Het proces organisatie ontwikkeling - Evalueren en formaliseren van de organisatie interventie

11 belangrijke vragen over Het proces organisatie ontwikkeling - Evalueren en formaliseren van de organisatie interventie

Wat gebeurt er bij de evaluatie van een organisatieveranderingstraject?

Gegevens worden verzameld en teruggekoppeld aan change agents en organisatieleden om inzicht te geven in de voortgang van de verandering en de invloed die deze heeft op het functioneren van de (desbetreffende onderdelen van de) organisatie.

Welke factoren bepalen de kwaliteit van de evaluatiegegevens?

De manier waarop het evaluatieonderzoek is opgezet. Hoe is onderzoeksontwerp en welk instrumentarium is gebruikt. Dit bepaald validiteit en dat bepaald kwaliteit.

Op welk moment in het veranderingstraject is het zinvol te gaan nadenken over de manier van evalueren?

Direct wanneer men de interventie keuze maakt. Beslissingen over onderzoeksontwerp en te gebruiken instrumentarium is vroegtijdig in het traject (en op basis van de diagnose).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Probeer de termen ‘during-implementation/implementation feedback’ en ‘after-implementation/evaluation feedback’ in termen te gieten die gebruikt worden in experimentele ontwerpen, zoals de termen ‘onafhankelijke’ en ‘afhankelijke variabelen’ en ‘checks op de manipulatie’ (of interventie).
Wat is dan de onafhankelijke, en wat is de afhankelijke variabele?

In beginsel kan de during-implementation beschouwd worden als een onafhankelijke variabele (met vele facetten en volgtijdelijk geïmplementeerd) die een beoogd effect heeft op de gekozen afhankelijke variabele (evaluation feedback en measures of long term effects).

‘During-implementation/implementation feedback’ en ‘after-implementation/evaluation feedback’ kunnen bij experimentele ontwerpen gebruikt worden in termen van ‘onafhankelijke’ en ‘afhankelijke variabelen’ en ‘checks op de manipulatie’ (of interventie).
Hoe wordt gecontroleerd voor de beoogde effecten van de onafhankelijke variabele?

Vaak is niet duidelijk of de gekozen interventies de tussentijdse (beoogde) effecten hebben gehad. Om dat na te gaan moet daarvoor gecontroleerd worden, en wel door de implementation feedback (measures of features of the intervention and immediate effects). De metingen van die feedback kunnen dan ook beschouwd worden als checks op de manipulatie (of als controles op de interventie).

Stel dat een organisatie te kampen heeft met lage werktevredenheid en productiviteit en dat een taakverruimingsprogramma wordt ingesteld als interventie om deze problemen het hoofd te bieden.
Geef aan op welk moment er during-implementation/implementation feedback en after-implementation/evaluation feedback kan plaatsvinden voor een evaluatie. Gebruik de termen ‘onafhankelijke variabele’ en/of ‘check op de manipulatie’, wat zijn de afhankelijke variabelen?

Eerst moet gecontroleerd worden of de core job dimensions daadwerkelijk goed geïmplementeerd zijn. Dan moet gecontroleerd worden of de kritische psychologische toestanden ontstaan zijn (men ervaart het werk als belangrijk, men is verantwoordelijk men krijgt voldoende feedback over resultaat). Belang van het werk, verantwoordelijkheid en feedback moeten de verwachte verbanden vertonen met de lange termijn afhankelijke variabelen (work motivation, enzovoorts = de evaluation feedback). Wanneer een gefaseerde, longitudinale invoering gedaan wordt van de verschillende taakverruimingvariabelen (core job dimensions), vraagt dit extra aandacht op het gebied van methodologie en meettechniek voor de evaluatie.

Wat is het nadeel van het gegeven dat in veel onderzoeken alleen maar gekeken wordt naar de evaluation feedback, en minder (of geheel niet) naar de implementation feedback?

Bij afwezigheid van resultaten, of onverwachte resultaten, of zelfs indien resultaten in de verwachte richting liggen, kan men niet concluderen waaraan de (afwezigheid van) effecten zijn toe te schrijven. Men heeft namelijk geen inzicht gekregen in de manier waarop de interventie werd geïmplementeerd.

Stel dat, tijdens een veranderingstraject, uitkomstvariabelen geen verschillen laten zien tussen voor- en nameting. Ga na op welke verschillende manieren u deze resultaten kunt interpreteren. Wat betekent dit voor de keuze van variabelen die in evaluatieonderzoek betrokken moeten worden? Gebruik bij het antwoord onder meer de variabelen die de interne validiteit van studies kunnen beïnvloeden/bedreigen, zoals: reactiviteit op de meting, omstandigheden, selectieve uitval, test-hertest problemen, enzovoorts.

Er zijn verschillende interpretatiemogelijkheden denkbaar, bijvoorbeeld:
- De verkeerde interventie is gekozen.
- De interventie is niet goed geïmplementeerd.
- De verkeerde uitkomstvariabelen zijn gekozen.
- De omstandigheden zijn veranderd.
- Er zijn testeffecten opgetreden vanwege het meerdere keren gebruiken van dezelfde instrumenten bij dezelfde personen.
- Deelnemers reageren negatief op de interventie (reactiviteit).
- Deelnemers hebben sociaal wenselijke antwoorden gegeven bij de pretest en/of natest.
Bij evaluatieonderzoek moeten zowel interventie- als uitkomstvariabelen worden gemeten (proces- en effectevaluaties). Deze verschillende manieren om de resultaten van de uitkomstvariabelen te interpreteren laten het belang zien van het meten van ook interventievariabelen naast uitkomstvariabelen.

Onder welke voorwaarden is het zinvol te gaan werken aan de institutionalisering van interventies?

Als uit evaluatieonderzoek blijkt dat implementatie heeft geleid tot de beoogde effecten.

Wat verstaan Cummings en Worley onder het institutionaliseren van interventies?

Het verwijst naar activiteiten om de interventies een blijvend onderdeel te maken van het normale functioneren van de organisatie. Ingevoerde interventies worden onderdeel van de organisatiecultuur, en zijn niet gebonden aan de aanwezigheid van bepaalde organisatieleden of adviseurs.

Uit welke activiteiten bestaat een institutionaliseringproces?

Goodman en Dean (1982): vijf groepen van activiteiten:
- Communicatie: zodanige overdracht van informatie over overtuigingen, voorkeuren, normen en waarden die samenhangen met de interventie naar organisatieleden, dat het waarschijnlijk is dat zij zich deze eigen maken
- Binden: van organisatieleden aan gedragingen die de interventie ondersteunen
- Beloning: rechtvaardig om het gewenste gedrag te bekrachtigen
- Meerdere plekken: interventies in de organisatie meer toegepassen
- Signaleren en corrigeren: afwijkingen van het gewenste gedrag

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo