Gehechtheid en hechtingsstoornissen
36 belangrijke vragen over Gehechtheid en hechtingsstoornissen
Wat is een intern werkmodel?
Vanaf hoeveel maanden maken kinderen onderscheid tussen volwassenen?
Wat is gedesorganiseerde of gedesoriënteerde gehechtheid?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Ontremd- sociaal contactstoornis
1. Er is geen reserve bij het benaderen van vreemden. --> gelijk knuffelen als je binnenkomt als ze je niet kennen
2. De persoon checkt in een onbekende omgeving niet of de verzorgen in de buurt is
3. De persoon gaat gemakkelijk mee met onbekende volwassenen
4. Er is sprake van een openlijk familiair
Hulpverlening bij een Ontremd- sociaalcontactstoornis
· Holding therapie (NIET DOEN) à deden ze vroeger veel
· Video Feedback intervention to promote positive parenting ( VIPP) à Heel effectief voor kinderen tussen de 1 en 3 jaar. Het filmpje wordt later samen bekeken.
· Pleegzorg werkt minder
Is het antipestprogramma KIVA een primair, secundair of tertiair preventieprogramma
Secundair is als er al risicogroepen wordt er al gepest
tertiair gaat meer over de behandeling
Welke twee functies zijn belangrijk bij het reguleren van stress?
- De veilige basis: wanneer een kind een nieuwe situatie gaat verkennen.
- De veilige haven: bij gevaar.
wat zijn de vijf belangrijke aspecten van gehechtheid en gehechtheidsgedrag?
1. Biologische verankering, maar culturele invulling. Gehechtheid bevordert je overlevingskans.
2. Kenmerken van kind, ouders en opvoedingssituatie
3. Mentale representaties: innerlijke weergaven van vroegere gebeurtenissen en hun huidige waardering daarvan.
4. Gehechtheid in proces. Het is permanent in ontwikkeling. Je kan je onthechten als je ouders scheiden
5. Gehechtheidsrelaties vormen samen een netwerk
Hoe ziet het hechtingsproces er uit voor de geboorte?
Hoe ziet het hechtingsproces er uit direct na de geboorte?
Hoe ziet het hechtingsproces er uit in de eerste levensmaanden?
Vanaf 3 maanden kunnen ze ouders onderscheiden van andere volwassenen.- Gedrag van ouders moet continu en regelmatig zijn.
Hoe ziet het hechtingsproces er uit na het eerste halfjaar?
- Hechten zich aan een bepaald aantal mensen.
- Bij 1 jaar is gehechtheidsrelatie volledig ontwikkeld!
Veilige gehechtheid (2/3 van alle kinderen)
makkelijk troostbaar bij terugkeer, goede balans tussen contact zoeken en er zelf op uitgaan. Komen een knuffel halen en laten zich troosten.
Opvoedingsstijl: sensitieve en responsieve opvoeders.
Gedesoriënteerde gehechtheid (15% van alle kinderen)
Gedrag is doelloos en tegenstrijdig, huilen als verzorger weg
is maar kruipen weg als hij terugkomt, zoeken nabijheid maar vermijden oogcontact.( 86% verwaarloosde/mishandelde kinderen).
Opvoedingsstijl: opvoeders jagen het kind angst aan. Het kind weet niet waar het aan toe is en heeft geen veilige haven.
Wat zijn de vier gehechtheidsrepresentaties?
ze komen voort uit hoe volwassenen terugkijken op hun kindertijd en op gehechtheidservaringen met hun ouders:
1. Autonome representatie: veilige gehechtheid, gebalanceerde en inlevende kijk op zichzelf en opvoeders.
2. Gereserveerde representatie: vermijdende gedachten, ontkennen van vroegere ervaringen.
3. Gepreoccupeerde representatie: ambivalente gehechtheid, nog steeds boos op ouders en probeert aan hun verwachtingen te voldoen.
4. Onverwerkte representatie: gedesorganiseerde gehechtheid, gelooft niet in de realiteit. Heeft het idee dat het allemaal aan hem ligt.
Om een hechtingsstoornis vast te mogen stellen is niet alleen het kenmerkende gedrag van het kind voorwaardelijk, maar nog een tweede criterium. Welk criterium wordt bedoeld?
Wat is een belangrijke succesfactor in de ondersteuning van opvoeders van kinderen met risico op gehechtheidsproblemen?
Welke gehechtheid wordt gezien als risicofactor voor toekomstige psychische stoornissen
Welke vaardigheden moeten ouders hebben voor veiligheid en vertrouwen
- Vooruitlopen op situaties
- Grenzen stellen/consequent zijn
- Structuur bieden
- Trots tonen en complimenten geven
Welke 2 soorten hechtingsstoornissen zijn er in de dsm 5?
2. De ontremd- sociaal contactstoornis.
- sommige vatten deze stoornissen op als een extreme variant van de gedesorganiseerde gehechtheid.
Beide kunnen vanaf 9 maanden worden vastgesteld.
Naar welke 3 aspecten kijken we als we cultuurverschillen willen verklaren?
2. Het aantal opvoeders. Als een kind makkelijk met vreemden mee gaat heeft het een gedesorganiseerde hechtingsstoornis. In latijns amerika bemoeien zich juist veel mensen met de opvoeding en komt het daardoor.
3. De invloed van SES. Sociaal economische status, een laag inkomen kan zorgen voor stress waardoor de ouders minder sensitief zijn.
