Samenvatting: Onderzoeksmethode

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 40 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Onderzoeksmethode

  • College 1

    Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/12/2015
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn de 2 meest voornamelijke verschillen tussen een survey en experiment?

    Survey kijk je naar het verwachtte gedrag en is een selectieve steekproef. 
    Experiment word het geobserveerde gedrag gemeten en is een a-selectieve steekproef.
  • Leg de termen: nominaal, ordinaal, dichotoom, interval en ratio uit

    Nominaal: cijfers duiden alleen de verschillende categorieën aan
    Ordinaal: geen gelijke verschillende tussen de categorieën
    Dichotoom: 2 verschillende categorieën
    Interval: gelijke afstanden tussen de categorieën
    Ratio: ordening & gelijke punten (bv. kilogram en ponden zijn hetzelfde)
  • Wat is de wetenschappelijke en praktische doelstelling van een onderzoek?

    Wetenschappelijke relevantie: adresseren van geïdentificeerde leemtes
    Praktische relevantie: aangeven hoe kennis kan bijdragen aan de oplossing van het probleem van de opdrachtgever
  • College 2

    Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/12/2015
    Laat hier meer flashcards zien

  • Waar staat interne validiteit voor?

    Kennis moet valide zijn, toepassen wetenschappelijke methoden.
  • Waar staat externe validiteit voor?

    Kennis moet generaliseerbaar zijn, toepassen geschikte statistische analysetechniek.
  • Wanneer is een onderzoek intern valide?

    Als het in staat is om causale relatie vast te stellen.
    Causaliteit = zekerheid dat X leidt tot Y

    - bij verandering van X verandert Y
    - X is de 'onafhankelijke variabele'
    - Y is de 'afhankelijke variabele'
  • Noem de 3 voorwaarden van een causaal verband waar een surveyonderzoek aan kan voldoen

    1. Empirische samenhang tussen X en Y
    2. Isolatie: 'derde variabelen' (Z) uitsluiten
    4. Er moet een theoretische verklaring voor het verband zijn
  • Waarom heeft een experiment een hogere interne validiteit dan een survey?

    Feitelijke controle. Daarbij kunnen bepaalde effecten constant gehouden worden, om deze uit te schakelen. Z is constant en heeft daardoor geen effect.
  • Noem de 5 modellen van conceptueel model

    1. Correlatie
    2. Causaal verband
    3. Schijnverband
    4. Indirect verband
    5. Interactie-effect
  • Leg uit wat er met een schijnverband aan de hand is?

    Het lijkt alsof X tot Y leidt, maar eigenlijk zorgt de Z voor beide redenen.
LET OP!!! Er zijn slechts 40 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart