Psychometrie in klinische neuropsychologie

19 belangrijke vragen over Psychometrie in klinische neuropsychologie

Wat zijn de twee bekenste mathematische modellen bij de constructie van tests?

klassieke testtheorie (KTT) en de item-responstheorie (IRT)

Wat is het uitgangspunt van de KTT?

Dat een testscore is opgebouwd uit een werkelijke (ware) score en een gedeelte dat als meetfout geldt. Een instrument moet dus betrouwbaar zijn om de ware score zo precies mogelijk te schatten.

Wat is het uitgangspunt van IRT?

Er wordt gebruik gemaakt van responspatronen. De nadruk ligt op de indivudele items van een test en op de relatie tussen de respons op een item en het te meten kenmerk.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het belangrijkste voordeel van KTT boven IRT?

KTT is eenvoudiger dan IRT en toegankelijker. Bij de KTT werkt de testconstructie vrijwel altijd. Bij IRT worden vaak grote aantallenitems verworpen.

Noem enkele praktische problemen bij NPO.

  • Een ziek/beschadigd brein is vaak dynamisch. prestaties kunnen grote schommelingen vertonen.
  • Het isoleren van de te meten functie.
  • Cognitieve functies beïnvloeden elkaar en zijn hiërarchisch georganiseerd
  • Veel algemene en specifieke factoren die het functioneren beïnvloeden.

Welke methodes kunnen gebruikt worden voor het bepalen van de betrouwbaarheid van een test?

  1. interne consistentiemethode; mate waarin items uit test eenzelfde construct meten (alpha, split-half, spearman-brown)
  2. parallelvormmethode; correlatie met een parallel test.
  3. Test-hertestmethode; correlatie tussen twee afnamen bij eenzelfde groep proefpersonen.
  4. interbeoordelaarsbetrouwbaarheid; de samenhang tussen gegeven oordelen.

Wat is de formule van de standaartmeetfout?

Sx= standaarddeviatie
Rxx=betrouwbaarheid

Waar is de standaardmeetfout op gebaseerd?

De aanname dat de meetfouten normaal verdeeld zijn rondom de ware score.
Houdt geen rekening met regressie naar het gemiddeld (van extreme meetuitslagen)

Waar is de standaardschattingsfout op gebaseerd?

Een benadering die gebruik maakt van lineaire regressie en daardoor wel rekening houdt met regressie naar het gemiddelde.

Wat is begripsvaliditeit? Waar kan het in opgedeeld worden?

Begripsvaliditeit, ook wel constructvaliditeit, gaat over de vraag of testresultaten wel werkelijk een indicatie zijn voor het begrip waarover je een uitspraak wilt doen. kan opgedeeld worden in convergente validiteit en divergente validiteit.

Waar zijn concurrente en predictieve validiteit onderdeel van en wat houden ze in?

Onderdeel van criteriumvaliditeit. In welke mate een test voorspellende waarde heeft.
Concurrente validiteit; beschouwt in hoeverre de testresultaten correleren met gelijktijdige beschikbare criteriumgegevens.
Predictieve validiteit; heeft betrekking op de vraag in hoeverre een test kan voorspellen wat het in theorie moet kunnen voorspellen. a.d.h.v. testscores voorspellen hoe de participant werkelijk gaat gedragen

Wat blijft het grootste probleem bij het interpreteren van testprestaties?

Het ontbreken van normen of de vele onbetrouwbare of niet-representatieve normen.

Waar hangt de nauwkeurigheid van een diagnostische beslissing van af?

De sensitiviteit en specificiteit van een test.

Wat betekend specificiteit? Geef de formule

De kans dat een gezonde persoon een score boven het afkappunt heft. Dus hoe goed een test in staat is de personen zonder de stoornis of de ziekte ook als zodanig te herkennen.

Wat meet de oppervaltke onder de ROC-(receiver operating characteristics) curve?

Dit is een maat voor het onderscheidend  vermogen van een test. Maximale waarde = 1 minimale waarde is 0,5.

Wat is de negatieve voorspellende waarde? Geef de berekening.

Het aantal personen dat negatief scoort op de test, en die niet aan de ziekte lijden.

Waar hangen de positieve en negatieve voorspellende waarden van af?

  • sensitiviteit
  • specificiteit
  • prevalentie binnen de populatie.

Wat zijn de twee bekendste mathematische modellen bij de constructie van tests?

klassieke testtheorie (KTT) nadruk op betrouwbaarheid en "ware score" met kleine meetfout. Grootste voordeel: eenvoudiger en toegankelijker. Nadruk ligt op de betrouwbaarheid van de test.
en de item-responstheorie (IRT) nadruk op responspatronen. Item-responsfunctie: de kans dat een proefpersoon het correcte respons geeft op een item die dit kenmerk probeert te meten. Y-as= moeilijkheid X-as i vaardigheid. Hoe moeilijker hoe meer naar recht, steilheid curve is onderscheidend vermogen. Idealiter een monotoon stijgende S curve.

Standaardschattingsfout (Test)

x=gevonden score
rxx= de betrouwbaarheid
X= gemiddelde van de test
1-rxx= je meet dan de kans dat de test niet meet wat hij pretendeert te meten.

Hierbij wordt wel rekening gehouden met de scheve verdeling en dat verder van het gemiddelde de uitspraken voorzichtiger moeten zijn.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo