Teelken: NPM/Managerialism (compliance or pragmatism)
10 belangrijke vragen over Teelken: NPM/Managerialism (compliance or pragmatism)
Wat is het doel van het artikel van Teelken? (2) (3 universiteiten d.m.v. interviews zijn onderzocht en met name gebaseerd op de professional theory)
1 Onderzoeken hoe managerialism door de ogen van Uni.medewerkers gezien wordt en hoe dit lesgeven/onderzoek beinvloedt.
2 Hoe de reacties van respondenten geinterpreteerd kunnen worden vanuit de institutional/professional theory.
NPM heeft zich ook binnen de universiteitsgemeenschap voltrokken, hoe? (Teelken)
Er is een verschuiving van 'comnunities of scholars' naar "workplaces" en "target cultuur"
Managerialism = ideologieen en het actuele gebruik van technieken, waarden en praktijken die uit de private sector zijn afgeleid. Dit kwam samen met de afspraken om het onderwijs in Europa vergelijkbaar te maken (bachelor/master/phd, kwaliteitsmaatstaven en ECTS). Hoe resulteerde dit in de universiteiten? (Teelken)
Het draait om efficientie, effectiviteit, excellentie, standaarden van prestatie en organisatieverandering. In universiteiten: rigide accreditatie systeem, zekere beslissingen (slagen/zaken), productie van verslagen, nadruk op output (publicaties/aantal bullen)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat houdt de institutionele theorie in? (Teelken)
Dit gaat om de institutionele omgeving van de organisaties zelf en de medewerkers. Institutionalisme blijkt tot meer rigiditeit/weerstand dan tot vernadering te leiden. Door gelijkenis van de processen/structuur, vindt er imitatie plaats wat leidt tot isomorfisme. Hierdoor zijn instituties moeilijk te doorgronden. Het aanpassen van institutionele regels of andere instituties wordt belangrijker, dan het succes van de organisatie in hun werkelijke activiteiten (zoals lesgeven of onderzoek)
Waarom passen veel organisaties zich niet aan de institutionele omgeving aan? (Teelken)
Omdat dit de lange termijn overlevingskansen kan vermindering (ontkoppeling: behoud van een discrepantie tussen formele regels en de praktijk in de organisatie).
Institutionalisme richt zich in dit artikel op de machtstrijd tussen managerial en de professional elite. I.v.m. de professional theory is de institutionele theorie veel breder georienteerd. Wat houdt de professional theory in? (Teelken)
Deze gaat meer in op de individuele factoren in relatie tot verandering. Het verwijst naar de rol van de individuele professional binnen de organisatie. Professional worden onder druk gezet door management maatregelen. Managerialism begint de overhand te krijgen. Vaak is er een spanningsveld tussen de prof. achtergrond van medewerkers en de eisen van de organisatie.
In welke 3 categorieen kan de professional theory worden ingedeeld?
1 Symbolic compliance: professionals doen alsof ze enthousiast zijn over de implementatie, maar gaan voornamelijk och hun eigen weg. Ze zullen zich alleen oppervlakking aanpassen, waardoor implementatie heel traag zal gaan.
2 Professional pragmatisme: de professional nemen de maatregelen voor lief. Er wordt serieus en kritisch met deze maatregelen omgegaan en er wordt tot een bepaald niveau actief mee omgegaan.
3 Formal instrumentality: er wordt 100% vertrouwd op de invoering van formele instrumenten, zonder kritisch perspectief.
Symbolic compliance gedrag komt vooral voor bij evaluaties over lesgeven, licht dit toe (Teelken)?
Er wordt weinig om de publicatiedoelstellingen gegeven, zolang ze er zelf maar niet door beinvloed worden. Doorstopping: door de formulieren worden de deuren voor bemoeizucht van het management geblokkeerd). Dit komt omdat toenemend management de kwaliteit van lesgeven/onderzoek bemoeilijkt: te veel nadruk op output, i.p.v. inhoud. Bijv. meer gericht gekeken waar financiering voor onderzoek geregeld kan worden, i.p.v. de kwaliteit.
Welke 5 conclusies trekt Teelken in haar artikel?
1 Onderzoek meer focus op publicaties/financiering
2 Toenemend belang studenten evaluaties
3 Overwegend kritiek op de ontwikkelingen: m.n. oog voor financiering/sancties, resulteert in stress
4 Managerialism vaak zonder direct verband met het primaire proces (lesgeven/onderzoek) geimplementeerd wordt of het waarderen van universiteiten als autonomie/professionele instituties.
5 Maar: organisatieverbintenis neemt toe (ook hoeveelheid uren werk)
Waar gaat de institutionele theorie over?
Over de instelling van sociale/culturele/wettelijke normen buiten de organisatie. Deze normen leiden tot standaarden waar alle organisaties (uit een bepaald institutioneel veld) zich min of meer op moeten richten > standaardisering > gelijkvormigheid > isomorfisme
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden