Klassenmanagement - conflicthantering -groepsdynamica
13 belangrijke vragen over Klassenmanagement - conflicthantering -groepsdynamica
Wat doet de roos van Leary?
Hoe breng je roos van Leary in praktijk?
- Reguleren
- Monitoren
- Cognitief
- Expressie
Afstand
- Intieme afstand (10-50cm)
- Persoonlijke afstand (50 – 150cm)
- Sociale afstand (150cm – 4 meter)
- Openbare afstand (4 meter en meer)
Gezichtsuitdrukking
- Overtuigingskracht
- Contact maken
- Congruentie
Lichaamshouding en gebaren
- Rust
- Omvang
Stemgebruik
Hoe zorg je voor een goed continu signaal (Kounin)?
- Activerende didactiek
- Maak de les zinvol, motiveer de lesdoelen
- Genoeg variatie in werkvormen en opdrachten
2. Uitvoering
- contact maken (oogcontact & welkom heten bij de deur)
- regie houden (alle communicatie via de docent)
- positief gedrag benoemen
3. Wisselmomenten
- wisselmomenten in de activiteit (gebruik whhtuk)
- wisselmomenten in aandacht (wat-hoe en waarom model: hoe wil je het zelf hebben?)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe zorg je voor alertheid (Kounin)?
- Alertheid op namen
- Alertheid als teken van leiderschap (motiveert, organiseert, is de baas)
- Alertheid in woord en gebaar (je gedrag moet kracht spreken)
Hoe zorg je voor overlappen (Kounin)?
Ik-boodschap
Hoe houd je de klas erbij volgens Kounin?
- Goochelen met je kleding (1up)
- Goochelen met de leerstof (behapbare vorm en differentiëren)
- Goochelen met focus (bliksemafleiden)
Hoe werkt leerlingverantwoordelijkheid volgens Kounin?
Dat kun je bereiken door:
- Delegeren
- Responsief reageren (aansluiten bij het gedrag van de leerling)
- Strategisch consequent zijn (regie houden)
Welke 2 soorten conflicten onderscheiden we (Thomas en Kilmann 2002)?
- Interpersoonlijke conflicten: conflicten tussen 2 of meer mensen. Ze hebben afwijkende belangen of overtuigingen maar omdat ze met elkaar te maken hebben geeft het problemen
- Intrapersoonlijke conflicten: conflicten die in een persoon zelf liggen. 2 verschillende beslissingen lijken allebei goed
Welke conflicthanteringsstijlen zijn er volgens het Thomas-Kilmann model?
Zij gaan ervan uit dat het omgaan met conflicten altijd een spanningsveld overlevert tussen 2 menselijke neigingen:
- Assertiviteit (zorgen voor eigen belang)
- Coöperativiteit (zorgen voor andermans belang)
Verschillende stijlen:
- Doordrukken (effectief bij tijdsdruk en als je zeker weet dat je gelijk hebt)
- Vermijden (verstandig wanneer de ander duidelijk machtiger is)
- Samenwerken (handig als je de ander nodig hebt om problemen op te lossen)
- Toegeven (effectief als er krediet moet worden opgebouwd en het resultaat voor jou niet zo belangrijk is)
- Compromis sluiten (hart) (voorkomt dat je met lege handen staat)
Welke fases heb je bij overlappen in de escalatieladder (Glasl)?
- Partijen zien verschil als zakelijk conflict
- Niet opgelost? De standpunten worden opgeblazen en ieder houdt vast aan eigen gelijk
- Het oorspronkelijke conflict naar achtergrond: wens de ander te vernietigen
Welke factoren versterken de cohesie binnen een groep?
vaak meer verbondenheid in een kleine groep:
- frequenter contact
- subgroepjes (meestal zelf gekozen waardoor er meer behoefte is aan onderling contact)
2. Druk van buitenaf
- incidenten van buitenaf die een slachtoffer binnen de groep maken leiden tot verhoogde cohesie (troosten, voor elkaar opnemen)
3. Aantrekkelijkheid van de groep
- Succes van leerlingen zorgt voor binding
- Populaire leerlingen
Beschrijf hoe cohesie en normen bepalend zijn voor de sfeer in de groep
Positieve groepsnorm en hoge cohesie
- groepswerk wordt goed uitgevoerd door de positieve groepsnorm t.a.v. leren, onderwijs en opdrachten
- grote groepsbrede opdrachten en leerlingen corrigeren elkaar
- geen samenhang en geen gezamenlijke aanpak van opdrachten
- individuele taken zijn geschikt
Negatieve groepsnorm en hoge cohesie
- leren, school en huiswerk vinden zij onbelangrijk, vooral wanneer ze bij elkaar zijn
Negatieve groepsnorm en lage cohesie
- er is geen groep, alleen verschillende groepsnormpjes
Wat zijn de 3 principes voor een lesplan (goede voorbereiding)?
- Denk na over de manier waarop je leerlingen op actieve wijze bij de les betrekt
- Leg de leerlingen het belang van de lesdoelen uit
- Zorg voor variatie in de les: dat voorkomt dat een leerling zich gaat vervelen en de orde gaat verstoren
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden