Startpagina / Samenvattingen / ontwikkelingspsychologie / zwangerschap-teratogene-kans

Het begin van het leven - Prenatale groei en verandering

Q: 3.3.1 Wat is de blastocyst en wat is gestatie ?

Blastocyst = Bevruchte eicel Reist naar baarmoeder en wordt geïnplanteerd in de baarmoederwand. De cellen nemen in aantal toe en krijgen een steeds specialistischer functie. O.a. de placenta ontwikkeld zich uit de cellen. Gestatie = Beginpunt zwangerschap. Moment van implantatie van de blastocyst in de baarmoederwand.

Q: 3.3.4 Hoe heeft de gezondheid van de moeder invloed op de ontwikkeling van het ongeboren kind?

Gezond eten, gemiddeld aankomen, voldoende bewegen: meer kans op een gezonde baby vermindert kans op obesitas, hoge bloeddruk, hartkwalen Ziekte: Kan desastreuse gevolgen hebben: de bof -> kans op miskraam waterpokken -> geboorteafwijking rode hond (rubella) voor 11e week -> blindheid, doofheid, hartafwijkingen, hersenbeschadiging Soa's: Een aantal soa's kunnen direct op de foetus worden overgebracht (syfilis) Soms worden soa's doorgegeven op het moment dat de baby het geboortekanaal passeert (gonoroe). Aids/HIV kan worden doorgegeven via het bloed dat de placenta bereikt. Behandeling vd moeder tijdens de zwangerschap met antivirale medicijnen helpt goed. Minder dan 5% vd baby's heeft dan de ziekte.

Q: 3.3.4 Noem 8 teratogene effecten die invloed kunnen hebben op de ontwikkeling van embryo/foetus.

Voedingspatroon moeder Leeftijd moeder (heel jong of juist ouder) Prenatale begeleiding (slechte sociale en economische omstandigheden -> geen toegang tot goede prenatale zorg en kraamzorg) Gezondheid moeder Drugs- en medicijngebruik moeder Gebruik alcohol, tabak en cafeïne moeder Invloed vader (mishandeling, alcohol + drug, roken) Sociale en culturele context (bij armoede grotere kans om blootgesteld te worden aan teratogene effecten zoals slechte voeding, medische zorg, vervuiling, vatbaar voor schadelijke ziektes)

Q: Uit welke drie stadia bestaat de prenatale periode? Vertel wat over ieder stadium.

Germinal stadium = Bevruchting tot 2 weken Zygote begint zich te delen en in complexiteit toe te nemen. Embryonale stadium = 2 tot 8 weken ontw. vd belangrijkste organen en de fundamentele anatomie. Foetale stadia = 8 weken tot geboorte Foetus wordt 20x zo lang en zijn verhoudingen veranderen drastisch.

Q: Wat is een teratogene effect en wat is de rol van de placenta daarbij ?

Teratogeen effect = Omgevingsfactor die leidt tot een geboorteafwijking. Bijv: drugs, chemische stof, virus, enz. De placenta moet teratogene stoffen tegenhouden maar slaagt daar niet altijd helemaal in. Waarschijnlijk wordt iedere foetus wel blootgesteld aan een aantal teratogene effecten. Moment en mate v blootstelling zijn cruciaal. In sommige fasen vd prenatale ontwikkeling heeft een bepaalde teratogene stof maar heel weinig invloed. In andere perioden kan het heel vervelende consequenties hebben.

Q: Wat voor invloed kan het gebruik van Softenon of DES tijdens de zwangerschap hebben op het kind?

Softenon = Medicijn tegen ochtendmisselijkheid Gebruik in de 3e mnd heeft een remmend effect op de groei van ledematen (stompjes ipv armen/benen) Des = Medicijn om miskramen te voorkomen Op latere leeftijd v kind grotere kans op zeldzame vorm van v aginale of baarmoederhalskanker. Meer problemen tijdens eigen zwangerschap. Grotere kans op vruchtbaarheidsproblemen .

13 belangrijke vragen over Het begin van het leven - Prenatale groei en verandering

Vanaf wanneer gaat de ontwikkeling van een ongeboren kind onophoudelijk door?

Vanaf het moment van conceptie.

Door wat worden aspecten van de ontwikkeling bepaald?

Door de complexe genetische richtlijnen die we van onze ouders erven.

3.3.1 Wat is de blastocyst en wat is gestatie?

Blastocyst =
Bevruchte eicel

Reist naar baarmoeder en wordt geïnplanteerd in de baarmoederwand.
De cellen nemen in aantal toe en krijgen een steeds specialistischer functie. O.a. de placenta ontwikkeld zich uit de cellen.

Gestatie =
Beginpunt zwangerschap.
Moment van implantatie van de blastocyst in de baarmoederwand.

