Vermogensstructuur - Extra verplichtingen van een aandeelhouder

3 belangrijke vragen over Vermogensstructuur - Extra verplichtingen van een aandeelhouder

Wat is het uitgangspunt waartoe een aandeelhouder is gehouden?

Het uitgangspunt is dat een aandeelhouder tot niet meer gehouden  is dan volstorting van zijn aandelen. 2:64/175 BW.
Ook is een aandeelhouder niet aansprakelijk voor hetgeen in naam van de vennootschap is verricht. 2:81 BW en 2:192 BW.

Kan er zonder instemming van de aandeelhouder verplichtingen worden opgelegd?

Nee. Maar met instemming an de aandeelhouder kan dit wel 2:64/175 is dus niet absoluut.

Wat bepaalt art 2:192 lid 1 BW voor de bv als het gaat om het opleggen van verplichtingen?

Di artikel bepaalt dat de statuten kunnen bepalen dat verplichtingen van verbintenisrechtelijke aard jegens de vennootschap of derden of tussen aandeelhouders, aan het aandeelhouderschap zijn verbonden. Deze kunnen niet tegen de wil van de aandeelhouder worden opgelegd.
Let op:
Dat art 2:64 lid 1 BW en 2:81 BW voor de nv andersluidend is verwoord, neemt niet weg dat daarmee voor de nv hetzelfde is bedoeld als in 2:192 lid 1 onder a BW voor de bv.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo