Perceptie en motorcontrol

17 belangrijke vragen over Perceptie en motorcontrol

Optische illusies: hoe komt het dat je wat anders ziet/waarneemt/dat er een trucje is?

je hersens zijn gewend bepaalde beelden op bepaalde manier te zien (vogels niet opsekop oid). dit is aangeleerd, en is dan ook de meest eerste manier waarop je brein het waarneemt. je hersens zijn niet gek op veranderin

Noem de vier levels die een stimulus door moet maken om een actie te kunnen genereren bij een persoon

1. level 1 is registratie. signalen van buitenaf worden door de perifere delen zoals oren/ogen/tong  opgepikt.
2. is nog onderbewust. de meeste info is al weer door de meeste onderdelen van de informatieprocessort gegaan. je reflexen zitten hier (dat je je hand wegtrekt bij hitte etc)
3. interne representatie van de buitenwereld wordt gemaakt. je bent je nog niet bewust van de waarneming, gaat ook in je onderbewustzijn.
4. dit is top-level, hier ga je prikkels interpreteren. motor-responses komen hier vandaan. welgeplande bewegingen, geen reflexen meer! is gecontroleerd. 

Auditieve perceptie. het verloop in vier stappen :)

1. begint bij de cohclea in het oor. hier wordt de stimulus ontvangen
2. inferieure colliculus. er wordt niets bewust waargenomen, stuurt door naar de thalamus.
3. vanaf de thalamus gaat het naar je primaire auditieve cortex in de temporaalkwab
4. herkenning: prefrontaalkwab en parietaalkwab (motorische reactie denk ik)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Somatosensorische perceptie. het verloop in vier stappen :)

1. verschillende receptoren voor pijn/warmte etc. zitten in je ruggengraat.
2. informatie naar de thalamus.
3. gaat naar de somatesensorische cortex, dit is die ribbel naast de motor cortex.
4. prefrontaalkwab, parietaalkwab

Visuele perceptie. het verloop in vier stappen :)

1. komt binnen op het retina van je oog, op de kegels en staven. komt bij het optisch chiasma
2. bij de thalamus
3. komt in de visuele cortex (occipitaalkwab)
4. prefrontaalkwab, parietaalkwab

In de occipitaalkwab zitten vijf losse gespecialiseerde gebieden, welke?

V1: orientatie, beweging en lichtfrequentie
V2:  ???
V3: vorm
V4: kleur
V5: beweging

Er zijn twee routes via de occipitaalkwab, de wat en waarroute. leg uit wat het verschil is

where-route: is visuo-spatiele perceptive (locatie, orientatie en beweging). dit is de dorsale route.

what-route: objectpermanentie. ventrale route.

Wat is conversion disorder? hoe behandel je het?

 wordt veroorzaakt door acute stress/angst of woede. wordt gekarakteriseerd door neurologische symptomen omdat de perceptuele en motorcontrol verstoord word. mensen ervaren gevoelloosheid, blind, hallucinaties, paralyse, tics. behandeling met fysio, occupational therapie, consultatie, angstremmende medicatie, stressregulatietherapie. 

Noem drie hiërarchische functionaliteiten van de motorcortex

1. reflexen 2. houding en automatische beweging 3. geplande bewegingen

Noem drie hiërarchische neuro/anatomische delen van de motorcortex

1. in beweging zetten van spieren door de neuronen in je ruggengraat. 2. je hersenstam bemoeit zich ermee. 3. bemoeienis van corticale gebieden.

Door welke twee onderdelen van het brein wordt de motorcortex beïnvloed?

de basale ganglia(zit om de thalamus heen) en het cerebellum, welke invloed heeft op je balans, houding, coördinatie, precisie en timing. 

Benoem de weg die een prikkel aan de motorcortex doorloopt (7?)

1 prikkel komt binnen
2. gaat naar de ruggengraat
3. hersenstam
4. thalamus.
5. cerebrale cortex
6. basale ganglia en cerebellum communiceren..
7. terug via dezelfde weg gaat een reactie op de prikkel 

Basale ganglia. waar communiceert deze mee als het op motoriek neerkomt?

krijgt input van de cerebrale cortex, en doet een output naar frontaalkwab (inclusief pre- en primary motor cortex, orbito- en prefrontale cortex)

Welke twee wegen zijn er voor de dopamine bij motorcontrol, en wat onderscheid ze?

mesolimbische weg. dit is belangrijk voor emotie/motivatie
nigrostratiale weg. hier richt de medicatie bij parkinson zich op. (heeft dus te maken met het inhiberen van ongewenste beweging?)

Welke twee stoornissen kennen samenhang met problemen met motorcontrol?

ADHD en ticstoornissen. deze zijn geassocieerd aan corticale of dopamineregulatieproblemen

Wat is de maturation theory (rijpingstheorie)? 

 de ontwikkeling (van motor/perceptie) is bijna helemaal exclusief  bepaald door de aangeboren genetische karakteristieken en programmering 

Wat is de dynamic systems approach als het aankomt op motor/perceptie?

de ontwikkeling wordt bepaald door interacties tussen het individu en de ontwikkeling

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo