Organisaties als open systemen

11 belangrijke vragen over Organisaties als open systemen

Wat is de kritiek op de contingentiebenadering door de Resource Dependency Theory?

- Te veel nadruk op relatie tussen individuele organisatie en omgeving. Resource Dependency Theory kijkt breder; rol van andere organisaties
- Het machtsaspect in de contingentiebenadering (wisselwerking tussen organisatie en omgeving) werd verwaarloosd. Volgens contingentiebenadering beïnvloedde omgeving alleen organisatie (eenzijdige relatie) -> denk aan kloosters (sociale acceptatie)

Wat is de kritiek op de Resource Dependency Theory?

- Te veel nadruk op invloed van machtsrelaties (interne organisatie over het hoofd gezien)
- Er wordt uitgesloten dat organisatie zelf besluiten neemt voor een grotere efficiëntie, zoals een fusie

Wat was de kritiek die DiMaggio & Powell gaven op de contingentiebenadering?

- Te veel nadruk op efficiency binnen organisatie, weinig aandacht externe 'instituties' en belang van externe legitimiteit
- Gaat niet om verklaren van verschillen tussen organisaties, maar zij vonden juist dat er een sterke mate van homogenisering (isomorfie) plaatsvond
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat betekent competitieve isomorfie? (DiMaggio & Powell)

Dat isomorfie (de gelijkheid van vorm) in een marktsector ontstaat door concurrentie tussen bedrijven

Wat is het onderscheid dat DiMaggio & Powell maken tussen publieke en private organisaties?

- Bij private bedrijven zie je meer concurrentie en ze zijn winstgevender ingesteld -> efficiency speelt wel een belangrijke rol -> bedrijven meer van elkaar afkijken
- Bij (semi-)publieke organisaties verdwijnt efficiency meer naar achtergrond -> minder concurrentie

Isomorfie komt tot stand door institutionele mechanismen, oftewel door institutionele isomorfie. Wat zijn de institutionele mechanismen?

1. Dwang (dezelfde wet- en regelgeving)
2. Imitatie (geen tijd -> modetrend, komt door onzekerheid en bounded rationality)
3. Normatieve processen (delen van dezelfde normen en waarden, bijv. opleiding, dezelfde professionele netwerken, filtering, socialisatie)

Wat waren de hypothesen van DiMaggio & Powell?

- Hoe groter de afhankelijkheid van een organisatie van een andere, des te groter de gelijkenis met de machtige organisatie
- Meer overheidsbemoeienis leidt tot een grotere isomorfie binnen het organisatieveld -> institutioneel isomorfisme

Wat was de kritiek op de neo-institutionele theorie van DiMaggio & Powell?

- Machtsrelaties binnen organisaties krijgen geen aandacht
- Te veel nadruk op rol van omgeving -> er moet ook gekeken worden naar interne machtsrelaties
- Alternatieve verklaringen worden niet meegenomen -> bijv. economie of innovatie

Wat is de kritiek van de organisatie ecologie (op bijv. Pugh)? (Caroll & Hannan)

- Het interne management is niet belangrijk, het gaat om gehele organisatieveld. Een organisatie moet op andere bedrijven lijken, anders failliet -> minder handelingsvrijheid voor manager. Dit is kritiek op Pugh die zei dat managers 50% invloed hebben op organisatiestructuur
- Populaties van organisaties als object (bijv. 'krant') ipv individuele organisaties
- Evolutionair perspectief -> geen sprake van rationele adaptatie,
maar survival of the fittest   

Wat zijn de kernbegrippen van organisatie ecologie? (Carroll & Hannan)

- Constitutive legitimation(take-for-grantedness, legitimiteit en bestaansrecht)
- Diffuse competitie (concurrentie met mensen die jouw product niet kopen)
- Fitness (passendheid, als voorwaarde voor levensvatbaarheid)
- Carrying capacity (draagkracht uit omgeving)
- Population density  (populatiedichtheid)
- Geboorte en dood van organisaties

Hoe ontwikkelen organisatiepopulaties zich?

1. Als eerste zijn er nieuwe organisaties met weinig legitimiteit -> moeite vergaring van middelen -> bedrijven failliet, weinig nieuwe -> trage groei
2. Er wordt iets meer geaccepteerd, legitimiteit neemt toe -> meer middelen beschikbaar -> veel nieuwe organisaties, weinig failliet -> snelle toename
3. Organisatieveld raakt 'crowded' -> schaarste -> natuurlijke selectie -> meer bedrijven failliet -> aantal organisaties stabiliseert -> veld bereikt 'carrying capacity'  

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo