PAB aantekeningen. 55 goede vragen, hier goed beantwoord

Leg het concept van "global precedence" uit

Dit is onderzoek waaruit blijkt dat de globale letters sneller verwerkt worden dan de lokale letters waaruit de globale letter is opgebouwd. Blijkbaar wordt er met een lage spatiële frequentie (magnocellulaire route).
De globale verwerking vindt vooral plaats in de rechter hemisfeer en lokale verwerking in de linker hemisfeer

Is er een hiërarchische structuur in het visuele systeem?

Ja er is een retinotope representatie van gezichtsvelden in de cortex terug te vinden.

Welke twee manieren van cortical mapping zijn er en wat houden deze in?

Angular position: boven, onder, links of rechts t.o.v. een middelpunt
Eccentricity position: centraal of in de periferie t.o.v. een middelpunt
Samen vormen deze de stucturen die wij kennen V1, V2, V3 enz.

Blijft de informatie van beide ogen ook in V1 gescheiden?

Ja, zelfs van magnocellulaire en parvocellulaire delen blijft het gescheiden. Deze gescheiden gebieden heten oculair dominance collums

Wat zijn de kenmerkende structuren van V1 en V2?

Puntjes (blobs) in V1 en strepen in V2

Hoe zijn cellen in de visuele cortex geordend?

Ze reageren op lijnoriëntatie. V1 bestaat uit oriëntatie kolommen van verschillende oriëntaties van lijnen in het receptieve veld. Er is een duidelijke hiërarchie terug te zien in de visuele cortex van de verschillende lijnen. "Retinoptic mapping"

De hiërarchie van cortical processing (lijnoriëntatie)

LGN (lateral geniculate nucleus) --> simple cells --> complex cells --> hypercomplex cells.

Simple cel: vuren bij flitsende ballkje in een bepaalde oriëntatie, onafhankelijk van locatie en beweegrichting
Complex cel: vuren bij bepaalde richting en beweegrichting van een balkje
Hypercomplex cel: vuren bij richting en exacte grote van een stimulus en heeft een sterke inhibitie om het stimulus gevoelige gebied.

Wat houdt "color constancy" in?

Het feit dat we ongeacht de kwaliteit van licht (avond/ochtend) objecten in dezelfde kleur blijven zien.
Dit komt omdat het contrasteert met anderen voorwerpen die ook een andere kleur krijgen afhankelijk van de kwaliteit van licht.
Dit gebeurt in V4.

Wat zijn corticale- en retinale kleurenblindheid?

Bij corticale blindheid kan men alleen nog maar zwart en wit zien. Bij retinale blindheid kan men nog wel de meeste kleuren zien maar is er vaak een kleur die als zijn tegengestelde kleur wordt gezien (kleurenblind). V1 verwerkt alleen golflengtes, in LGN wordt relatieve kleur verwerkt en V4 integreert alle kleurinformatie (kleur constantie).

Waar zijn neuronen in V2, V4 en IT gevoelig voor?

V2: Voor illusoire contouren.
V4: Voor complexe vormen en radiale frequentie (hoeveel uitstulpsels een figuur heeft).
IT (inferior temporaal): voor abstracte ingewikkelde vormen. En handen en gezichten.

==> Hiërarchische corticale processen van simpel naar steeds meer ingewikkeld.

Wat is de rol van de colliculus superior?

Deze zorgt ervoor dat retinotoptic mapping wordt omgezet in saccade vector mapping (dieper in de cortex gelegen). Dit zorgt ervoor dat de plaats van het object ook wordt erkend en door middel van saccades wordt de stimuli dan in het midden van het gezichtsveld geplaatst, in de fovea.

Hoe wordt retinotopic mapping omgezet naar motor mapping?

Dit gebeurt in de pariëtale cortex door impliciete en explicitiete kennis van de locatie van het hoofd t.o.v. het object (alle coördinatie frames). Het lichaam weet waar ogen, hoofd en armen zitten t.o.v. het lichaam en kan zo berekenen hoe een beweging moet worden uitgevoerd (naar het juiste eindpunt --> endpoint moving).
Pariëtal reach area is belangrijk bij de berekening.

Hoe werken object identification en spacial location taken?

Object identification: er zijn twee blokken maar de een heeft een kruisje en daar zit altijd eten onder. Dus hier moet het kruisje worden herkend.
Temporaal kwab laesies verstoren deze taak.
Spacial location: er zijn twee blokken maar de een die steeds het dichtst bij een ander object is geplaatst bevat het eten. Dus hier moet worden bepaald waar de objecten zich ten opzichte van elkaar bevinden.
Pariëtaal kwav laesies verstoren deze (Landmark) taak.

Welke structuur volgen cellen in het visueel systeem wat betreft receptieve velden?

Een hiërarchische structuur: steeds verder ontwikkelde structuren verder in de hersenen gelegen hebben steeds grotere receptieve velden.
(cellen hebben niet alleen allemaal hun eigen receptieve veld maar ook hun specifieke eigenschap waar ze op reageren zoals kleur of vorm.)

Wat is het "binding problem" van perceptie?

Dit gaat over hoe we objecten herkennen en vooral over hoe en waar alle losse delen van informatie van verschillende cellen samen komen om een geheel beeld te vormen.

Noem twee regels van perceptuele organisatie

er is minimale informatie nodig (aan alleen contouren kan een beeld worden begrepen).
er is kennis van objecten en personen bij betrokken waardoor herkenning plaats vindt (geheugen). Perceptueel leren.

Voorbeelden van kennis die bijdragen aan het ontcijferen van beelden zijn:
-licht komt van boven (schaduwen dus aan de onderkant voor bolle voorwerpen en aan de bovenkant voor holle voorwerpen)
- gezichten hebben neuzen die naar buiten steken

Wat zijn de 7 "Gestalt Rules" van perceptuele organisatie?

Proximity
Similarity (vorm & kleur)
Connectedness
Common fate (delen die samen bewegen)
Good continuation
Symmetry (voorkeur over asymmetrie)
Closedness (convex: bolle figuren worden geprefereerd over concave: holle figuren)

Noem de eigenschappen waarop "similarity" verschillende vormen onderscheiden

- Oriëntatie
- Richting van beweging
- Diepte
- Spatiële frequentie
- Verlichting
- Kleur

Het is moeilijk om een verschil te zien tussen verschillende stimuli in een patroon wanneer de basisvormen van de stimuli overeen komen.
Hoeveel de stimuli dan minimaal van elkaar moeten verschillen om ze als apart te kunnen beschouwen is een moeilijke vraag.

Wat is de FFA (fusiform face area)?

Een gebied in de inferior temporaal kwab en "fusiform gyrus" waarin cellen alleen vuren bij het zien van een gezicht. Ze reageren altijd op alle gezichten maar sommige zijn gevoelig voor de oriëntatie van het gezicht. Wanneer essentiële delen van gezichten missen vuren deze cellen veel minder.
(het grootste deel van de FFA zit aan de rechterkant)

Wat is de PPA (parahippocampal place area)?

Deze cellen reageren alleen op landschap, huizen en gebouwen maar niet op andere door de mens gemaakte dingen. Het gebied zit onder de FFA.

Waar had patiënt C.K. met integratieve agnosie moeite mee?

Met het herkennen van objecten. Hij kon wel goed gezichten herkennen: in een afbeelding van een schaal met groente kon hij niks betekenisvol zien maar toen de afbeelding werd omgekeerd herkende hij wel het gezicht was in de groentes verscholen zat.

Kunnen mensen met prosopagnosie ook onbewust geen gezichten herkennen?

Jawel! Ze reageren (volgens de SCR) meer op bekende dan op onbekende gezichten hoewel ze rapporteren niemand te kunnen herkennen.

Wat tonen de face-name priming en face intererence effect aan?

Dat mensen met prosopagnosie sneller antwoord kunnen geven als de naam van een persoon en de foto overeen komen dan wanneer ze incongruent zijn. Er is dus sprake van een onbewuste herkenning.

Welke twee soorten gezichtsherkenning bestaan er?

- Identificatie: FFA --> Dit is kapot bij prosopagnosie
- Somatische, emotionele respons: Amygdala --> dit is kapot bij Capgras

Capgras: wel gezichten kunnen herkennen maar geen emoties.
Capgras illusie: mensen om je heen zijn vervangen door exact gelijk uitziende aliens (dubbelgangers). Mensen met deze afwijking hebben geen verschil in gevoel in omgang met bekende of onbekende personen.

Deze aandoening kan worden verkregen door een psychiatrische ziekte of door hersenletsel.

Wat stelde Martha Farah met betrekking tot delen v.s. gehelen?

Zij stelde dat gezichten een uitsluitend holistische benadering gebruiken.
Woord herkenning gebruikt uitsluitend analyse volgens delen.
Object herkenning kan zowel delen als gehelen gebruiken.

Dit is gebaseerd op dat agnosie niet bestaat voor gezichten en woorden zonder ook objectherkenning problemen te hebben. En een agnosie voor uitsluitend objectherkenning bestaat ook niet.

Wat zijn de problemen die zich voordoen bij "template matching"?

- Wat zijn nou precies de matchcriteria? Als een object niet precies op het template past maar wel grotendeels overeenkomt kan het zijn dat het object toch niet wordt herkend.
- De input zou in veel gevallen eerst aangepast moeten worden aan de precieze vorm en maat van de template. Transformatie van het object.
- Er zijn veel verschillende soorten van objecten die wij op de een of andere manier groeperen ook al hebben de geen overeenkomstige structuur. Kijk bijvoorbeeld naar alle verschillende soorten lettertypes: wij herkennen een letter in alle soorten en maten en kleuren.

Wat is "object constancy"?

Dit houdt in dat men objecten kan herkennen in heel veel verschillende omstandigheden en veel verschillende hoeken.

Wat is "object differentiation"?

Men kan objecten herkennen uit duizenden op elkaar lijkende objecten.

Hoe wordt "repetition priming" gebruikt om kenmerken van object herkenning te achterhalen? (onderzoek Vuilleumier)

Door dit fenomeen waarbij de tweede keer van het aanbieden van eenzelfde stimulus minder activatie opwekt, van verschillende kanten te bekijken. Wanneer er dus minder activatie is zal men het object als gelijk aan het voorgaande waarnemen.
Er blijken verschillende hersengebieden gevoelig voor:

Laten zien van identieke objecten
Size invariant coding
Viewpoint invariant coding
Exemplar invariant coding

(invariant = onafhankelijk van)

Leg het experiment wat Object based aandacht ondersteunt uit

Hierbij zijn twee balken naast elkaar geplaatst. Er zijn 3 letters aanwezig die allemaal even ver van elkaar af staan maar twee ervan zitten in dezelfde balk en de derde zit in de balk ernaast. De letters in dezelfde balk kunnen sneller worden gedetecteerd dan letters die niet bij elkaar in de balk zitten. Dit komt omdat een object als geheel sneller wordt verwerkt.

Hoe werkt Feature based aandacht?

Hierbij ziet men sneller een afwijkend object in een groep objecten wanneer op het juiste kenmerk (kleur,vorm,beweging) wordt gefocust. Dus bijvoorbeeld bij een groep rode rondjes en vierkantjes met groene vierkantjes, valt een groep rondje sneller op wanneer op kleur wordt gelet omdat dan alle rode stimuli even kunnen worden genegeerd in het zoeken naar de afwijkende stimuli.

Wat is positive attentional modulation?

De activiteit van cellen neemt toe wanneer de aandacht overeenkomt met de stimulus. Dit kan op het gebied van locatie, beweging maar ook op kleur. (V4)
Ook met FFA en PPA komt meer activiteit overeen met aandacht.

Hoe onderscheid conjucntion search zich van feature search?

Doordat bij feature search maar op 1 kenmerk kan worden onderscheden en bij conjunction search kunnen meerdere kenmerken samen worden gevoegd om het juiste object in een groep stimuli te vinden.
Bij feature search maakt het niet uit hoeveel afleidende stimuli er zijn
Bij conjunction search maken meer afleidende stimuli het wel moeilijker (dit komt doordat het serieel (top-down) is waardoor als er meer stimuli zijn, er meer moeten worden afgegaan om het juiste object te vinden).

Wat is het horse race model?

Meer synchroniciteit leidt tot snellere reacties omdat er sneller een bepaalde drempelwaarde wordt bereikt wat leidt tot snellere reacties. Synchroniciteit zorgt voor een sterkere respons.

Waar komt de aandacht controle vandaan?

Vanuit de frontale en pariëtale cortex worden perceptuele systemen beïnvloed:
- Cortico- en corticale feedback
- Superior colliculus en Pulvinar aansturen om verwerken beter te laten verlopen in de gebieden.
Ook beïnvloeden ze de oogbewegingen bij overte aandacht

Het dorsale pad is vooral voor de aansturing en het ventrale is slachtoffer van het systeem.
Colliculus: overte aandacht, geen coverte (periferie)
Pariëtaal: zowel overte als coverte aandacht
Pulvinar: sneller switchen van aandacht

Wat is Frotal Eye Field (FEF)?

Dit is een gebied in de hersenen met cellen die reageren op stimuli in de periferie maar waarbij de drempelwaarde niet wordt overschreden voor het maken van een oogbeweging. Dus coverte aandacht!
FEF stimulatie zorgt voor activatie van V4 om sterker te reageren op de stimuli die gepresenteerd worden in het gebied waar de FEF cellen op gefocust zijn.

Wat zijn methodes om neglect vast te stellen?

Confrontatie methode: met de vinger heen en weer bewegen in beide gezichtsvelden.
Lijnen of letters wegstrepen
Lijnen opdelen in tweeën
Natekenen

Wat is het verschil tussen object based neglect en spatiële neglect?

Object-based neglect wil zeggen dat er geen problemen zijn met het zien van objecten in de ruimte maar dat van elk object alleen de rechter kant wordt gerapporteerd. De objecten die links in het visuele beeld zijn geplaatst kunnen wel gewoon worden waargenomen maar alleen de rechter kant van elk object kan worden beschreven.
Spatiële neglect houdt in dat juist alles wat in de ruimte aan de linker kant is wordt genegeerd.

Chalmers maakte onderscheid tussen "easy problems" en "hard problems", wat houdt dit in?

De makkelijke problemen zijn problemen die een oplossing hebben of waarvan we weten dat er een antwoord op te vinden is na wat onderzoek. Zoals verschillen tussen waken en slapen, het rapporteren van mentale staten, het richten van aandacht en de mogelijkheid om onze omgeving te organiseren naar een samenhangend geheel.
De moeilijke problemen zijn de problemen waar niet zomaar een antwoord op te vinden is. Dit zijn onze ervaringen, qualia en het bewust meemaken van fenomenen.

Wat is de zombie theorie?

Een theorie die zich afvraagt of we niet allemaal alleen automatische processen zijn. Of we wel echt bewustzijn hebben of allemaal zeggen en denken dat we bewustzijn hebben. Hoe weten we van anderen bijvoorbeeld of ze bewustzijn hebben? De visuele functies die mensen met blindsight nog kunnen (navigeren) vereist schijnbaar geen bewustzijn.

Wat is the explanatory gap?

Dit is het probleem van de "hard problems". "Easy problems" kunnen worden opgelost door mechanismes die de problemen verklaren. Voor de moeilijke problemen is het verklaren van de functie echter niet voldoende omdat het de ervaring en het gevoel niet uitlegt. Dit is de explanatory gap. Deze leidt bijna altijd tot dualisme.

Mary: is kennis over kleur gelijk aan het ervaren van kleur?

Leg uit wat "the inverted spectrum experiment" inhoud

Hoe kunnen we ooit weten of we allemaal dezelfde kleur zien als we blauw zien? Misschien zien sommige wel wat voor ons rood is maar hebben ze het altijd blauw genoemd door opvoeding. Ook aspecten zoals waar de kleur hoort in andere kleuren, in een soort regenboog is vastgesteld. Hoe weten we of de ervaringen die we hebben bij kleuren voor anderen ook gelden?

Wat zijn Chalmer's fundamental laws of experience?

Structural coherence: de structuur van bewustzijn komt overeen met die van ervaringen
Organisational invariance: als twee identieke functionele organisatie hebben, hebben deze ook dezelfde ervaringen (functionalisme).
The double aspect theory of information: informatie heeft twee delen, een functioneel deel en een ervaring deel.

(belangrijk om bewustzijn eerst goed te definiëren).

Wat zijn bi-stabiele stimuli?

Stimuli die op twee verschillende manieren kunnen worden geobserveerd, afhankelijk van waar je bewuste perceptie zich op richt. Neuraal correlaat: niet kijken naar verschillen tussen wel of niet gezien maar verschillen tussen welk beeld dominant is.

Wat is motion induced blindness?

Een bi-stabiel fenomeen waarbij delen die stil staan in het beeld steeds in en dan weer uit het bewuste gezichtsveld gaan. Dit komt doordat de rest van het beeld beweegt wat meer de aandacht trekt. In de hersenen is ook minder activiteit gevonden voor gele stippen wanneer de gele stilstaande stippen uit het bewustzijn waren. Tegelijkertijd was er dan meer activiteit voor de bewegende beelden. --> Alernating response.

Is het mogelijk om aan de hersenen af te lezen welke stimulus op elk moment dominant is?

Ja! Bij de draaiende aardbol van puntjes wisselt het bewuste percept steeds af tussen rechtsom draaiend en linksom draaiend. Dit kan worden gemeten in bewegingsgevoelige gebieden maar ook in iets minderen mate in andere gebieden. Dus het bewuste percept wordt bepaald door een groot deel van de visuele gebieden afhankelijk van wat voor percept het is (beweging, locatie, kleur). Dus het NCC is niet op een bepaalde plaats in het brein te vinden.

Wat is belangrijk voor het hebben van een bewuste ervaring?

- Dat een drempelwaarde van activiteit wordt overgegaan
- Dat er synchrone occilaties plaatsvinden
- Dat er feedforward en feedback communicatie is tussen gebieden

Het gaat dus om het soort activiteit wat een onderscheid maakt tussen bewust en onbewuste ervaring. Bewustzijn is samengestelde en geïntegreerde informatie. (weggooien van het moeilijke probleem wat niet alleen door functie verklaard kan worden)

Wat is volgens Searle de kern van bewustzijn?

Building block model: bewustzijn bestaat uit delen vele delen die samengaan. Als we een van de delen begrijpen kunnen we ze allemaal begrijpen.
Unified field theory: Kern consciousness is het fenomeen dat je wakker wordt met het gevoel van je eigen aanwezigheid, dat is de kern van bewustzijn. Visuele ervaring hangt aan het al bestaande bewustzijn.

Hoe wordt bewustzijn afgelezen met een EEG?

Een EEG is een apparaat wat de elektrische signalen vanaf de schedel meet. Deze signalen is de synchroniciteit van neuronen die samen vuren. De dendrieten worden gemeten omdat deze allemaal met hun kop tegen de schedel zitten, op een rij.

De verschillende soorten activiteit correleren met verschillende staten van bewustzijn.

Van lage naar hoge frequentie: deltha, theta, alpha, beta, gamma.

Wat zijn de verschillende soorten slaap met bijbehorende EEG patronen?

Wakker: gamma golven, dus kleine amplitude en hoge frequentie.
Slaperig: alpha golven, dus iets grotere amplitude en lagere frequentie
Fase 1: theta golven en snelle afname EMG en EOG.
Fase 2: steeds minder spierspanning en lagere frequentie
Fase 3: nog minder spierspanning en lagere frequentie, hogere amplitude.
Fase 4: meer spierspanning en EOG, slaapwandelen gebeurt in dit stadium.
REM slaap: veel oogbeweging (EOG) maar slappe spierspanning (EMG). EEG ook gamma golven, alleen zijn er bepaalde kenmerken anders.

Welke disorders of consciousness bestaan er?

Brain dead: geen activiteit of EEG
Coma: geen activiteit maar reflexen werken wel (pupil)
Vegetative state: geen reactie of communicatie, wakker en slapen en oogbewegingen, geen bewustzijn maar wel wakker
Communicatie met deze mensen d.m.v. experiment met tennissen of door huis lopen inbeelden. Misschien dus toch vaker bewustzijn in deze patiënten?
Minimally conscious: zoals VS maar soms momenten van communicatie en reactie
Locked-in: helemaal wakker en bewust maar geen reacties behalve met ogen

Wat bewijst het zonnebrand experiment?

Hierbij werden proefpersonen hun intentie van het gebruiken van zonnebrand vergeleken met het daadwerkelijke gebruik van zonnebrand. Wat mensen zeggen te doen correleert dus niet met werkelijke gedrag.
Neurale activiteit (MPFC) tijdens de scan in het experiment waar verteld werd over het belang van zonnebrand correleerde beter met het daadwerkelijke gebruik ervan.

Wat bewijst het experiment van Libet over bewustzijn?

In zijn experiment stimuleerde hij een deel van de cortex tijdens hersenchirurgie. Aan de proefpersoon werd gevraagd te rapporteren wanneer er een gevoel optrad in de hand of vingers. Deze reactie was 500 ms nadat de stimulatie plaats vond. Hieruit concludeerde Libet dat bewustzijn achter het onbewuste aan hobbelt. De lengte van dit interval verschilt maar meerdere onderzoeken vinden dat bewuste reactie pas later komt. --> epifenomenalisme

Wat bewijst het onderzoek van de readiness potential?

Proefpersonen moeten op een knop drukken wanneer ze willen. De EEG van hun spieren wordt gemeten. Ze moeten ook de tijd aangeven wanneer ze de intentie kregen om te drukken. Er was al neurale activiteit voordat men de intentie aangaf wat betekent dat er een onbewuste intentie aan de bewuste vooraf gaat. --> er bestaat geen vrije wil!
In een ander onderzoek kon de intentie om rechts of links te drukken al 8 seconden voordat er gedrukt werd worden voorspeld. Gedachten en motieven komen dus achter gedrag aan.

Wanneer is de controle over het lichaam verloren?

Bij alien-hand-syndrome (frontale en corpus callosum schade)
Bij een out-of-body experience: hierbij ben je compleet in de dubbelganger
Autoscopische hallucinatie: hierbij zie je een dubbelganger maar je blijft jezelf
Heautoscopy: hierbij zie je een dubbelganger en ga je heen en weer van jezelf naar de hallucinatie.

PAB aantekeningen

55 belangrijke vragen over PAB aantekeningen