Samenvatting: Onderzoeks- En Interventiemethodologie B
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Onderzoeks- en interventiemethodologie B
-
1 HC 1: Basisbeginselen & Beschrijvende statistiek
-
1.1 Onderzoeksproces
-
Wat is het verloop van het onderzoeksproces?
Het onderzoeksproces begint met een observatie, gebaseerd op data of eigen waarneming. Hieruit genereer je verklaringen of relevante theorie, waarmee je een voorspelling maakt. Om deze voorspelling te testen is er data nodig. Allereerst moet je deze data verzamelen en daarna analyseren. De data kan vervolgens de hypothese ondersteunen of een reden geven om de theorie te wijzigen. Theorieën leiden dus tot dataverzameling/analyse en dataverzameling/analyse informeert theorieën. -
1.3 Conceptuele achtergrond
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de vier stappen van het uitvoeren van een statistische analyse?
Er zijn vier stappen die de statistische analyse vormen:- identificeren van de afhankelijke variabele;
- bepalen van de mate van spreiding in de scores;
- factoren zoeken die de spreiding kunnen verklaren;
- modellen opstellen die de spreiding kunnen wegnemen (verklaren).
-
1.4 Soorten statistiek
Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe kan representativiteit in een steekproef gewaarborgd worden?
- Representativiteit in een steekproef is aanwezig als ieder individu uit de totale populatie een gelijke kans heeft om in de steekproef mee te worden genomen.
- Ook kan er gekeken worden naar de verhouding van relevante achtergrondkenmerken in de steekproef ten opzichte van de gehele populatie.
-
Wat is het nominale meetniveau?
Bij het nominale meetniveau hebben de getallen geen rangorde, verhouding of een absoluut nulpunt. De gegevens wegen allemaal even zwaar. -
1.6 Eigenschappen data
Dit is een preview. Er zijn 24 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.6
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe werkt de mediaan bij een even aantal scores?
Bij een even aantal scores worden de middelste twee scores bij elkaar opgeteld en vervolgens gedeeld door twee. Deze uitkomst in de mediaan. -
Welke meetniveaus behoren tot de maat modus?
De modus kan bij alle meetniveaus worden berekend. -
Welke maten van spreiding kunnen gebruikt worden voor welke meetniveaus?
Nominaal : geen mogelijkheden omspreiding aan te duiden, omdat er een gebrek is aan een rangorde.Ordinaal : bereik eninterkwartielrange .Interval : bereik,interkwartielrange, variantie en standaarddeviatie.Ratio : bereik,interkwartielrange, standaarddeviatie en variantie
-
Wat is de interkwartiel range?
De interkwartiel range is de verdeling van de data is vier gelijke blokken, zodat bepaald kan worden waar de middelste 50% van de waarnemingen zich rondom de mediaan bevindt. -
Wat zijn de vuistregels van de Z-waarde omtrent uitzonderlijke scores?
Bij een Z-waarde van:- 0-2: de score is niet uitzonderlijk
- 2-3: de score is uitzonderlijk
- 3+: de score is zeer uitzonderlijk
-
Wat is spitsheid (kurtosis) van gegevens?
Bij kurtosis wordt gekeken naar de spreiding van scores (of dat deze op één hoop zijn gevestigd).
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden