Orale microbiologie - gezonde flora
32 belangrijke vragen over Orale microbiologie - gezonde flora
Wat zijn de gunstige effecten vh aanwezige microbioom?
- productie essentiele voedingsstoffen (o.a. vit K )
- natuurlijke afweer tegen pathogenen
- trainen en afstellen vh immuunsysteem
- relatie met centraal zenuwstelsel
- darmbacterien --> hersenfunctie
Uit experiment met muizen blijkt dat darmbacterie een rol spelen bij
Wat zijn habitants en habitat ?
Habitat --> waar ze wonen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe worden alle micro organismen bij elkaar genoemd?
Welke habitat in de mond? (plaatsen) komen habitants voor?
- gingivale sulcus
- tong
- wang
- hard/zacht palatum
- tonsillen
Wat produceren orale Archea ?
komen overal voor; in de grond, in de mond en in darmen.
vergeleken met bacteriën komen archea maar weinig voor id mond
Kenmerken orale microbiologie:
- ca. 1000 species geidentificeerd
- 50-60% kweekbaar
- onkweekbare flora --> identificatie met moleculaire technieken
- veel verschillende habitats
Waarvan is de samenstelling microbioom afhankelijk?
Kenmerken nomenclatuur orale flora:
(Ecologie) Wat leeft in harmonie met de gastheer?
- Symbiose tussen 'gezonde' en pathogene organismen. Aantal pathogenen organismen blijven beperkt.
Sprake van dysbiose wanneer dit evenwicht wordt verstoord leid tot ziekte --> caries / parodontitis
Hoe wordt de flora genoemd die tijdelijk aanwezig is in de mondholte?
- kunnen niet uitgroeien o.a. Door aanwezige flora (kolonisatie resistentie)
(orale habitats) tandoppervlak: (supragingivaal en subgingivaal)
- variatie:
- minder bacterie soorten op gladde oppervlakten dan in tandpitten of fissuren
- subgingivaal meer anaerobe soorten dan supragingivaal
Wat kan fungeren als reservoir voor bacteriën en schimmels als ze niet nauw worden schoongemaakt?
Wat draagt bij aan de variatie in de flora tussen verschillende orale micro omgevingen?
- vormt pellikel op landoppervlak -> vergemakkelijkt adhesie bacterie
- voedselbron (koolhydraten en eiwitten)
- aggregatie bacteriën --> verwijdering uit mond of afzetting op oppervlakten (draagt bij plaquevorming)
- groei remming van exogene organismen
- handhaving pH door buffercapaciteit
Wat stimuleert het samenklonteren van bacteriën in speeksel?
Wat draagt bij aan de niet-specifieke afweer tegen exogene organismen? In speeksel
Wat wordt zoveel mogelijk geremd door buffercapaciteit in speeksel?
Hoe wordt de vloeistof in de sulcus genoemd>
- in gezondheid: continue langzame stroom van gingivale creviculaire vloeistof (GCF)
- bij ontsteking bv gingivitis: verhoogde stroom van GCF
Wat is de samenstelling van GCF?
- sulcus beschermd door specifieke en niet-specifieke afweerfactoren uit serum
Hoe beïnvloeden de GCF de ecologie vd sulcus?
- voedselbron (eiwitten/koolhydraten) voor proteolytische (eiwit als voedselbron) en saccharolytische (koolhydraat als voedselbron) bacteriën, bron van co-factoren (bv heem)
- handhaven pH
- specifieke (m.n. IgG antilichamen) en niet-specifieke afweerfactoren
- fagocytose (neutrofielen) kunnen bacteriën in sulcus fagocyteren
Wat heeft nog meer invloed op de variatie in de flora tussen verschillende orale micro omgevingen?
- concurrentie voor receptoren voor adhesie (vroege kolonisatoren)
- productie van toxinen (bacteriocinen; doden andere bacteriën; groei bacteriën wordt geremd)
- productie van metabole eindproducten (bv zuren, ph daling)
- gebruik van metabole eindproducten van andere bacteriën voor voeding
- co-aggregatie (samenklonteren) met dezelfde of andere soorten
- productie van quorum-sensing molecules (genexpressie beinvloeden) --> communicatie voor behouden homeostatis
dit draagt bij aan:
-----------------------------> kolonisatie resistentie: commensale flora remt de vestiging en groei van exogene (kunnen niet binden aan receptoren ivm bezetheid) organismen (buitensluiten)
Wat heeft iatrogene factoren voor invloed op microbiële groei/flora?
Is voedsel een beïnvloedende factor voor microbiële groei/flora?
- gastheer:
- overblijfselen dieet (o.a. Sucrose en zetmeel)
- speeksel componenten (o.a. Glycoproteinen, mineralen en vitaminen)
- creviculair vloeistof/exsudaat (o.a. Eiwitten) voor bacteriën in de sulcus belangrijke bron van eiwitten is. Bij ontsteking neem exsudaat toe
- omgevingsgassen (meestal heel lage zuurstofspanning nodig)
(producten van andere m-o's als voeding) van microben:
- extracellulaire microbiële producten van naburige bacteriën (bv in plaque)
- intracellulaire voedselopslag (glycogeen) (wnr veel voeding aanwezig is)
deze voedselvoorraad kunnen zij aanspreken wnr er geen voedsel aanwezig is in omgeving
Verklaring microbiële stabiliteit: 1/2
- synergetische interacties (wnr bacteriën samen zijn functioneren beter dan alleen)
bacteriën breken eiwitten en suikers af om van te leven.
- voedselweb
- co-aggregatie (samenklonteren)
- vorming van micro-omgevingen
- quorum sensing (bacteriën stemmen gedrag op elkaar af, communicatie waardoor bacteriën kunnen samen werken)
Verklaring microbiële stabiliteit: 2/2
- antagonischtische interacties:
- competitie voor oppervlakten en voedingsstoffen
- bacteriocinen (stoffen die toxicsch zijn voor andere bacterie soorten kunnen andere bacteriën tegen werken)
- bacteriofagen (remming door virussen die bacteriën infecteren)
- quorum sensing (om andere bacterie soorten tegen te werken)
Wat speelt er naast synergetische en antagonistische interacties nog meer een rol bij samenstelling orale flora?
- speeksel (samenstelling selecteert bepaalde bacteriesoorten die passen bij ons lichaam)
- immuunsysteem (bepaalde bacterie soorten worden door immuunsysteem bestreden terwijl lichaam andere bacterie soorten accepteert als gezond)
Welke bacteriën zorgen ervoor om onderscheid te maken tussen 'vriend en ' vijand'?
Van welke stam is bekend dat het imuunrespons epitheelcellen reguleert?
- stimuleert evenwichtssituatie tussen lichaam en microbioom
Er wordt gedacht dat bij parodontitis door het ontbreken van ........ Bacterie het hele immuunsysteem mogelijk op hol slaat, gaat overreageren op bacteriën die normaal niet pathogeen zijn
Wat zorgt ervoor dat exogene organismen geremd worden in vestiging en groei?
- commensalen stimuleren de gastheer immuunrespons tegen binnendringers
- competitie voor substraat en gastheer bindingsplaatsen
- commensalen genereren een micro-omgeving die potentiele concurenten onderdrukken
- commensalen produceren antimicrobiele stoffen
Wat gebeurt er als de balans is verstoord van de commensale flora?
Wat gebeurt er als iemand antibiotica slikt met het microbioom?
- gaat ten kosten van bepaalde commensalen bacteriën die worden bestreden
- hierdoor;
kolonisatie plekken vrij, ingenomen door andere organismen. Zoals bijv. Candida
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden