Samenvatting: Orientatiecursus Cultuurwetenschappen Deel 1 | W Steffelaar
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Orientatiecursus Cultuurwetenschappen Deel 1 | Drs. W. Steffelaar
-
3 De Bourgondisch-Habsburgse staat
-
3.5 Conclusie
-
Wat was de gemeenschappelijke weerstand van de standen en gewesten door de veranderingen tijdens Karel V?
De ontevredenheid van de hoge edelen lag in het aantasten van hun onafhankelijkheid en dat hun rol als stadhouder werd verbonden aan het staatsbelang.
Gemeenschappelijk was het gevoel van de afwezigheid van de vorst in de Nederlanden en daardoor zijn desinteresse toonde.
Maatregelen van de centrale regering op godsdienstig en kerkelijk gebied was een bron van oppositie
-
4 De Bourgondische cultuur
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4
Laat hier meer flashcards zien -
4.1.1 Culturele communicatie
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom geeft de relatie met de werkelijkheid relevantie?
Omdat zij een betekenis hebben voor tijdgenoten en die op een bijzondere manier tot uitdrukking brengen. Daarom krijgen deze kunstwerken doorgaans een eervolle plaats en wordt er ook een hoge prijs voor betaald.
-
4.2.3 Hofkunstenaars
-
Wat was het effect van de culturele bestedingen vd vorst?
De edellieden en hoge ambtenaren bootsten de culturele bestedingen na. Van de hofhouding ging dus een voorbeeldwerking uit, die een aanzienlijk ruimere kring bereikte en als model voor de lokale burgerlijke elite gold.
-
4.4.2 Het waarom van de boodschap
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.4.2
Laat hier meer flashcards zien -
In welke kunsttakken investeerden de Bourgondiers bij voorkeur, en waarom?
De Bourgondiers hadden geen vaste residentie. De hertogen reisden steeds rond in hun diverse landen. Pas onder hertog Filips de Goede b.v., kreeg het paleis op de Coudenberg in Brussel iets meer allure. Muziek, hofkunstenaars, handschriften en ' vertoningen' aan het hof waren belangrijke artistieke investeringen.
-
5 Antwerpen: economische en culturele metropool van het noorden?
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5
Laat hier meer flashcards zien -
5.1.3 De tweede groeifase: naar een permanente internationale markt 1535-1565
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de voordelen van de participatie- en commissiehandel. Waarom bevorderden deze systemen de intrede van de middelgrote en kleine handels in de internationale handel?
In de participatiehandel worden de investering en het risico gedeeld (deelnemer is zo ook sterker bij de zaak betrokken). Voor de commissiehandel is geen dure vertegenwoordiger in het buitenland nodig. De commissionair kan eventueel zaken regelen. Voortaan kunnen ook kooplui met bescheiden middelen handel drijven met het buitenland.
-
6 Holland en Zeeland: de voordelen van de achterstand
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6
Laat hier meer flashcards zien -
6.1.1 Het geografische milieu: mogelijkheden en moeilijkheden
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6.1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke milieufactoren hebben de expansie van Holland bevorderd?
a. Gunstige geografische ligging aan rivieren en kusten die massatransport mogelijk maakten
b. inschakeling in een interregionaal handelssysteem
c. de afnemende productiviteit vd landbouw als gevolg van stijgende kosten (waterbeheersing) en dalende opbrengsten. Dit leidde tot omschakeling naar veeteelt; het hierdoor ontstane arbeidsoverschot vormde een prikkel tot het ontwikkelen van nieuwe ambachtelijke hoofd- en nevenactiviteiten en handel.
-
6.1.2 Bevolking: een ongewone verhouding
-
Waarin onderscheidde de demografische structuur van Holland circa 1500 zich van die van de omringende gewesten?
a. hoge bevolkingsdichtheid
b. hoge verstedelijking
c. ontbreken van echt grote steden
-
6.3.3 Concurrentie
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6.3.3
Laat hier meer flashcards zien -
Waar ligt de oorsprong van de Hollandse expansie die we vanaf ca 1350 op gang zien komen?
Ongeschiktheid van de Hollandse (veen)bodem voor akkerbouw. Dit leidde tot tekorten aan graan en een overschot aan arbiedskrachten. De Hollanders gingen op zoek naar ruilmiddelen om het graantekorte op te heffen.
-
Waren de Hollandes in elk opzicht origineel bij het verkrijgen van ruilmiddelen voor granen?
Dit is zeker niet het geval. In een aantal gevallen werd (aanvankelijk) nagebootst. Denk in dit verband aan haringkaken, bierbereiding en lakenproductie
-
7 De hervormingsbewegingen
-
7.2 De doperse beweging
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 7.2
Laat hier meer flashcards zien -
In hoeverre kan de Nederlandse Republiek aan het eind van de 16e eeuw als een ' gereformeerde samenleving' worden gekarakteriseerd?
Aan het eind vd 16e eeuw nam de gereformeerde kerk in de Ned. Rep. een geprivilegieerde plaats in. Zij werd beschouwd als de nationale kerk vd Rep. en oefende als enige kerk een aantal publieke functies uit. De gereformeerden waren aan het eind van de 16e eeuw niet meer dan een invloedrijke minderheid, die werd omring door doopsgezinden, katholieke, spiritualisten etc.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden