Samenvatting: Omzetbelasting | 9789013152166 | Hilten

Samenvatting: Omzetbelasting | 9789013152166 | Hilten Afbeelding van boekomslag
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Omzetbelasting | 9789013152166 | Hilten

  • 1 Inleiding

    Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Welke drie soorten rechtskarakter kan de omzet belasting hebben en waarom is dit belangrijk om te weten?

    1. Verkeersbelasting
    2. Productiebelasting
    3. Verbruiksbelasting
     
    het is van belang om het verschil te kennen ivm de wettelijke opbouw en de interpretatie van de wettelijke bepalingen.
  • hoe kan  een verbruiksbelasting omschreven worden?

    Als een belasting die de consumptie beoogt te belasten en dat doet door de besteding als maatstaaf van die consumptie te hanteren.
  • Hoe wordt 'consumptie' in de economie omschreven?

    Consumptie: het direct en uiteindelijke gebruik van goederen en diensten ter bevrediging van de behoeften van particulieren.
  • Wat is een directe cq indirecte verbruiksbelasting?

    Direct: heffing bij consument
    indirect: heffing bij degene bij wie de consument zijn besteding doet.
  • Leg uit wat het verschil is tussen objectieve en subjectieve belastingen.

    Objectieve: Op het object gericht -> indirecte belastingen

    Subjectieve:  op het subject gericht -> directe belastingen
  • Welke twee soorten verbruiksbelasting zijn er?

    Algemene verbruiksbelasting: Betrekt in beginsel alle bestedingen van de consument in de heffing. (Omzetbelasting)

    bijzondere verbruiksbelasting: Belasten alleen bepaalde producten (accijnzen)
  • Hoe ziet het schema er uit als de directe & indirecte belastingen gecombineerd worden met algemene & bijzondere verbruiksbelastingen

    I: Algemene verbruiksbelasting
     A: algemene indirecte verbruiksbelasting (NL omzetbelasting)
     B: Algemene directe verbruiksbelasting (Wordt niet geheven)

    II: Bijzondere verbruiksbelasting
      A: Bijzondere indirecte verbruiksbelasting (Accijnzen)
      B: bijzondere directe verbruiksbelasting (wordt niet meer geheven tenzij de gemeentelijke onroerende zaakbelasting zo wordt gezien)
  • Wat zijn de kenmerken van een verbruiksbelasting?

    1. Belastingheffing in het land van consumptie
    2. Op uitgevoerde goederen mag geen belasting drukken
    3. Geen verschil mag er zijn tussen in het land zelf geproduceerde goederen en geimporteerde goederen.
  • Wat is het verschil tussen invoerrecht en verbruiksbelasting?

    Invoerrechten beogen de binnenlandse markt te beschermen.

    Verbruiksbelasting is een compenserende heffing.
  • Wat zijn 'derde landen' volgens de omzetbel?

    Niet tot de EU behorende landen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart