Samenvatting: Ontwikkelingspychopathologie Bij Kinderen En Jeugdigen
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van ontwikkelingspychopathologie bij kinderen en jeugdigen
-
3 theorieen over ontwikkeling
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
3.1 biologische systeemtheorie
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
Laat hier meer flashcards zien -
uit welke circels bestaat het bio-ecologische systeemmodel van bronfenbrenner?
- in het centrum staat de interpersoonlijke factoren van het kind centraal
- microsystemen; familie, school, vrienden, kerk, wijk en werk
- mesosystemen; de relaties van het kind zijn microsysteem
- exosystemen; media, beleid, familienetwerk
- macrosystemen; normen en waarden , wetten en overheidsvoorzieningen
- chronosysteem; de tijd waarin het zich afspeelt -
4 De invloed van zwangerschap en geboorte op de ontwikkeling van het kind
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4
Laat hier meer flashcards zien -
wat is genotype, fenotype en endofenotypen?
genotype: is zijn erfelijke code, dna
fenotype is de buitenkant die wij zien
endofenotype is iemands cognitieve, neurologische of hormonale kenmerken -
prenatale programmering: 6 aspecten die de ontwikkeling beïnvloeden
- kwaliteit ei en zaadcel; na de leeftijd 35 kan de kwaliteit hiervan afnemen. verhoogt vroeg geboorte bij vrouwen en psychische problemen en chromosomale afwijkingen bij mannen.
- voeding
- middelengebruik
- verschillende risicofactoren tegelijkertijd
- ziekte of stoornis van de moeder
- leeftijd van ongeboren kind -
psyschiche stoornissen bij de moeder
grotere kans op vroeggeboorte, kindersterfte en latere psychische stoornissen. bij angst en stemmingsstoornissen kan de hechting moeilijker verlopen. -
effect van baby op ouders
- moeders zijn gevoeliger voor signalen van baby
- Zorg geeft ouders plezier maar ook onzekerheden
- Verhouding komt onder druk door verwachtingen en elkaars rol -
5 slaapstoornissen en slaapproblemen
Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5
Laat hier meer flashcards zien -
6 Verschillen bij kinderen en volwassenen
- De slaapduur; volw. 8 tot 9 nodig een 28 weken oude foetus 22 uur. pasgeboorne 16 uur.
- verhouding REM en NREMslaap; foetus van 28 weken bestaat ui 90% uit rem. pasgeboorne 50% en bij volwassen 20%
- afwisseling van slaapperioden; pasgeboorne gefragmenteerde slaap vanaf 6 maanden beginnen ze met NREM
- ontwikkeling van biologische klok; babys kennen geen ritme en producren weinig melatonine. Jonge kinderen zijn ochtend mensen, volwassene meer avondmensen.
- leren slapen; leren omgaan met snachts wakker worden. Kind kan gaan verzetten door bewustzijn van sociale omgeving en vanaf derde leeftijd krijgen zij nachtmerries.
- individuele verschillen; slaapbehoeften kan verschillen per kind. -
Comorbiditeit slaapstoornissen en slaapproblemen
- internaliserende stoornissen; denk hierbij aan angststoornis, depressie. ptss is een combinatie van slaapproblemen en angst.
- gedragsproblemen; risicofactor voor probleem gedrag
- adhd; melatonie productie gaat later op gang. verzetten meer tegen het naar bed gaan.
- ASS; Daarbij komt insomnie het meest voor. de inslaap en doorslaapproblemen kunnen uren duren. Verstoorde melatonineproductie. -
Prevalentie (hoe vaak komt het voor) slaapstoornissen en slaapproblemen
afhankelijk van leeftijd kwart tot de helft van de kinderen heeft er ooit last van. Narcolepsie en hypersomnie zijn zeldzaam. -
verschillen jongen en meisjes slaapstoornissen en slaapproblemen
bij jonge leeftijd komt het gelijk voor. Tijdens adolocentie hebben meisjes meer last. Meisjes zijn wel beter in hun slaapritme vast te houden. -
Wisselwerking ouderlijk handelen en kindgedrag
een baby die niet wil slapen doet een aanslag op het uithoudingsvermogen van de ouder. Hierdoor versterken zij elkaars gedrag
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden