Startpagina / Samenvattingen / Overtuigende teksten onderzoek en ontwerp / procesmodellen-model-argumenten

Mentale processen en overtuiging

11 belangrijke vragen over Mentale processen en overtuiging

Wat zijn de twee determinanten van nieuwsgierigheid?

Deprivatie (je gaat bewust op zoek naar kennis waarvan je weet dat je m niet hebt, verkiezingsuitslag) en interesse

Uit het schema van Litman, noem iets dat je leest met een zwakke behoefte maar sterke loving

nieuwsgierigheid als je geinteresseerd bent in iemand, tijdschrift lezen

Wat zijn de 3 voorwaarden die iets interessant maken?

Het moet nieuw zijn, aansluiten op de voorkennis van lezer en het moet verrassend zijn.

Wat zijn de 3 factoren die bepalen hoe mensen een tekst verwerken?

Minst-moeite (ik lees niet verder want ik weet niet wat jojobaolie is), voldoende zekerheid principe (bij een huis moet je zeker zijn van de goede keuze, bij een toetje niet zo) en de gelegenheid (hoe capabel je ook bent, soms slecht geprinte tekst).

Wat is de stelling van het uniemodel?

Als een argument en een cue evenveel inspanning vragen, hebben ze evenveel invloed

Wat zijn de twee belangrijkste duale procesmodellen?

Het Elaboration Likelyhood Model van Petty en Caciappo en het Heuristic Systematic Model van Chaiken

Leg de uitkomst van het kopieerexperiment uit mbv het ELM/HSM

bij 5 kopieen is het een lage consequentiebetrokkenheid, dan maakt argumentkwaliteit niet uit, als het om 50 kopietjes gaat, dan hoge betrokkenheid, dan wel argumentkwaliteit belangrijk

Welke omstandigheden bepalen welke route je gaat volgen?

Motivatie en capability

Wat is de kritiek op duale procesmodellen?

Ze voorspellen slecht je gedrag, zijn eerder modellen voor attitudevorming ipv verandering, routes echt niet los van elkaar, dat ligt genuanceerder.

KRITIEK op DUALE procesmodellen

Verklaren alleen ACHTERAF waarom de deskundigheid van de bron al of niet het acceptatieproces heeft beinvloed

- Het model kan NIET VOORSPELLEN of de deskundigheid een rol zal spelen
- Het bereik -> model gaat over hoe communicatie een bestaande attitude kan wijzigen -> model beschrijft echter vooral de VORMING van een attitude

Unimodel staat lijnrecht tegenover de duale procesmodellen

UNIMODEL = argumenten + cues zijn functioneel equivalent (beide bevatten informatie die relevant is bij de vorming van een attitude)

DUALE procesmodellen = verschil tussen effect van argumenten + perifere cues door complexiteit (cues zijn minder complex dan argumenten), lengte (cues zijn korter dan argumenten) en plaats in de tekst (cues worden gevolgd door argumenten)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Overtuigende teksten onderzoek en ontwerp | 9789046903292 | Hans Hoeken

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan Mentale processen en overtuiging