Financiële aspecten - Financiële aspect: het budget

12 belangrijke vragen over Financiële aspecten - Financiële aspect: het budget

Wat is het verschil tussen een budget en een begroting?

  • Een begroting is niet meer dan een raming van kosten en opbrengsten.
  • Het taakstellende karakter van het budget ontbreekt.
  • Verband tussen planningsproces en budgetteringsprocedures.

Wat het is het doel van budgetteren?

  • Het beheersen van het organisatieproces.
  • Uitgedrukt of vastgesteld in cijfers.

Welke functies heeft een budget?

  • Bezinning op de toekomst.
  • Middel tot beleidsoverdracht.
  • Middel tot toetsing van beleidsuitvoering.
  • Verantwoording afleggen.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Hoe kunnen we nagaan of verkoop en marketing hun budgetten halen?

Cijfermatige gegevens zoals:
  • omzet per klant
  • per vertegenwoordiger
  • per rayon
  • gemiddelde orderbedrag per kant
  • verkoopkosten per order

Hoe kan een manager controleren of de budgetten zijn gehaald binnen de afdeling productie en inkoop?

  • Werken met kwaliteitsnormen voor producten.
  • Productiviteitsmetingen per machine en werknemer.
  • Productiebudgetten leiden tot inkoopbudgetten.

Hoe kunnen we het verloop van onderzoek en ontwikkeling beoordelen?

  • We kunnen kijken naar kosten per ontwikkelings-uur.
  • Naar investeringen.
  • Overige kosten per ontwikkelingsactiviteit.

Welke informatie wordt steeds meer gevraagd voor het sociale jaarverslag binnen budgettering van personeelszaken ?

  • Ziekteverzuimpercentages
  • Cijfers over opleiding en training
  • Personeelsverloop

Welke fases kent budgetbewaking?

  • Activiteiten en kostenregistratie.
  • Verschillenanalyse.
  • Bijsturen.

Wat zijn efficiencyverschillen en wat is de formule?

  • Efficiencyverschillen zijn hoeveelheidsverschillen.
  • Ze ontstaan doordat in werkelijkheid meer of minder productiemiddelen ingezet werden dan was voorzien.


Efficiencyverschil = Ps x ( Hw - Hs)

Ps = standaardprijs
Hw = werkelijke hoeveelheid
Hs = standaard hoeveelheid

Leg uit wat prijsverschillen zijn en gebruik daarbij ook de formule;

  • Dat er meer of minder werd betaald dan verwacht.
  • Ontstaan wanneer de standaardprijs (gebudgetteerde prijs) verschilt van de werkelijke prijs.


Prijsverschil is = Hw x (Pw - Ps)

Hw = werkelijke hoeveelheid
Pw = werkelijk prijs
Ps = standaardprijs

Hoe berekenen we verschillen in vaste kosten?

(Cw - Cs)
---------------
      N

Cw = werkelijke vaste kosten
Cs = standaard vaste kosten
N = werkelijke productieomvang

Benoem en geef uitleg over de werking van de budgettechnieken;

VASTE BUDGETTERING
  • niet meetbaar
  • vrijwel constant
  • per periode een vast bedrag toegestaan.
  • onafhankelijk van de werkelijk optredende bedrijfsdrukte.
  • wordt niet bijgesteld
  • vb; research, marketing, advertenties, opleidingen, training.
  • bezwaar; exacte oorzaak van overschrijding moeilijk te lokaliseren.


VARIABELE BUDGETTERING
  • meetbaar
  • staat vast
  • werkelijke aantal prestaties met standaardtarief vermenigvuldigen.
  • voordeel; precies na kunnen gaan waar en waardoor afwijkingen ontstaan.
  • vb; analyse en controlemiddel


GEMENGDE BUDGETTERING
  • combinatie van vaste en variabele.
  • vast bedrag plus een bedrag per prestatie.



FLEXIBELE BUDGETTERING
  • per afdeling iedere keer opnieuw bepalen hoe groot het budget moet zijn.
  • vergt meer tijd dan andere soort budgetten.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo