Startpagina / Samenvattingen / Nederlands Taalkunde I: Hoorcollege / spreker-satellieten-zinsmodificeerders

Satellieten en zinsmodificeerders - Zinskern en periferie

4 belangrijke vragen over Satellieten en zinsmodificeerders - Zinskern en periferie

Welke zinsdelen behoren tot de periferie?

We delen de zinsdelen in de periferie in in twee hoofdsoorten:

satellieten
zinsmodificeerders

Wat is het belangrijkste onderscheid tussen satellieten en zinsmodificeerders?

Dit onderscheid kun je veralgemenend vatten in de oppositie objectief (satellieten) en subjectief (zinsmodificeerders).

Geef wat meer uitleg over de satellieten

Satellieten gaan over de plaats, tijdstip, middel, reden, wijze, gevolg… Wat ze gemeenschappelijk hebben is dat je ze kunt bevragen: Gisteren heeft mijn collega voor de lol drie uur lang gedichten gereciteerd in de bikerclub: iemand reciteert iets. De vetgedrukte zinsdelen geven extra informatie die je kunt bevragen: waar, wanneer, waarom, hoelang… Objectief in de zin dat het ingrediënten zijn van de situatie die zich daar afspeelt en die je als spreker expliciteert. Daarmee maak je het verslag van de situatie uitgebreider, je geeft meer details.

Geef wat meer uitleg over de zinsmodificeerders

Zinsmodificeerder, bv. jammer genoeg: Ze heeft jammer genoeg geen contact meer met haar schoolvriendinnen. Dit zinsdeel geeft geen extra informatie over wat er beschreven wordt. Je kunt ook geen vraagzin bouwen dat als antwoord jammer genoeg zou hebben. Het gaat in dit geval om een inschatting door de spreker. De betekenis is subjectiever. Je geeft als spreker mee dat je het feit dat ze geen contact meer heeft met haar oude schoolvriendinnen betreurt. Als spreker ben je sterker aanwezig in de zin als je een zinsmodificeerder gebruikt. Je geeft je eigen inschatting mee aan de hoorder.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Nederlands Taalkunde I: Hoorcollege

Bekijk samenvatting