Retoriek en reclamewerking - reclame
7 belangrijke vragen over Retoriek en reclamewerking - reclame
Op welk lineaire proces van blootstelling tot uiteindelijk gedrag zijn reclames gebaseerd?
A = attention: aandacht die je hebt
I = interest: heb ik dit nodig ja/nee
D = desire: evaluatie, positief of negatief?
A = action: overgaan tot actie
Wat houdt het standard hierarchy of effect model in? Op welke drie factoren is het model gebaseerd?
- Cognitief: wat gebeurt er in je hoofd? Bepaalde ideëen, informatie-eenheden die je verzamelt over een product. Deo: lekker ruiken, onweerstaanbaar
- Affective: bepaalde emoties. Die kennis ga je positief of negatief evalueren. Wil je onweerstaanbaar zijn? Ja, positieve attitude
- Behavioral/experience: besluiten tot aanschaf. Bepaalde actie, kopen van het product.
Wat zijn de drie verschillende onderdelen waar de advertentiestrategie uit bestaat?
- Brand awareness
- Brand attitude
- campagne-evaluatie
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat betekent brand awareness?
- Recall: opnoemen welke je kent
- Recognition: aanvinken welke je kent
- Top of mind awareness (TOMA): merk herkennen.
Wat betekent brand attitude?
- Cognitieve component (beliefs): dreft 2x
- Affectieve component: evaluatie/attitude. Als je dreft goed vindt...
- Intentie: hamsteren, tweede gratis. Dat zet aan tot actie.
Wat betekent campagne-evaluatie? Waar wordt attitude verder in verdeeld?
- Attitude toward ad (Aad) = wat vind je van de advertentie?
- Attitude towards the brand (Ab) = wat vind je van het merk?
Wat is het verschil tussen low involvement en high involvement?
High: hoge risico's, hoge prijs, grotere cognitieve effort
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden