetoond voor hart- en vaatziekten en stressgevoeligheid. De epigenetica heeft de discussie over de nature-nurture-invloed op het ontstaan van het fenotype een minder scherpe scheiding gegeven.

Wanneer wordt een (groot) deel van de genen gereset door het proces van methylering terug te draaien?

Het proces van methylering is omkeerbaar; enzymen kunnen de CH3-groepen verwijderen en zo de expressie van genen mogelijk maken wanneer dat nodig is. Zo’n reset van genen gebeurt voor een (groot) deel bij de voortplanting in de geslachtscellen of kort na de bevruchting in het embryo. Dit kan leiden tot verschillend gemethyleerde allelen op de chromosomen afkomstig van de vader en de moeder.

Wat wordt bedoeld met genomische imprinting?

Naast het dominant en recessief overerven van eigenschappen is er een kleine kans (circa 1%) dat methylering invloed heeft op het fenotype van de nakomeling, bijvoorbeeld als een allel dat dominant overerft is uitgeschakeld en het allel van de andere ouder recessief is. Deze manier van uitschakelen van genen heet genomische imprinting.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo