Samenvatting: Neurowetenschappen

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Neurowetenschappen

  • 11 Pijnstilling

  • 11.2 Complicaties van pijnmedicatie

  • Wat zijn de mogelijke complicaties van aspirine, NSAID, corticosteroïden, Cox-2 selectieve inhibitoren en colchicine?

    Zie ChatGPT voor meer uitbreiding
  • 14 Craniale zenuwen

  • 14.9 Uitvalsverschijnselen

    Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 14.9
    Laat hier meer flashcards zien

  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw I.

    1. Nervus olfactorius (craniale zenuw I)
    • Functie: Verantwoordelijk voor het reukvermogen.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Anosmie (verlies van reukvermogen).
      • Dit kan optreden bij schade aan de olfactorische zenuwvezels door trauma of tumoren in de reukbaan.
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw II.

    2. Nervus opticus (craniale zenuw II)
    • Functie: Verantwoordelijk voor het gezichtsvermogen.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Monoculaire blindheid bij uitval van één oog (schade aan de zenuwvezels in het oog zelf).
      • Bitemporale hemianopsie bij beschadiging van de chiasma opticum (bijvoorbeeld door een tumor in de hypofyse).
      • Homonieme hemianopsie bij laesies in de optische banen of hersenstam (bijvoorbeeld ischemie of tumor in de hersenen).
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw III.

    3. Nervus oculomotorius (craniale zenuw III)
    • Functie: Motorische innervatie van de meeste oogspieren (behalve de bovenste schuine en laterale rectus).
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Ptosis (hangend ooglid door verzwakking van de m. levator palpebrae).
      • Diplopie (dubbeltzien) door uitval van de oogbewegingen.
      • Mydriasis (vergroting van de pupil door verlies van de pupillaire reflex).
      • Vaak gepaard met convergentie-defecten en oogbol-uitval bij hersenstamletsel.
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw IV.

    4. Nervus trochlearis (craniale zenuw IV)
    • Functie: Motorische innervatie van de bovenste schuine oogspier.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Diplopie (dubbeltzien) bij naar beneden en naar binnen kijken.
      • Verlies van oogrotatie naar beneden als het oog naar binnen wordt gedraaid.
      • Vaak gerelateerd aan hersenzwelling of hersentumoren.
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw V.

    5. Nervus trigeminus (craniale zenuw V)
    • Functie: Sensibel voor het gezicht en motorisch voor de kauwspieren.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Sensibele uitval in delen van het gezicht (op basis van de takken V1, V2 of V3).
      • Motorische zwakte van de kauwspieren (bijvoorbeeld bij een perifere laesie van de nervus trigeminus).
      • Neuropathische pijn zoals bij trigeminusneuralgie (veelvoorkomend bij uitval of irritatie van de zenuw).
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw VI.

    6. Nervus abducens (craniale zenuw VI)
    • Functie: Motorische innervatie van de laterale rectus oogspier.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Diplopie (dubbeltzien) bij naar buiten kijken.
      • Convergentie-defecten (moeite met laterale oogbewegingen).
      • Laesies van de nervus abducens kunnen wijzen op tumoren of hersenstamlaesies.
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw VII.

    7. Nervus facialis (craniale zenuw VII)
    • Functie: Motorisch voor de gezichtsspieren, en voor smaak (voor 2/3 van de tong), en parasympathisch voor traanklieren, speekselklieren.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Perifere facialisverlamming: asymmetrie van de gezichtsspieren (bijvoorbeeld Bell's palsy).
      • Hyperacusis (overgevoeligheid voor geluid) door uitval van de stapedius spier.
      • Smaakverlies in het voorste deel van de tong.
      • Bij centrale laesies kan er enkel zwakte aan de contralaterale onderste gezichtsspieren zijn (bovenste gezichtsspieren behouden bilaterale controle).
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw VIII.

    8. Nervus vestibulocochlearis (craniale zenuw VIII)
    • Functie: Verantwoordelijk voor gehoor en evenwicht.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Dui­zel­lig­heid en evenwichtstoornissen (bij uitval van de vestibulaire tak).
      • Hoorverlies en tinnitus bij uitval van de cochleaire tak.
      • Nystagmus (onwillekeurige oogbewegingen) kan optreden door disfunctie van het evenwichtsorgaan.
  • Uitvalsverschijnselen in het innervatiegebied van craniale zenuw IX.

    9. Nervus glossopharyngeus (craniale zenuw IX)
    • Functie: Sensibel voor de keel, tong en gehoorgang. Motorisch voor de stylopharyngeus spier en parasympathisch voor speekselklieren.
    • Uitvalsverschijnselen:
      • Smaakverlies achter op de tong.
      • Verlies van keelsensatie (bij bijvoorbeeld slikstoornissen).
      • Verzwakking van de pharynx-contractie (moeilijkheden met slikken).

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Neurowetenschappen