Risicofactoren op het niveau van ouders en het gezin:
- Huwelijksproblemen. Dan zijn de ouders meer op elkaar gericht dan op het kind
- Geweld
Beschermende factoren op het niveau van de ouders
Beschermende factoren kunnen wel risico's op het niveau van het kind compenseren. Beschermende factoren kunnen niet de risico's van ouders beschermen
-Veilige autonome gehechtheid van een van de ouders zelf
- Ondersteunende relaties
- Professionele opvoedingsondersteuning en psychotherapie
In instellingen kan veel ellende voorkomen worden als kinderen steeds met dezelfde kleine groep verzorger te maken hebben
Preventie en behandeling van onveilige gehechtheid en hechtingsstoornissen
Het gaat om een relatie waar een kind weinig aan kan veranderen daarom moeten hulpverleners zich richten op de opvoeders.
-Kinderziekenhuizen en residentiële jeugdzorg. Vroeger mochten ouders niet in het ziekenhuis blijven slapen. Nu wordt het aangespoord. Vroeger was de band tussen kind en hulpverlener taboe, nu wordt het gezien als beschermend.
- Kinderopvang. Goede opvang kan slechte thuissituatie compenseren. Slechte opvang komt extra hard aan.
- Opvoedingsondersteuning.
Wat zijn de drie criteria voor opvoedondersteuning?
2. Ga uit van positief gedrag van de ouder. Laat hun zo veel mogelijk zelf het gedrag van hun kind interpreteren.
3. Laat de interactie tussen kind en ouder op video zien om duidelijk te maken welk effect hun gedrag heeft. Video Feedback intervention to promote positive parenting (VIPP)
Met welke vier opvoedthema's wordt er gewerkt bij Video Feedback intervention to promote positive parenting (VIPP)
2. Spreken namens het kind. Ouders leggen gezichtsuitdrukking van het kind uit waardoor ze sneller signalen gaan zien.
3. Sensitieve keten. Uitleggen dat het belangrijk is om direct en adequaat op signalen te reageren. Een keten bestaat uit het signaal van het de kind, de reactie van ouders en daarop de reactie van het kind.
4. Delen van emoties: het tonen en aanmoedigen van affectieve afstemming door de ouders op positieve en negatieve emoties van hun kind.
Wat is de basictrust methode?
Wat is een effectieve benadering voor kinderen met een reactieve hechtingsstoornis?
Wat zijn de 5 aspecten van gehechtheid?
1. Biologische verankering maar culturele invulling
2. Kind, ouders en opvoedingssituatie bepalend voor of een hechting goed verloopt of tot stand komt of niet
3. Mentale representaties: template voor nieuwe relaties (dus hechting is niet belangrijk in het hier en nu maar het vormt de basis voor relaties in de toekomst)
4. Gehechtheid is een proces: in ontwikkeling en niet onveranderbaar
5. Gehechtheidsrelaties vormen samen een netwerk: er is meer dan (een) ouder(s), ook kijken naar andere familie, grootouders, broers en zussen
Wat zijn de 2 specifieke hechtingsstoornissen in DSM-5?
2. Ontremd-sociaal contactstoornis - Kinderen met deze stoornis vertonen niet selectief en oppervlakkig gehechtheidsgedrag (kind hecht te makkelijk)
Hoe wordt de theorie van kinderpsychiater John Bowlby genoemd?
Mentale representaties
Mensen slaan hun ervaringen met gehechtheid en relaties op in een zogeheten ...... ......... Daar vormen ze gezamenlijk representaties: innerlijke weergaven van vroegere gebeurtenissen en hun huidige waarderingen daarvan. Met behulp van die ervaringen beoordelen ze nieuwe situaties.
Bijv. Is een kind negatief gehecht, dan kan het op basis van deze ervaring een argwanende houding aannemen tegenover een nieuwe leerkracht.
Ontwikkeling van gehechtheid na het tweede jaar:
* na 3 jaar: door cognitieve ontwikkeling; praten en uitwisselen van blikken van verstandhouding.
* 4-5 jaar: tegemoetkomen aan de wensen van de gehechtheidspersoon en hun wereld wordt steeds groter
* adolescentie: losmaken van thuis en hechten aan anderen (bij veilige hechting)
Naar welke drie aspecten kunnen we kijken om verschillen tussen culturen te verklaren?
* het aantal opvoeders van een kind: hoe minder, hoe beter -> hierbij kan beter gekeken worden naar het netwerk van gehechtheidsrelaties ipv alsof het alleen gaat om een exclusieve relatie tussen kind en ouder(s)
* de invloed van SES: een lage SES kan leiden tot stress -> ouders reageren minder sensitief -> kinderen raken minder veilig gehecht
Wat is goed om te weten over opvoedingsstress mbt ouderlijk handelen?
* bij hoge eisen aan opvoedingsvaardigheden (kind met handicap of met moeilijk temperament) neemt de sensitiviteit van moeders af -> negatief effect -> risico op onveilige gehechtheid -> toename opvoedingsstress
Welke verschillen zijn er in risicofactor voor verdere ontwikkeling?
* ontremd-sociaalcontactstoornis: jarenlang grensoverschrijdend gedrag bij behandeling
* gedesorganiseerde gehechtheid: groot risico op problemen op latere leeftijd:
- gedragsstoornissen en agressie bij jongens
* onveilige gehechtheid:
- groter risico op depressie tijdens adolescentie
- kans om gepest te worden of pester te zijn
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden