Foundations of organization structure
67 belangrijke vragen over Foundations of organization structure
Wat is een organisatiestructuur en welke zes kernelementen staan daarin centraal?
- In welke mate zijn activiteiten over individuele banen verdeeld? (specialisatie)
- Hoe worden deze banen gegroepeerd? (departementalisatie)
- Aan wie rapporteren de individuen? (hiërarchie)
- Hoeveel individuen kan een manager aansturen? (span of control)
- Waar ligt de beslissingsbevoegdheid? (de-centralisatie)
- In welke mate zijn er regels om medewerkers te sturen? (formalisering)
Een organisatiestructuur definieert hoe taken formeel verdeeld, gegroepeerd en georganiseerd zijn. Er zijn 6 elementen waar managers rekening mee moeten houden als ze een organisatiestructuur ontwerpen
- departementalisatie,
- chain of command,
- span of control,
- centralisatie,
- decentralisatie en
- formalisatie
Wat wordt verstaan onder organisatiestructuur en uit welke elementen is een organisatiestructuur opgebouwd
- Workspecialisation
- Departementalisation
- Chain of command
- Span of control
- Centralisation / decentralisation
- Formalisation
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Is eindeloze specialisatie in het werk goed voor je?
Wat is de functie van werkspecialisatie
In essentie is werkspecialisatie dat individuen zich specialiseren in een deel van het werk in plaats van het hele werk doen.
Hoe kan men werk in organisaties departementaliseren?
Welke soorten groepering van functies en taken kunt u onderscheiden en in welke situaties worden deze toegepast
- Groeperen naar functie (bijv. Afdeling patiëntenzorg in zkh)
- Groeperen naar type product (bijv. Afdeling Pampers bij P&G)
- Groeperen naar geografie (bijv. Afdeling Noord bij sales)
- Groeperen naar klantprocessen (bijv. Afdeling betalingen)
- Groeperen naar klanttype (bijv. Afdeling consumenten, grote bedrijven etc.)
Waarom is hiërarchie tegenwoordig steeds minder prominent?
Chain of command is..., Twee belangrijke concepten hierbij zijn:....?
Twee belangrijke concepten hierbij zijn:
- Autoriteit zijn de rechten die bij een managementpositie horen om bevelen te geven en te verwachten dat deze bevelen gehoorzaamd worden.
- Unity of command behoudt het principe van een ononderbroken lijn. Een persoon heeft 1 persoon waaraan hij verantwoording aflegt.
Welke principes worden vaak gehanteerd in de aansturing (‘chain of command’) van organisaties en waarom
- Autoriteit: geeft het recht van managers aan om opdrachten te geven en te verwachten dat deze uitgevoerd worden.
- Eenheid van bestuur: geeft het idee aan dat een ondergeschikte één leidinggevende heeft waar ze direct verantwoording aan aflegt.
Let op: eenheid van bestuur wordt in deze tijd van minder belang geacht. Informatie beschikbaarheid en zelfsturende teams zijn daar onder andere oorzaak van.
Wat is een kleine span of control en wat zijn daarvan de nadelen?
Wat wordt verstaan onder het omspanningsvermogen (‘span of control’) van managers en welke vuistregel wordt hierin vaak gehanteerd
Ongeveer vijf of zes medewerkers betekent dat een leidinggevende een directe controle kan blijven houden.
Waaraan refereert de mate van centralisatie binnen een organisatie?
Waaraan refereert de mate van formalisering binnen een organisatie?
Welke rol speelt formalisatie in de organisatiestructuur en waarom
Dit doen we omdat het resulteert in consistente en uniforme output.
De simpel structure wordt gekarakteriseerd door... ? Enkele andere kenmerken?
is gecentraliseerd in een enkel persoon en weinig formalisatie.
Enkele andere kenmerken:
- vaak bij kleine bedrijven waar de autoriteit de manager en de eigenaar is
- grote bedrijven versimpelen hun structuur in tijden van crisis.
sterkte van het ontwerp ligt in de eenvoud: Snel, flexibel, goedkoop in onderhoud en de verantwoordelijkheid is duidelijk.
- zwakte is dat het
(1)moeilijk te onderhouden in grotere organisaties.
(2)Ook is het risicovol, alles hangt af van een enkel persoon.
Welke vijf organisatiestructuren worden onderscheiden en wat zijn de belangrijkste overeenkomsten en verschillen
- Simple structure
- Bureaucracy
- Matrix structure
- Virtual organization
- Bounderyless organization
Wat is de simple structure organisatievorm
- een lage graad van verschillende afdelingen,
- wijde span of control,
- gecentraliseerde autoriteit in een enkele persoon
- weinig formalisatie.
Wat is de bureaucracy organisatievorm
- hoge routinematige taken geleerd door specialisatie,
- veel geformaliseerde regels en regelgeving,
- taken die gegroepeerd zijn in functionele afdelingen.
- gecentraliseerde autoriteit,
- kleine span of control,
- beslissingen volgen chain of command.
De virtuele organisatie is... Kenmerken en voor en nadelen
Enkele kenmerken:
Veel bedrijven outsourcen een deel van het bedrijf, zoals klantenservice etc. en concentreren zich op wat ze het beste kunnen.
Een typische virtual organization bevat managers die bezig zijn om activiteiten te coördineren en relaties te onderhouden met andere organisaties; typisch door middel van computer-network links.
Voor- en nadeel:
Voordeel: flexibiliteit
Nadeel: minder managementcontrole over belangrijke aspecten van het bedrijf
Wat is matrix structure organisatievorm
- Dubbele lijn van bevoegdheden
- Combineert functionele en product afdelingen
De grenzeloze organisatie is..... Kenmerken?
Kenmerken - Grenzen verwijderen:
Door verticale grenzen te verwijderen, vervlakt de hiërarchie. Dit kan gedaan worden aan de hand van bijvoorbeeld cross-hiërarchische teams, geparticipeerde beslissingspraktijken, en 360 graden performance evaluaties.
Om horizontale grenzen te verwijderen kunnen cross-functionele teams worden ingezet, activiteiten kunnen georganiseerd worden omtrent proces en ook kunnen zijdelingse transfers ingezet worden: mensen afwisselend in verschillende afdelingen; zo wordt de specialist generalist
Wat is virtual organization
- Smalle core organisatie
- Outsources alle belangrijke bedrijfsfuncties
Noem de voor- en nadelen van de bureaucratische organisatiestructuur?
+ duidelijk regels maken dat manager die goedkoper zijn en minder getalenteerd hun rol kunnen uitvoeren.
- specialisatie kan zorgen voor conflicten tussen afdelingen. Doel van de afdeling kan het doel van de organisatie overstijgen.
- mensen kunnen geobsedeerd raken door regels. Geen ruimte voor aanpassing voor zaken die niet precies aan de regels voldoen.
Twee extreme modellen van organisatieontwerp zijn:
Organisch model: Komt overeen met boundaryless. Vlakke organisatie, gebruikt cross-hiërarchische en crossfunctionele teams; lage formalisatie, in bezit van een begrijpend informatienetwerk (gebruikelijk zijdelingse en opwaartse communicatie, alsook neerwaartse communicatie) en vertrouwt op participerende beslissingneming
Wat is een boundaryless organization
- Zoekt een manier om de chain of command te elimineren
- Heeft onbeperkte span of control
- Vervangt afdelingen door empowerd teams.
Wat is de Matrix Structure?
Werknemers in deze structuur hebben twee bazen, de functionele manager en de productmanagers.
De factoren, oorzaken of determinanten verantwoordelijk voor de organisatiestructuur?
- Strategie
- Organization size
- Technologie
- Environment
Waarin verschilt het mechanistische organisatiemodel van het organische organisatiemodel en welk model is het meest van toepassing per organisatiestructuur
Het organische organisatiemodel gaat uit van platte structuur, gemixte hierarchische en gemixte functionele teams. Lage formalisatie, groot informatienetwerk en vertrouwt op participerende beslissingen
Noem de voor- en nadelen van de Matrix Structure
+ specialisten bij elkaar zetten, waardoor er minder nodig zijn en bronnen gedeeld worden
- moeilijkheid om taken te coördineren tussen verschillende specialisten zodat hun activiteiten op tijd klaar zijn en binnen het budget.
Voor Product departementalisatie zijn de voor en nadelen tegenovergesteld.
+ Coördinatie mogelijk in complexe organisatie
+ meer flexibiliteit en communicatie
+ minder bureaupathologie (de neiging van afdelingsmanagers om zo druk te zijn hun eigen wereld te beschermen dat de algemene organisatiedoelen in gevaar komen).
+ specialisten worden efficiënt ingezet
- verwarring
- machtsproblemen
- stress in individuen
- niet altijd duidelijk aan wie te rapporteren
- rolconflict
Strategie-kaders focussen op drie strategie-dimensies en het structurele ontwerp dat met elk het beste werkt:
Cost-minimisation strategie: Benadrukt scherpe budgetcontrole, vermijdt onnodige innovaties of marketinguitgaven en biedt lage prijs door basisproducten aan te bieden. Mechanische structuur: Strakke controle, extensieve werk-specialisatie, hoge formalisatie en hoog gecentraliseerd.
Imitation strategie: Streeft naar nieuwe producten of gaat op zoek naar nieuwe markten als de waarde al is aangetoond.
Mechanisch en organische structuur: Mix van losse en vaste eigendommen, strakke controle over huidige activiteiten en losse controle voor nieuwe ondernemingen.
Wat is een virtuele organisatiestructuur, of virtuele organisatie?
Wat zijn de voor- en nadelen van een virtuele organisatie?
- minder controle over belangrijke aspecten van het bedrijf
Grotere organisaties (2000 werknemers of meer) hebben meer specialisatie, departementalisatie, meer verticale levels en
meer regels dan kleinere organisaties. Er is geen.....
Bijvoorbeeld een organisatie van 2000 is al vrij mechanistisch, 500 erbij maakt niet veel uit voor de structuur. Maar 500 bij
een bedrijf van 300 vraagt wel om een verschuiving in structuur.
Wat kun je zeggen over organisatie strategie
- innovation strategie: Kijkt naar implementatie van nieuwe producten en diensten.
- cost minimastion strategie: kijkt naar controle op kosten, prijsreductie, voorkomen van onnodige innovatie en marketingkosten.
- Imitation strategie: kijkt naar nieuwe producten of diensten die hun waarde al bewezen hebben.
Welke organisatiestructuur past bij welke strategie
Cost minimisation - mechanisatisch model
Imitation - mechanisatisch model
Welke twee extreme modellen van organisatieontwerp kun je onderscheiden en geef een definitie
Een structuur gekarakteriseerd door extensieve departementalisatie, hoge formalisatie, beperkt informatienetwerk en centralisatie. Synoniem voor bureaucratische organisatie.
Het organische model:
Vlakke organisatie, gebruikt cross-hiërarchische en cross-functionele teams, lage formalisatie, omvattend informatienetwerk, hoge participatie in het nemen van beslissingen (decentralisatie). Komt overeen met boundaryless organisatie.
Een statische omgeving geeft minder onzekerheden dan een dynamische omgeving. Een manier om onzekerheid te reduceren is om de structuur aan te passen. Er zijn drie dimensies aan de omgeving van een organisatie:
Capaciteit. De mate waarin groei mogelijk is.
Volatility (vluchtigheid). De instabiliteit, de mate van onvoorspelbare veranderingen, dynamische omgeving.
Complexiteit. De mate van heterogeniteit en concentratie van de elementen in de omgeving.
Wat is de interafhankelijkheid tussen structuur en strategie?
Cultuur heeft invloed op organisatiestructuur. In alle Europese landen is er een significante toename in nieuwe organisatiestructuren, voornamelijk vanaf 1990. Er is een percentage-verschil tussen landen, maar ze lijken allemaal in dezelfde richting te gaan. Welke richting?
Wat zijn de drie huidige strategiedimensies en welk structurele ontwerp hoort het beste bij elk van hen?
De nadruk ligt op het introduceren van nieuwe producten en diensten. Organische structuur.
Kostenminimalisatie strategie:
De nadruk ligt op het beheersen van kosten, het vermijden van onnodige innovatie of marketingkosten en het verlagen van prijzen door basisproducten te bieden. Mechanische structuur.
Imitatie strategie:
Maakt nieuwe producten of gaat op nieuwe markten als de waarde al is aangetoond. Organische en mechanische structuur.
Organisatiestructuur definieert hoe werktaken worden verdeeld, gegroepeerd en gecoördineerd. Uit welke 6 elementen wordt de organisatiestructuur opgebouwd?
- Werkspecialisatie
- departementalisation (groepering)
- chain of command (aan wie rapporteer je?)
- autoriteit; iemand heeft het voor het zeggen
- unity of command; je bent aan slechts één persoon verantwoording verschuldigd. - spain of control (hoeveel mensen kan een manager aansturen)
- centralisation and decentralisation (waar worden beslissingen genomen)
- formalisation (hoever zijn regels leidend/ ruimte om te bewegen).
Wat houdt chain of command in en welke twee complementaire (aanvullende) concepten zijn hierin belangrijk?
2 complementaire concepten:
1. Autoriteit (rechten lieindggevende functie om beleven te geven en verwacht dat die worden nageleefd).
2. Unity of command (maar aan één superieur direct verantwoordelijk).
Smalle omspanningsvermogen (spam of control) hebben als voordeel dat een manager controle kan behouden. Wat zijn echter drie grote nadelen?
- Het is duur omdat er nieuwe managementniveaus bijkomen
- verticale communicatie in de organisatie wordt ingewikkelder. Het vertraagt namelijk de besluitvorming en zorgt ervoor dat het hogere management geïsoleerd wordt
- het zorgt voor overdreven toezicht en ontmoedigt daarmee de autonomie van medewerkers.
Wat is een voordeel van decentralisatie bij problemen?
Leg uit wat formalisatie is en wat het verschil is tussen hoge en lage formalisatie
- hoge formalisatie: gekenmerkt door expliciete baanomschrijvingen en veel regels en procedures.
- lage formalisatie: gekenmerkt door non-geprogrammeerde gedragingen en vrijheid
Wat houdt een simpele structuur als organisatiestructuur in, wat is hun kracht, nadeel en waar wordt deze organisatiestructuur vooral toegepast?
- lage mate van departmentalisatie (weinig afdelingen)
- brede span of control
- autoriteit is gecentraliseerd in één persoon
- weinig formalisatie
Kracht: eenvoud: snel, flexibel, goedkoop om te onderhouden en verantwoording duidelijk
Nadeel: moeilijk toepasbaar in grote organisaties, risicovol afhankelijk van één persoon.
Wordt vooral toegepast in kleine bedrijven waar de eigenaar en manager dezelfde zijn. Of in grote bedrijven in in tijden van crisis.
Wat houdt bureaucratie als organisatiestructuur in en is haar kracht, nadeel en waar vooral toegepast?
- geroutineerde taken behaald via specialisatie
- zeer geformaliseerde regels
- taken gegroepeerd in functieafdelingen
- gecentraliseerde autoriteit
- smalle omspanningsvermogen
-besluitvorming die chain of command volgt
Kracht:
- gestandaardiseerde activiteit zeer efficiënt uitvoeren.
- specialisaties samenvoegen resulteert in schaalvoordeel
- minder getalenteerde mensen, dus goedkoper
Nadeel:
- specialisatieconflicten tussen afdelingen
- obsessieve zorg over het volgen van de regels
Wat is virtuele organisatie en wat zijn haar voor en nadelen?
Voordeel: minimaliseert bureaucratische bedrijfskosten omdat er geen blijvende organisatie is om te behouden
- geen lange termijn
- flexibiliteit
* belangrijke bedrijfsfuncties uitbesteden waarbij het management het idee heeft dat anderen dit beter en goedkoper kunnen.
Nadeel:
controle van het management over de belangrijkste onderdelen van haar activiteiten vermindert.
Wat is de grenzeloze-/ T-vorm/ technologie-gebaseerde organisatie en wat zijn haar voor en nadelen?
tracht chain of command te elimineren
- heeft onbeperkt span of control
- vervangt afdelingen door emporwered teams
Kracht:
door verticale grenzen verwijderd de hiërarchie
cross-hierarchische teams
- participatieve besluitvormingsactiviteiten
-360 graden prestatiebeoordelingen
Functieafdelingen creëren horizontale grenzen. Deze grenzen verstikken de interactie tussen functies, productielijnen en productie-eenheden. Welke activiteiten kunnen horizontale grenzen doorbreken?
het organiseren van activiteiten rond processen
laterale transfers en het roteren van mensen in en uit verschillende functieafdelingen.
* deze aanpak maakt van specialisten, generalisten
Wat is een mechanistisch model?
- specialisaties
- uitgebreide departmentalisatie,
- een duidelijke "chain of command"
- smalle "span of control
- hoge formalisatie
-beperkt informatienetwerk (neerwaartse communicatie)
- centralisatie; weinig participatie en de besluitvorming van lagere medewerkers
Wat is een organisch model?
- Heeft een platte organisatiestructuur
- cross-hiërarchische en cross-functionele teams
- uitgebreid informatienetwerk (laterale en opwaartse communicatie)
- brede span of control
- lage formalisatie
- decentralisatie (veel participatie in de besluitvorming).
Waarom is het logisch dat de structuur en strategie van een organisatie aan elkaar gelinkt zijn?
Wat wordt er bedoelt met technologie en welke technologiestructuur relatie zijn er?
Routinematige activiteiten: geautomatiseerde en gestandaardiseerde operaties
Niet routinematige activiteiten: worden afgestemd/aangepast
Organisatieomgeving bestaat uit instellingen of krachten van buiten de organisatie (extern) die mogelijk van invloed zijn op de prestaties van de organisatie. Welke vormen zijn er?
- Statische omgeving; geeft minder onzekerheid dan
- dynamische omgeving
verminderen door: organisatiestructuur aan te passen
Wat zijn de drie belangrijke kerndimensies voor de organisatieomgeving?
- Capaciteitsdimensie; mate waarin deze groei kan ondersteunen
- Volatiliteitsdimensie; legt de mate van instabiliteit in de omgeving vast
- Complexiteitsdimensie; mate van heterogeniteit en concentratie tussen omgevingselementen
Wanneer heeft een organisatie de hoogste mate van onzekerheid en welke organisatiestructuur is dan het beste?
- schaarste
- dynamiek
- complexiteit
Organische organisatiestructuur.
Wanneer is het beste om een mechanische structuur te hanteren?
- overvloedig
- stabiel
-simpel is
Het effect van de organisatiestructuur op werknemersgedrag verschilt per individu. Wat is de voorkeur van medewerkers voor werkspecialisatie?
Wat is het bewijs voor de relatie span of control en prestaties van medewerkers?
Wat is het bewijs voor de relatie tussen centralisatie en werktevredenheid?
Autonomie wordt positief gerelateerd aan werktevredenheid
Op welke manieren kunnen werknemersprestaties en tevredenheid verhoogt worden?
- Persoonlijkheid
- Werktaken
- Cultuur verdient de nodige aandacht
In het tijdperk van globalisatie, wat zijn de belangrijkste bestuurders van de organisatiestructuur?
- Strategie
- grootte
- omgeving
- technologie
NIET CULTUUR!
Om probleemsituaties in organisaties te doorgronden en om te kunnen inventarieren bij problemen, hanteren psychologen een systematische stappeplan. Hoe heet dit stappenplan?
Wat verstaat men onder organisatiecultuur?
waarden
normen
opvattingen
gedragscodes die binnen een organisatie gelden en die in grote mate het denken, doen en voelen van de leden van die organisatie bepalen.
Cultuur is soort lijm die organisatie bijeenhoudt
Wat is het nut van organisatieverandering?
continue en emergente anticipaties en aanpassingen tot radicale en door het management geplande reorganisaties
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden