Samenvatting: Nederlandse Taalkunde I: Woordsoorten
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Nederlandse Taalkunde I: Woordsoorten
-
1 Woordsoorten
-
1.1 Zelfstandig naamwoord (nomen, substantief)
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat doet een zelfstandig naamwoord op semantisch vlak?
Een zelfstandig naamwoordNOEMT eenentiteit (iets/iemand) in debuitentalige werkelijkheid, duidt een zelfstandigheid aan, bv. stoel, kabouter, gedicht, hersenen, melk, Vlaanderen, Kamala, gebruik… -
Wat is er speciaal aan het zelfstandig naamwoord melk?
Het is eensoortnaam , heeftgeen meervoud en ook geen verkleinvorm -
Wat is er speciaal aan de zelfstandige naamwoorden Vlaanderen & Kamala?
Ze noemen respectievelijk een regio en een persoon -
Wat zijn de morfologische kenmerken van zelfstandige naamwoorden?
Zelfstandige naamwoorden hebben een- Meervoudsvorm
- Verkleinwoord
- Genus:
de-woorden (m/v) enhet-woorden (o)
- Meervoudsvorm
-
Wat is er speciaal aan het zelfstandig naamwoord hersenen?
Het heeft geen enkelvoudige vorm, is op zich al meervoudig -
Wat zijn de syntactische kenmerken van het zelfstandig naamwoord?
Een zelfstandig naamwoord oefent (meestal) eenfunctie uit opconstituentniveau en vormt deKERN van eennominale constituent (NC)
De Amerikaanse dichteres Amanda Gorman: kern dichteres, de rest zijn bepalingen
de nieuwe president: kern president
Het substantief kan ook een rechtstreekse functie hebben op zinsniveau.
Melk is goed voor elk: kern van NC melk (bestaat maar uit 1 woord) + subject op zinsniveau -
1.2 Lidwoord
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Welk onderscheid kunnen we maken tussen de lidwoorden op semantisch vlak?
bepaald (de, het) vs.onbepaald (een)
- het: onzijdige substantieven
- de: mannelijke en vrouwelijke substantieven -
Wat zijn de morfologische kenmerken van het lidwoord?
geen specifieke vormveranderingen of -kenmerken -
Hoe gedraagt het lidwoord zich op syntactisch vlak?
Staat altijdvóór het zn, bv. Het/een kind, de/een man =determinator in NC
> Let op:Het kind, ik zie het = 2e het is persoonlijkvoornaamwoord, wordt niet gevolgd door een zelfstandig naamwoord -
1.3 Bijvoeglijk naamwoord (adjectief)
Dit is een preview. Er zijn 12 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat doet een adjectief op semantisch vlak?
Geeft meestal naderebijzonderheid bij zelfstandig naamwoord:- eigenschap: een grote man, een
hardleerse student
- toestand: een ziek kind, een
beschonken student, het zwembad is vervuild, zijn toestand is kritiek
- eigenschap: een grote man, een
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Nederlandse Taalkunde I: Woordsoorten
-
Inleiding - Bijvoeglijk naamwoord (adjectief)
-
Inleiding - Tel- en hoeveelheidswoorden
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Persoonlijk voornaamwoord (pronomen)
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Bezittelijk voornaamwoord
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Vragend voornaamwoord
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Aanwijzend voornaamwoord
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Betrekkelijk voornaamwoord (relativum)
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Onbepaald voornaamwoord
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Wederkerend voornaamwoord (reflexief pronomen)
-
Inleiding - Voornaamwoord (pronomen) - Wederzijds voornaamwoord (reciprook pronomen)
-
Inleiding - Werkwoord
-
Inleiding - Voegwoord
-
Inleiding - Bijwoord - Voorbijwoord
-
Inleiding - Bijwoord - Voornaamwoordelijk bijwoord