3.3.4 Hoe heeft de gezondheid van de moeder invloed op de ontwikkeling van het ongeboren kind?

Gezond eten, gemiddeld aankomen, voldoende bewegen:

meer kans op een gezonde baby
vermindert kans op obesitas, hoge bloeddruk, hartkwalen

Ziekte:
Kan desastreuse gevolgen hebben:

de bof -> kans op miskraam
waterpokken -> geboorteafwijking
rode hond (rubella) voor 11e week -> blindheid, doofheid, hartafwijkingen, hersenbeschadiging

Soa's:

Een aantal soa's kunnen direct op de foetus worden overgebracht (syfilis)
Soms worden soa's doorgegeven op het moment dat de baby het geboortekanaal passeert (gonoroe).
Aids/HIV kan worden doorgegeven via het bloed dat de placenta bereikt. Behandeling vd moeder tijdens de zwangerschap met antivirale medicijnen helpt goed. Minder dan 5% vd baby's heeft dan de ziekte.

3.3.4 Noem 8 teratogene effecten die invloed kunnen hebben op de ontwikkeling van embryo/foetus.

Voedingspatroon moeder
Leeftijd moeder (heel jong of juist ouder)
Prenatale begeleiding (slechte sociale en economische omstandigheden -> geen toegang tot goede prenatale zorg en kraamzorg)
Gezondheid moeder
Drugs- en medicijngebruik moeder
Gebruik alcohol, tabak en cafeïne moeder
Invloed vader (mishandeling, alcohol + drug, roken)
Sociale en culturele context (bij armoede grotere kans om blootgesteld te worden aan teratogene effecten zoals slechte voeding, medische zorg, vervuiling, vatbaar voor schadelijke ziektes)

Uit welke drie stadia bestaat de prenatale periode? Vertel wat over ieder stadium.

Germinal stadium =

Bevruchting tot 2 weken
Zygote begint zich te delen en in complexiteit toe te nemen.

Embryonale stadium =

2 tot 8 weken
ontw. vd belangrijkste organen en de fundamentele anatomie.

Foetale stadia =

8 weken tot geboorte
Foetus wordt 20x zo lang en zijn verhoudingen veranderen drastisch.

Wat zijn mogelijke oplossingen bij onvruchtbaarheid?

medicijnen
operatie
kunstmatige inseminatie (ki)
in-vitrofertilicatie (ivf)

Wat is een teratogene effect en wat is de rol van de placenta daarbij?

Teratogeen effect =
Omgevingsfactor die leidt tot een geboorteafwijking. Bijv: drugs, chemische stof, virus, enz.

De placenta moet teratogene stoffen tegenhouden maar slaagt daar niet altijd helemaal in. Waarschijnlijk wordt iedere foetus wel blootgesteld aan een aantal teratogene effecten.
Moment en mate v blootstelling zijn cruciaal. In sommige fasen vd prenatale ontwikkeling heeft een bepaalde teratogene stof maar heel weinig invloed. In andere perioden kan het heel vervelende consequenties hebben.

Wat voor invloed kan het gebruik van Softenon of DES tijdens de zwangerschap hebben op het kind?

Softenon =
Medicijn tegen ochtendmisselijkheid
Gebruik in de 3e mnd heeft een remmend effect op de groei van ledematen (stompjes ipv armen/benen)

Des =
Medicijn om miskramen te voorkomen

Op latere leeftijd v kind grotere kans op zeldzame vorm van vaginale of baarmoederhalskanker.
Meer problemen tijdens eigen zwangerschap.
Grotere kans op vruchtbaarheidsproblemen.

Waarom moet je tijdens de zwangerschap geen anticonceptiepillen of vruchtbaarheidspillen blijven slikken?

Slikken tijdens (onbekende) zwangerschap is schadelijk voor de foetus ivm de geslachtshormonen in de medicijnen. Deze beïnvloeden de hersenstructuren vd ontwikkelende foetus.

Hoe hebben vaders invloed op teratogene effecten?

Mishandeling:
Lichamelijke of geestelijke mishandeling van zwangere vrouw kan kind beschadigen door:

stressniveau vd moeder te verhogen
daadwerkelijke fysieke schade.

Alcohol + drugs als cocaïne:

chromosomale schade
beïnvloeding vd prenatale omgeving. door stress bij de moeder te veroorzaken en een ongezonde omg. te creëren.

Roken:
Meeroken is schadelijk. Hoe meer vader rookt, hoe lager het geboortegewicht vd baby.

Waarom is asperine gevaarlijk tijdens de zwangerschap?

1. Kan tot bloedingen bij de foetus leiden.
2. Achterstanden in de ontwikkeling bij frequent gebruik tijdens de zwangerschap.

3.3.1 Wat zijn nucleotiden en (stikstof)baseparen?

Nucleotide =
bestaat uit:
• een fosfaatgroep
• een desoxyribose
• een stikstofbase

Stikstofbase =
de 4 stikstofbasen die in DNA voorkomen zijn:
• Adenine (A)
• Thymine (T)
• Guanine (G)
• Cytosine (C)

Basenparen =
Adenine paart steeds met Thymine (A-T). Cytosine paart steeds met Guaine (C-G).

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

ontwikkelingspsychologie | 9781783654611 | robert s feldman

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan Het begin van het leven - Prenatale groei en verandering

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding