Samenvatting: Oefenvragen | 7642372838665 | jody

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van oefenvragen | 7642372838665 | jody

• 1 Verleden en 1980

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Beschrijf hoe er tegen ‘’gekken’’ aangekeken werd vanaf de 17e eeuw tot aan Freud.

  
  Middeleeuwen: alles wat anders is dan normaal is gek.
  Voorbeeld:
  -Opvallende gekte werd beschouwd als teken van duivelse bezetenheid. Mensen moesten boete doen, eindigde in de gevangenis of op de brandstapel.
   
  17e eeuw
  Met de toenemende invloed van de geneeskunde, sprak men van krankzinnigheid en geestesziekte.
  Voor de gestorende zieken was de behandeling opsluiting in speciale gestichten of asielen, waar ze vaak in mensonwaardige omstandigheden leefden.
   
  19e eeuw.
  De zenuwziekten kreeg een aparte plaats in de geneeskunde. Ze werden nu geordend volgens een eigen classificatiesysteem. De asielen werden geleidelijk omgevormd tot ziekenhuizen, waar de verzorging verbeterde maar behandeling beperkt bleef.

• Leg uit wat er wordt verstaan onder het criterium van wetenschappelijke consensus

  Verschillende beoordelaars moeten in staat zijn om te komen tot een zelfde conclusie over een psychiatrische stoornis. Dit voorkomt dat een beoordelaar conclusies trekt op grond van zijn eigen normenstelsel

• Leg uit hoe de schrijvers de begrippen psychopathologie en psychiatrie definieren?

  Psychopathologie: de wetenschappelijke kennis die ten grondslag ligt aan de psychiatrie
  
  Psychiatrie:  een toegepaste wetenschap over psychopathologie

• Wat is het criterium voor een gedwongen opname?

  Gevaarcriterium: als er sprake is van gevaar voor de patiënt zelf of zijn/haar omgeving

• 2 DSM

  Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat wordt verstaan onder As 1: Klinische Stoornissen (2)

  1. Hoofddiagnose, de reden waarom contact gezocht is met de hulpverlener.
  2. Stemming en angststoornissen

• Wat wordt verstaan onder As 4: Psychosociale en omgevingsproblemen? (2)

  1. Het gaat om alle psychosociale problemen die zich in het afgelopen jaar hebben voorgedaan en die de diagnose, behandeling of prognose van de psychiatrische stoornis beïnvloeden. Het kan gaan om:
  - Negatieve levensgebeurtenis.
  -Omgevingsproblemen.
  -Economische problemen.
  -Studie- of werkproblemen.
  -Problemen in familie- en andere persoonlijke relaties.
  2. Bij deze as vooral aandacht voor de sociale context van de patiënten

• Casus meisje met wisselende sociale contacten en laag zelfbeeld. Diagnose en welke cluster DSM?

  Bordeline-persoonlijkheidsstoornis= er is sprake van sterke schommelingen in zelfbeeld, relaties en stemming. Deze mensen zijn heel onzeker over zichzelf. Sociale contacten wisselen om de haverklap en steeds is er sprake van conflicten. Stoms treedt hevige boosheid op. Kan leiden tot zelfverwonding of gewelddadig gedrag. Deze stoornis wordt ook wel emotieregulatiestoornis genoemd. Ze zijn impulsief en hebben soms eetbuiten, roekeloosheid, misbruik van alcohol en drugs.
  Cluster: Persoonlijkheidsstoornissen

• Trudie, 28 jaar, heeft last van angsten. Zij durft geen contacten met mensen aan te gaan. Is de DSM IV en DSM V in deze situatie bruikbaar om die angsten te verklaren?

  Nee, de DSM IV en DSM V zijn bedoeld om een beschrijving te geven aan de klachten of symptomen, niet om ze te verklaren.

• Welke termijn wordt in het algemeen in de DSM IV gebruikt om iets chronisch te noemen?

  Langer dan 6 maanden

• 3 Angststoornissen

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
  Laat hier meer flashcards zien

• Man heeft last van vliegangst. Wilt geholpen worden, maar niet iemand hebben die te diep wilt graven. Waar kan je hem het beste naartoe verwijzen?

  Ik raad exposure in vivo aan.
  Exposure is een onderdeel uit de gedragstherapie; client wordt blootgesteld aan zijn angst.
  Dit valt onder de stroming: leertheorie (behaviorisme). 
  Wat je naast exposure kan gebruiken is cognitieve gedragstherapie, hiermee leert de man de gedachte om te zetten.