Startpagina / Samenvattingen / Organizational communication : approaches and processes / werknemers-organisationele-macht

Classical Approaches

5 belangrijke vragen over Classical Approaches

Volgens Fayol kan horizontale communicatie in een hiërarchie soms het functioneren van de organisatie faciliteren. Daarom stelt hij een gestructureerde "gangplank" voor (Fayol's bridge):

werknemers op hetzelfde hiërarchische niveau worden horizontaal aan elkaar gelinkt.

Principles of organizational reward = suggesties van Fayol omtrent beloningen:

Remuneration of personnel: werknemers moeten beloond worden voor hun werk met geschikte
salarissen en voordelen.
Equity: in beloning, moeten werknemers rechtvaardig behandeld worden.
Tenure stability: de organisatie moet garanderen dat de werknemers voldoende tijd op het werk
krijgen om maximaal te presteren. Een te stabiele aanstelling kan contraproductief zijn.

Principles of organizational attitude = drie principes die rekening houden met de juiste gevoelens en houdingen van werknemers in organisaties:

Subordination of individual interest to general interest: een organisatie kan alleen effectief zijn als de interesses van het geheel voorrang hebben op die van individuen. Individuen moeten eerst rekening houden met de organisationele doelen.
Initiative: managers moeten de inspanningen van een werknemer waarderen en sturen om in het beste belang van de organisatie te werken.
Esprit de corps: “één voor allen, allen voor één”. Geen verdeeldheid tussen de organisationele niveaus.

Volgens Weber domineert de rationeel-juridische autoriteit in een bureaucratie. De macht is gebaseerd op rationaliteit, ervaring, normen en regels. Om deze reden is deze macht veel onpersoonlijker dan traditionele of charismatische autoriteit, die zich baseren op de positie of de persoon die de positie bekleedt om het gezag te bepalen.
Samengevat:

Weber stelt dat er een ideale organisationele vorm is: bureaucratie. Er is een strikt vertrouwen op regels, arbeidsverdeling en een duidelijk vastgestelde hiërarchie waarin de macht is gecentraliseerd.

Frederick Taylor’s "Theory of Scientific Management" = gebruikt wetenschappelijke methoden om te bepalen wat de beste manier van managen is. Richt zich op het microniveau van het organisationele functioneren: Taylor houdt zich niet bezig met organisationele structuur, maar met de relatie tussen manager en medewerker en de controle van het individu. De theorie is ontstaan wegens onvrede over verschillende punten:

Nieuwkomers leerden taken door te kijken naar ervaren werknemers. Dit systeem is alleen effectief als de ervaren werknemers de taken uitvoeren op de meest efficiënte manier. Uneven work door training via gewoontes en tradities.
De manier waarop werknemers werden beloond voor hun werk ging d.m.v. stukloon. Op deze manier werd het gedemotiveerd tussen werknemers om harder te werken, omdat dan de norm hoger kwam te liggen. De sociale druk om productiviteit laag te houden en het loon hoog noemen we systematic soldiering.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Organizational communication : approaches and processes | 9781111345419 | Katherine Miller

Bekijk samenvatting