Vicari: down syndrome

12 belangrijke vragen over Vicari: down syndrome

Wat laten mensen met DS zien in hun hersenen

Laten een verminderde volume in frontale en prefrontale gebieden zien, wat gelinkt is aan slechtere executieve en taalvaardigheden. Ook laten ze vaak externaliserende stoornissen zien en depressie, angst en OCD

Hoeveel procent van de gevallen heeft een chromosomale mozaïscime

1%

Personen met syndroom van down hebben ook fenotypische kenmerken; wat voor?

Plat achterhoofd, ronde wangen, oplopende oogspleten, lage neusbrug en dikke tong
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

DS heeft een ongelijk profiel in cognitief, wat bestaat uit zwaktes en sterktes. Leg deze voor

Zwaktes in: taal, verbale kortetermijn geheugen, expliciete lange termijn geheugen

sterktes: associatief leren, impliciete lange termijn geheugen, visueel ruimtelijke vaardigheden

Waar of niet waar

Veel mensen met syndrome van down krijgen op latere leeftijd Alzheimer. Rond de leeftijd 50-59 jaar heeft 36-66% alzheimer

Waar

Kinderen en adolescenten met Down syndrome hebben meer psychiatrische en gedragsstoornissen dan normaal ontwikkelende kinderen. Wat voor externaliserende gedrag laten ze zien

Koppigheid
oppositioneel gedrag
onoplettendheid
spraakproblemen
concentratie problemen,
aandacht zoeken

depressie
OCD
angst

Hoeveel wordt gediagnosticeerd met CD of ODD

10 tot 15% > dit leidt vaak tot agressief gedrag

Wat voor gedrag laten adolescenten down syndromers zien

Meer internaliserend gedrag (terugttrekking/ depressie) ipv externaliserend gedrag

Veel hulpverleners herkennen het samengaan van down met psychiatrische problemen niet. Waar komt dit door?

  1. Aanwezigheid van stoornissen wordt vaak gezien als reactie op intellectuele beperkingen ipv comorbiditeit
  2. als psychiatrische stoornissen samengaan met intellectuele beperkingen, wordt de klinische expressie verandert zodat het resulteert in atypische gedragingen
  3. Veel studies naar psychiatrische studies in algemene populatie betrekken mensen met laag IQ niet

Welke psychosociale interventies zijn er

er is bewijs voor de effectiviteit van gedragsprocedures bij mensen met het Down Syndroom die probleemgedrag laten zien. Er is nog niet ingegaan op specifieke karakteristieken.

Wat wordt er gezegd over farmacologische interventies

het gebruik van medicatie bij kinderen en adolescenten met intellectuele beperkingen zorgt voor meer bijwerkingen dan in de algemene populatie. Mensen met intellectuele beperkingen krijgen te vaak medicatie. Vaak wordt iets voorgeschreven zonder dat er een diagnose is. Er zijn vier groepen psychotropische medicijnen: antipsychotica, psychostimulanten, antidepressiva en stemming stabilisatoren.

Welke vier groepen psychotropishce medicijnen zijn er

- antipsychotica
- psychostimulanten
- antidepressiva
- stemming stabilisatoren

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo