Startpagina / Samenvattingen / overal natuurkunde / snelheidsverandering-werkkracht-arm

Elektriciteit - Stroom en spanning

4 belangrijke vragen over Elektriciteit - Stroom en spanning

Wat gebeurt er bij snelheidsverandering bij omkeren?

De snelheidsverandering is groter dan bij snelheidsverandering uit stilstand. In korte tijd dat je kracht op iets zet, gaat voorwerp van negatieve beginsnelheid naar positieve eindsnelheid. Omdat snelheidsverandering, eindsnelheid - beginsnelheid is, is bij omkering van bewegingsrichting snelheidsverandering gelijk aan som van begin- & eindsnelheid.

Wat zijn voorbeelden van gereedschappen met draaipunt?

- nijptang
- klauwhamer
- flesopener
- schaar
- notenkraker
Al deze gereedschappen/werktuigen werken met een hefboom en hebben:
- draaipunt
- korte uiteinde waar werkkracht aangrijpt
- lange uiteinde waar spierkracht aangrijpt

Hoe maak je de werkkracht zo grootmogelijk?

Dan moet je ervoor zorgen dat de arm van spierkracht zo groot mogelijk is. Spierkracht en werkkracht hebben namelijk zelfde verhouding als grootte van armen. Bij kleine arm hoort grote kracht (en andersom). Als arm van werkkracht 4x zo klein is als arm van spierkracht, dan is werkkracht juist 4x zo groot als spierkracht.

Wat is de hefboomwet en welke formule gebruik je hierbij?

Als je in balans wilt blijven (in evenwicht) dan is vermenigvuldiging van kracht & arm aan linkerkant gelijk aan vermenigvuldiging van kracht & arm aan rechterkant. Met de formule:
(F x r ) linksom = (F x r) rechtsom
Met F, kracht die op hefboom werkt in newton (N)
r, loodrechte arm van kracht in meter (m)
De onderschriften links- en rechtsom geven aan in welke richting de kracht de hefboom op wilt laten draaien.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

overal natuurkunde | 9789001740542 | noordhoff

Bekijk samenvatting