Samenvatting: Nieuw Nederlands (5E Editie) 4/5H | 9789001843618 | Frank, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Nieuw nederlands (5e editie) 4/5h | 9789001843618 | Frank, H.

• 1 Cursus leesvaardigheid

• 1.1 leesstrategieën

  Dit is een preview. Er zijn 22 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is de leesdoel bij globaal lezen?

  Deelonderwerpen vaststellen.

• Wat is het doel van globaal lezen

  Deelonderwerpen vaststellen

• Wat is het doel van intensief lezen

  De tekst goed begrijpen en de hoofdzaken van de tekst vinden

• Wat is het doel van zoekend lezen

  Bruikbare informatie vinden

• Wat is het doel van kritisch lezen

  De betrouwbaarheid van de informatie en de argumentatie in een tekst beoordelen

• Wat is de aanpak bij globaal lezen?

  Lees de voorkeursplaatsen:
  

  • Eerste alinea's en laatste alinea's
  • Eerste en laatste zin van tussenliggende alinea's

  Let op tussenkoppen en witregels.

• Wat is de aanpak bij intensief lezen?

  • Lees de tekst helemaal
  • Stel de betekenis van moeilijke woorden vast
  • Zoek naar kernzinnen van alinea's en naar signaalwoorden die verbanden aangeven (middenstuk)
  • Bepaal de hoofdgedachte (inleiding of slot)

• Wat is de aanpak bij kritisch lezen?

  Stel vast:
  

  • Is de informatie juist, volledig en niet eenzijdig?
  • Is de auteur deskundig en onpartijdig?
  • Noemt de auteur bronnen? Hoe actueel zijn ze?
  • Geeft de auteur voldoende (onderbouwde) argumenten?
  • Noemt en weerlegt de auteur belangrijke tegenargumenten?
  • Bevat de tekst drogredenen? 
    

• Wat is de aanpak bij studerend lezen?

  • Lees de tekst oriënterend, globaal en intensief.
  • Maak overhoorvragen.
  • Maak een uittreksel.
  • Probeer of je de bedachte vragen kunt beantwoorden.
  • Lees je uittreksel enkele malen door.

• 1.1.1 persoonsvorm

  Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat doe je bij tt enkelvoud

  Pv: als stam ( als er ik bij sta/ jij achter)
  Pv: stam + t  (alle andere gevallen)