FARMALOGIE
7 belangrijke vragen over FARMALOGIE
Wat is de farmacologische definitie van vergif volgens meneer Paracelsus?
a. De dosis bepaalt of iets vergif is.
b. Iets is vergif als het als vergif is geregistreerd.
c. Als het niet uit de natuur komt is het vergif.
d. Alle gepatenteerde farmacologische middelen zijn vergif
Welk antwoord beschrijft de betekenis van farmacodynamiek het beste?
a. Farmacodynamiek is wat het medicijn met de lever doet.
b. Farmacodynamiek is wat de lever met het medicijn doet.
c. Farmacodynamiek is wat het lichaam met het medicijn doet.
d. Farmacodynamiek is wat het medicijn met het lichaam doet
Toedieningsvormen van medicijnen. Verbind de toedieningsvorm met de juiste betekenis door hieronder een lijn te trekken van de ene naar de andere kolom.
Oraal Via de huid (pleister)
Parenteraal Via de neus (spray)
Intraveneus Onder de tong
Intramusculair Via de anus
Subcutaan Onder de huid (prikje)
Rectaal In de spier (injectie)
Sublinguaal In het bloedvat (injectie)
Nasaal Niet via de mond (bv via bloedbaan)
Transdermaal Via de mond (bv pil of drankje)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat beschrijft de betekenis van biologische beschikbaarheid van een medicijn? a. Hoeveel je per dag zou moeten innemen. b. Hoe vaak per dag je zou moeten innemen. c. Hoeveel van het werkzame medicijn in het bloed terecht komt. d. Hoeveel van het werkzame medicijn je lever van nature kan verdragen.
Wat beschrijft de therapeutische breedte van een medicijn? a. Hoeveel je minimaal nodig hebt om effect te voelen. b. Hoeveel je maximaal mag gebruiken voordat het toxisch is. c. Hoeveel bijwerkingen je kunt verwachten. d. De ruimte tussen de minimale en maximale hoeveelheid van een medicijn waarbij het effectief kan werken.
Welke van deze bijwerkingen is geneesmiddelgerelateerd? a. diclofenac kan bij astmapatiënten een astma-aanval uitlokken. b. een patiënt wordt rood en benauwd na inname diclofenac c. 10% van de patiënten die lisinopril gebruiken krijgen kriebelhoest d. een patiënt wordt rood en benauwd na inname lisinopril
Welke van deze bijwerkingen is patiëntgerelateerd? a. Het gebruik van slaapmiddelen (benzodiazepinen) leidt tot dementie. b. Morfinen (oxycodon, oxynorm) geven >10% obstipatie, misselijkheid en braken. c. Maagzuurremmers geven bij 1-10% misselijkheid, hoofdpijn en poliepen. d. Een vrouw pleegde zelfmoord nadat ze ernstige hallucinaties kreeg bij malaria tabletten.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden