Externaliserende Stoornissen - N&H: Storende-, Impulscontrole-, en Gedragsstoornissen

17 belangrijke vragen over Externaliserende Stoornissen - N&H: Storende-, Impulscontrole-, en Gedragsstoornissen

Wat zijn disruptieve gedragsstoornissen volgens de DSM-5 (x2). Wat zijn minimaal drie voorbeelden van disruptieve gedragsstoornissen?

Disruptieve gedragsstoornissen volgens DSM-5: omstandigheden waarbij sprake is van verminderde zelfbeheersing van emoties en gedrag, zoals

- Deze problemen schenden de rechten van anderen, en/of
- Het individu in significant conflict brengen met gezagsdragers

Disruptieve gedragsstoornissen
- Oppositioneel opstandige stoornis (ODD)
- Gedragsstoornis (CD)
- Antisociale persoonlijkheidsstoornis (ASPD)
- Intermitterende explosieve stoornis (IED)
- Pyromanie
- Kleptomanie

Wat houdt een gedragsstoornis (conduct disorder, CD), welk patroon voldoen ze aan en en in welke vier categorieen valt het op te delen?

Gedragsstoornis/conductstoornis:
Repetitief en persistent patroon van gedrag waarbij de rechten van anderen of leeftijdsgeschikte maatschappelijke normen of regels worden geschonden door drie van de volgende symptomen

Vier symptomen
1. Agressie tegen mensen en dieren
2. Vernieling van eigendommen
3. Bedrog of diefstal
4. Ernstige overtredingen van regels.

Wat is de prevalentie  van conduct disorder binnen de populatie en klinische populatie?

Prevalentie populatie: 2-10% van de populatie heeft een conductstoornis. In Nederland weer rond de 6%. Er zijn grote geslachtsverschillen, waarbij meer mannen dan vrouwen gediagnosticeerd worden met conductstoornis
Prevalentie klinische populatie: 16-34% van deze populatie heeft conductstoornis
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Er is ook een specifieke vorm van conduct stoornis met gelimiteerde pro-sociale emoties. Noem 4 kenmerken.

- Hebben gebrek aan spijt of schuldig
- Hebben een gebrek aan empathie (callous)
- Onbezorgd over prestatie
- Oppervlakkig of gebrekkig affect

Je hebt twee vormen van conductstoornis: de kinder- en adolescenten variant. Licht het verschil toe

- Kinderleeftijd CD: minimaal 1 symptoom (of meer symptomen) voor de leeftijd van 10 jaar oud
- Adolescentenleeftijd CD: geen symptomen voor de leeftijd van 10 jaar

We hebben het net gehad over kinderen met beperkte sociale emoties, en deze kinderen hebben een hogere kans op psychopathie. Wat houdt dit in? De DSM-5 omvat ook een minder ernstig patroon van chronisch wangedrag, oppositioneel-opstandige stoornis, wat houdt dit in en wanneer start het?

- Psychopathie: de kinderen met beperkte sociale emoties reageren minder op tekenen van angst en verdriet bij anderen, en zijn daardoor minder gevoelig voor straf. Deze kenmerken karakteriseren psychopathie, een ernstiger, agressiever en moeilijker te behandelen patroon, dat voorspellend is voor meer problemen op lange termijn in de volwassenheid.
- Oppositioneel-opstandige stoornis: Symptomen worden gegroepeerd in 3 typen, die zowel emotionele als gedragsmatige categorieën weerspiegelen. Kinderen met ODD zijn niet agressief, vernielen geen eigendommen, geen diefstal en bedrog. Ze zijn echter chronisch negativistisch, uitdagend, ongehoorzaam en vijandig. Symptomen van ODD beginnen tijdens de peuter- en kleuterjaren. .

Als we het hebben over een oppositoneel-opstandige gedragsstoornis (ODD), dan moet je voldoen aan een bepaald patroon waarbij drie dingen belangrijk zijn en drie symptomen. Licht toe

ODD patroon: Patroon van geïrriteerde stemming, argumentief gedrag of wraakzicht wat minimaal 6 maanden duurt, vier symptomen van de onderstaande symptomen bevat en wat zichtbaar is tijdens interacties anders dan broers/zussen

Symptomen
1. Boze/geïrriteerde stemming --> meer internaliserende problemen
2. Argumentief/uitdagend gedrag --> meer externaliserende problemen
3. Wraakzucht

Wat is prevalentie van ODD binnen de populatie en binnen de klinische populatie?

Prevalentie populatie: 1-11% van de populatie heeft ODD. In Nederland rond de 6%. Rond de 10 jaar komt het vaker voor in jongens dan meisjes, terwijl op latere leeftijd er niet echt geslachtsverschillen zijn.
Prevalentie klinische populatie: 28-65% van deze populatie heeft ODD

Als we het hebben over de ontwikkelingscascade van anti-sociaal gedrag, wat is dan de volgorde? En wat houdt diversificatie in?

Ontwikkelingscascade van anti-sociaal gedrag
- De volgorde van het ontwikkelen van anti-sociaal gedrag: Moeilijk temperament  hyperactiviteit in pre-school jaren  schooleeftijd oppositionaliteit  conductproblemen  deliquentie  antisociale persoonlijkheid
- Diversificatie: Het een sluit het ander niet uit! Als iemand deliquent is, betekent het dat ze vaak ook oppositioneel zijn. Dus als iemand hyperactiviteit ervaart, is dan vaak een toevoeging van het moeilijke temperament

Als we het hebben over de pyramide van anti-scociaal gedrag, wat is dan het verloop (x3)?

1. Oppositonaliteit: kenmerkend voor ODD
2. CD: Conduct problemen en deliquentie
3.  ASPD: anti-sociale persoonlijkheid
 Vaak zien we deze volgorde ook in de praktijk: eerst oppositonaliteit, vervolgens diagnose anti-sociale persoonlijkheid. Dus weer geen vervanging, maar toevoeging van.

Kinderen met ODD zijn echter chronisch negativistisch, uitdagend, ongehoorzaam en vijandig. Ze hebben hierdoor ook meer risico: om welk risico gaat het dan? En wat is het verschil tussen jongens en meisjes? En waarbij zijn geen verschillen tussen jongens en meisjes?

- Meer risico op CD, stoornissen in middelengebruik en stemmings- en angststoornissen te ontwikkelen.
- Jongens in bepaalde culturen ca. 3x meer kans dan meisjes om de diagnose CD of ODD te krijgen (minder groot in adolescentie). Mannen hebben 10 tot 15 keer meer kans om levenslang antisociaal gedrag te vertonen en zijn lichamelijk agressiever.
- ODD ziet er bij meisjes waarschijnlijk anders uit: agressie indirect/verbaal/relationeel. Meisjes vertonen hoge percentages depressies, angststoornissen, ernstige huwelijksproblemen, criminele activiteiten, en vroege ongeplande zwangerschappen.   
-  Ten slotte hebben meisjes en jongens met CD evenveel kans om zich in te laten met stelen, liegen en drugsmisbruik.

Als we het hebben over CD/ODD/anti-sociaal gedrag dan spelen prenatale factoren ook mee.  Welke vier dingen zijn dit en wat is de cyclus van het brein en anti-sociaal gedrag?

- Middelengebruik
- Stress
- Slechte voeding
- Tienerzwangerschap
- Psychopathologie

Het brein en anti-sociaal gedrag: Prenataal middelengebruik --> invloed op breinontwikkeling --> dit leidt weer tot meer anti-sociaal gedrag en middelenmisbruik --> dit leidt weer tot prenataal middelenmisbruik en zo herhaalt de cyclus zich weer!

Wat is dé risicofactor met betrekking tot de babytijd om anti-sociaal gedrag te ontwikkelen? En wat kunnen we hieronder stellen?

Risicofactor: (inadequate) opvoeding! Ouders die niet goed reageren op hun kind (onveilige hechtingsrelatie) kunnen kinderen gevoelig maken voor anti-sociaal gedrag. Het is een cyclus waarbij kinderen reageren op het gedrag van hun ouders, zich anti-socialer gaan gedragen (kinderen worden dan ongevoelig voor dit gedrag), waar de ouders weer op reageren etc.

Inadequate opvoeding: Er zijn veel factoren die van invloed zijn op inadequate opvoeding (e.g. inconsistent gedrag, verwaarlozing, mishandeling etc). Mentale problemen en scheiding, geen sociaal netwerk hebben, ouderlijke psychopathologie, moeilijkheden op werk, slechte buurt, lage SES, alleenstaand ouderschap

Anti-sociaal gedrag kan worden uitgelokt door de omgeving (dus genen x omgeving). Je hebt hierbij ook een ouder-kind interactie, wat houdt dit in? En wat is de cyclus?

- Het gedrag van de ouder, beïnvloedt het gedrag van de kind. Het gedrag van het kind, beïnvloedt het gedrag van de ouder (evocatief)
-      Cyclus: ongehoorzaam --> ouders reageren hard --> verdedigend dwingend gedrag doro kind --> ouder geeft op

Als we het hebben over de ontwikkeling van ant-sociaal gedrag in de basisschool leeftijd (5-12 jaar oud), wat zijn dan risicofactoren die meespelen bij het ontwikkelen van anti-sociaal gedrag. Licht er vier toe

- Sociale vaardigheden moeten aangeleerd worden om om te gaan met de nieuwe omgeving (niet alleen meer bij ouders, maar ook andere kindjes, leraren etc).
- Er is sprake van een sociale transitie: dingen die thuis normaal waren, zijn opeens niet meer normaal op school (waardoor het kind zich moet aanpassen)
- Afwijzing door leeftijdsgenootjes is zeer pijnlijk.
- Sociale positie in de klas gemeten aan de hand van peer-nominaties

Afgewezen kinderen voldoen aan twee kenmerken, welke zijn dat? Wat is een ander kenmerk? En wat is de agressief gedragscyclus en de sociale informatieverwerkingscyclus?

Afgewezen kinderen zijn:
- Vaak genomineerd als ‘minst leuk gevonden’
- Zelden genomineerd als ‘meest leuk gevonden’
- Kinderen die vaak afgewezen zijn (en dus vaak slachtoffer zijn van pesten) hebben ook meer chronische gedragsproblemen

Agressief gedrag cyclus: initiële afwijzing --> chronische afwijzing --> sociale cognities --> agressie

Sociale informatieverwerking cyclus: aandacht --> intepretatie --> doel --> hoe? --> is het mogelijk? --> actie

Als we het hebben over CD/ODD, dan spelen sociale factoren ook een rol. Licht 3 sociale factoren toe en

- Lage SES uit stedelijke gebieden
- Kwaliteit opvoeding
- Individuen met antisociale neigingen hebben ook de neiging om partners te kiezen met vergelijkbare neigingen. Omgekeerd hebben degenen die nauwe relaties aangaan met anderen die geen gedragsstoornis hebben, veel meer kans om hun gedrag te ontgroeien. Delinquente jonge mannen die trouwen met jonge vrouwen zonder voorgeschiedenis van gedragsproblemen hebben de neiging hun delinquente gedrag voorgoed te staken.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo