Wortelvormen - Tanden met 2 of 3 wortels
3 belangrijke vragen over Wortelvormen - Tanden met 2 of 3 wortels
Kenmerken van tanden met meer dan 1 wortel:
- Hoeveel wortels hebben de eerste premolaren in de bovenkaak, waar bevinden die zich + waar locatie van furcatie?
- Hoeveel wortels hebben de molaren in de bovenkaak, waar bevinden die zich + waar locatie van furcaties?
- Hoeveel wortels hebben de molaren in de onderkaak, waar bevinden die zich + waar locatie van furcaties + kenmerken van wortels (3)?
1. Eerste premolaren in bovenkaak
- meestal 2 wortels --> vestibulair + linguaal
- furcatie --> mesiale + distale kant
2. Molaren in bovenkaak
- 3 wortels --> mesiobuccaal + distobuccaal + palataal
- furcatie buccale zijde --> tussen MB + DB wortel
- furcatie mesiale zijde --> tussen MB + P wortel
- furcatie distale zijde --> tussen DB + P wortel
3. Molaren in de onderkaak
- 2 wortels --> mesiaal + distaal
- furcatie buccale + linguale zijde --> tussen M + D wortel
- wortelstam 2de molaar --> vaak langer, dichter bij elkaar + oriëntatie naar distaal gericht
- meestal 2 wortels --> vestibulair + linguaal
- furcatie --> mesiale + distale kant
2. Molaren in bovenkaak
- 3 wortels --> mesiobuccaal + distobuccaal + palataal
- furcatie buccale zijde --> tussen MB + DB wortel
- furcatie mesiale zijde --> tussen MB + P wortel
- furcatie distale zijde --> tussen DB + P wortel
3. Molaren in de onderkaak
- 2 wortels --> mesiaal + distaal
- furcatie buccale + linguale zijde --> tussen M + D wortel
- wortelstam 2de molaar --> vaak langer, dichter bij elkaar + oriëntatie naar distaal gericht
- Hoeveel wortels hebben we meestal in de bovenkaak bij molaren + verhoudingen?
- Hoeveel wortels hebben we meestal in de onderkaak bij molaren + verhoudingen?
Bovenkaak = 3 wortels
- palataal = langste
- distobuccaal = kortste
- mesiobuccaal = groter dan distobuccaal
Onderkaak = 2 wortels
- mesiaal = langer + groter
- distaal = korter + kleiner
- palataal = langste
- distobuccaal = kortste
- mesiobuccaal = groter dan distobuccaal
Onderkaak = 2 wortels
- mesiaal = langer + groter
- distaal = korter + kleiner
Leg 4 punten uit die ervoor zorgen dat de cervicale doorsnede van de maxillaire en mandibulaire wortels moeilijker te beschrijven maken (zijn ook groter):
1. Beide vertonen lichte depressie
- daar waar furcatie --> of approximale wortelconcaviteit begint
2. Wortelstam maxillaire tanden meer dezelfde zijdes
- vertonen romboidale vorm
- met meer prominente hoek --> die MB is
3. Wortelstam mandibulaire tanden meer rechthoekig van vorm
- met mesio-distale afstand groter
- dan vestíbulo-linguale afstand
4. Algemeen zijn wortel elliptisch
- in cervicale doorsnede --> na furcatie
- daar waar furcatie --> of approximale wortelconcaviteit begint
2. Wortelstam maxillaire tanden meer dezelfde zijdes
- vertonen romboidale vorm
- met meer prominente hoek --> die MB is
3. Wortelstam mandibulaire tanden meer rechthoekig van vorm
- met mesio-distale afstand groter
- dan vestíbulo-linguale afstand
4. Algemeen zijn wortel elliptisch
- in cervicale doorsnede --> na furcatie
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
