Samenvatting: Organisatie & Personeel
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Organisatie & personeel
-
1 Organisaties en organisatietheorieën
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is kenmerkend maar niet noodzakelijk voor organisaties?
Het blijvend karakter van een organisatie. Heeft vooral betrekking op het feit dat de organisatie niet afhankelijk is van bepaalde personen. Ook al verdwijnen sommige personen, de organisatie leeft voort. -
Hoe kan de productiviteit toenemen?
Door de arbeidsverdeling en specialisatie. Coördinatie - het op elkaar afstemmen van de werkzaamheden- speelt belangrijke rol bij iedere organisatie. -
Wat zijn criteria waarop organisaties zich kunnen onderscheiden?
de grootte van de organisatie, het product of de output van de organisatie, de markt waarop de organisatie opereert, het commercieel of niet-commercieel zijn van de organisatie en de rechtsvorm van de organisatie. -
Waar kunnen organisaties ook naar worden ingedeeld?
Naar het product dat zij voortbrengen. Wordt onderscheid gemaakt tussen goederen en diensten. -
Door welke drie feiten worden diensten gekenmerkt?
- ontastbaarheid: diensten kunnen niet aangeraakt worden, geproefd of geprobeerd;
- onscheidbaarheid: productie en consumptie van diensten vallen meestal samen;
- vergankelijkheid: diensten kunnen niet in voorraad gehouden worden. -
Waar wordt naar gekeken bij de markt waarop organisaties actief zijn als indelingskenmerk?
De afnemers van de producten: individuen (consumenten) of organisaties (producenten). Afhankelijk hiervan spreken we over consumentenmarkt. -
1.1 Organisatietheorieën
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het gevolg van het 'Scientific Management' -model?
Gevolgen: stijging productiviteit, maar lopende band werk. Dus ook ontevredenheid. -
Wat is het rationele bureaucratiemodel van Weber?
Ontwikkelde theorie over het bureaucratisch management met belangrijkste kenmerken:
- een duidelijke hiërarchie;
- veel procedures en voorschriften;
- sterk afgebakende en duidelijk omschreven bevoegdheden van de werknemers;
- promotie op basis van 'technische' kunde;
- objectieve criteria voor beloning;
- onpersoonlijke en formele relaties.
Aldus ontstaat er een onpersoonlijke organisatie wwaarbij ieder mens onmiddellijk vervangbaar is en alle problemen rationeel opgelost worden. -
Wat is human relations?
• Reactie op klassieke school
• Mayo zegt dat het benadrukken van het sociale karakter het welbevinden en prestaties verbetert.
• Experimenten
Kenmerken human relations:
o Organisatie is een harmonische gemeenschap
o Arbeider is sociaal en heeft respect en waardering nodig.
o Sociale werkomgeving is zeer belangrijk voor prestaties
o Mens streeft van nature naar ontplooiing, creativiteit en verantwoordelijkheid. -
2 Interne organisatie
Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Waar gaat het om bij de interne organisatie of organisatiestructuur?
- de wijze waarop taken met bijbehorende bevoegdheden en verantwoordelijkheden verdeeld zijn over personen en afdelingen.
- de wijze waarop personen en afdelingen met elkaar in relatie staan voor zover die relaties betrekking hebben op de organisatiedoelstellingen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden