Pedagogiek mindmaps

18 belangrijke vragen over Pedagogiek mindmaps

Wat vond pedagoog Herbart

Je moet vanuit de theorie kinderen opvoeden

Wat vond pedagoog Schleiermacher

Je moet vanuit de praktijk naar de theorie. De praktijk moet centraal staan, daar gebeurt het

Wat is Pragmatische pedagogiek

Kind als subject (als persoon, deelnemer van onze samenleving)
Kind als  object (in onderzoek) 

Voorbeeld: stel je doet een activiteit voor 26 kinderen en je vraag naar de ervaring van een kind, dan is het kind subject. Dus het ervaren is een subject. Het onderzoeken is object,.
Subject: ervaringsgericht leren, je moet als persoon reflecteren etc. En als je onderzoek doet (in een interview) is zo’n kind een object (nurture).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Waar is de pragmatische pedagogiek voor

  • Participatief onderzoek: kind doet mee aan onderzoek. Kinderen helpen met vragen maken, stellen zelf ook de vragen
  • Probleem gestuurd
  • Context is niet (zoals bij KEP) de samenleving alleen, het is ook school, BSO etc
  • Kind leert door de ervaring

Aanhangers pragmatische pedagogiek

Dewey: initiatie via participatie en communicatie + reflecteren staat centraal

Hoe denken de stromingen over theorie?

  • EAP: primaat = theorie. Door theorie kunnen pedagogen de opvoedingspraktijk verklaren en voorspellen
  • GWS: primaat = praktijk. Met behulp van theorie kunnen pedagogen de opvoedingspraktijk begrijpen.
  • Anti - pedagogiek: wijst theorie af. Opvoeden is kinderen manipuleren.

Verloop van empirische cyclus

  • Vraag/probleem
  • Observatie: verzamelen van bestaande info over jouw probleem
  • Hypothese
  • Inductie:Specifiek naar algemeen
  • Toetsbare voorspelling
  • Deductie: algemene hypothese maak je kleine specifieke hypothese die te toetsen is
  • Verzamelen van empirische gegevens
  • Toetsing: kijken naar resultaten. Het wel of niet uitkomen van de gestelde voorspelling.
  • Terugkoppelen naar hypothesen
  • Evaluatie: Je bekijkt je verzamelde gegevens. Wat betekent dit nu voor jouw probleem? De uitkomsten van toetsing worden in verband gebracht met de gestelde hypothese, theorie en mogelijke nieuwe onderzoeken

Wat vonden Ramaekers en Suissa wel goed

  • Ons denken over opvoeden wordt bepaald door onze kennis.
  • Cultuur historisch bewustzijn
  • Goed genoeg opvoeden. Zodat ouders erkend worden en gerustgesteld.
  • Opvoedingsstijl hangt samen met morele overwegingen. (moreel overdragen)
  • Ouders laten zoeken in de 2 verantwoordelijkheden

Ramaekers en Suissa hebben kritiek op

  • De problemen worden beschouwd als persoonlijke problemen ipv maatschappelijk
  • Theorieën over ontwikkelingsstadia houden geen rekening met uniciteit van kind, opvoeder en situatie
  • Onderzoeksresultaten verleden = norm toekomst
  • Goede oriëntatie is juist belangrijk, je redeneert niet alleen vanuit theorie
  • Orthopedagogisering van opvoedingsrelatie. Gedrag zien als mogelijke stoornis

Onderzoeksmethode GWP: fenomenologie

Het onbevangen van binnenuit bekijken. Eigen ideeën uitschakelen en dus van binnenuit kijken naar een situatie of gebeurtenis.


Als je situatie in kaart hebt gebracht, mag je dit gaan interpreteren en er iets mee gaan doen.

Onderzoeksmethode GWP: hermeneutiek

Het op systematische en volgens bepaalde regels en methoden interpreteren van menselijk handelen.
een hermeneutische benadering kijkt steeds volgens verschillende stappen naar het opvoeden. Deze interpreteert hij steeds, dus je mag hier als opvoeder je eigen waarden aan geven.  

1.Je start met een soort oriëntatie, je hebt namelijk een vermoeden ergens van (kind gaat niet goed)
2.Dat vermoeden ga je bekijken. Dagelijkste ervaringen die je hebt ga je plaatsten en zien in groter perspectief
3. Dan pas interpreteren. Wat betekent dit nou voor die ene gebeurtenis? Dan speelt je eigen waarden ook een rol

Wie is max van manen en waar stond hij voor

Pedagogisch tact
= gebeurtenissen die spontaan gebeuren, dus je kunt er niet lang over nadenken

  • Aanvoelen wat een kind nodig heeft en het goede, passende doen.
weten wat een kind op een bepaald moment nodig heeft, aansluiten op het unieke kind. Kind als subject.
  • Gevoelig, ontvankelijk, bedachtzaam (t.o.v. ervaringswereld, subjectiviteit van het kind
  • Terughoudend, openheid, afstemming (wat is goed wat is niet goed), vertrouwen (wanneer je band op wilt bouwen), subtiele beïnvloeding 
  • Opvoeder is een ondersteunende medestander. Iemand die deelt wat zij weet, laat zien wat een mens kan zijn, iemand die randvoorwaarden (

4 woorden pedagogisch tact

•      Onvoorzien: je weet niet dat  er een gebeurtenis komt
Onmiddellijk: direct iets doen. De situatie vraagt om pedagogisch handelen.
Situationeel: het is iets wat in een bepaalde situatie gebeurd. Niet iets wat dagelijks gebeurt
•      Improviserend: je moet op een bepaald moment direct het goede doen. Je kunt het niet vooraf bedenken.

Aandachtspunten kinderlijke vrijheden Mulderij

Vrijheid van betekenisverlening: we willen veel van kinderen, want ze moeten van alles kunnen terwijl het kind dat misschien niet wil. Gewoon met rust laten
Vitale vrijheid: belang van kinderen verdedigen op plaatsen waar men denken dat de wereld slechts uit volwassenen bestaat
Instrumentele vrijheid: wijzen op het grote belang van zelfstandige exploratie in het licht van de id ontwikkeling van kinderen

Wat is er volgens Micha de Winter aan de hand?

  • Opvoedingskwamp
  • Opvoeden is private worry i.p.v. public issue
  • Dit leidt tot hyperparenting
  • Toegenomen afhankelijkheid van professionals
  • Hij pleit voor: pedagogische civil society

Wat is volgens Micha de Winter een pedagogische civil society

Een gedeelde opvoedingsverantwoordelijkheid in het eigen sociale netwerk

-Een sociaal netwerk heeft een gunstige invloed op ontwikkeling
-Opvoeden dient zich niet alleen te richten op individu maar ook op het maatschappelijke belang (democratisch samenleven, zorg dragen voor een ander)

-       Pedagogische cultuuromslag is nodig: acieve participatie van jongeren in maatschappelijke verbanden. Het doel is het bevorderen van de maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Waar staat de hooghevende pedagogiek voor (de Winter)

•Handelingsperspectieven cultiveren
Opvoeder en kinderen zelf in de handelingsstand krijgen intelligent, creatief en met elkaar.
•Onderbreken van impulsieve oordelen en verlangens
Het kunnen verplaatsen in argumenten van anderen. Stop! Neem even de tijd om te denken.
•Optimisme voorleven
Pedagogische civil society nodig hiervoor. Het praten en delen over opvoeding.
•Participatie bevorderen
leren door mee te doen. Tegelijkertijd is het ook een pedagogisch doel.

Waar staat de anti - pedagogiek voor

  • Kinderen voelen dat er meer waarde wordt gehecht aan opvoedingsdoelen dan aan hun welzijn in het hier en nu (liefde is aan voorwaarden verbonden).
  • Kinderen leren middels opvoeding om autoriteit tevreden te stellen (en zullen zich anders minderwaardig voelen).


--
  • Kinderen hebben nu onvoorwaardelijke acceptatie nodig en dat lukt niet met opvoedend handelen (is namelijk niet gericht op het hier en nu, maar op de toekomst)
  • Kinderen krijgen niet de waardering, achting en status die hen toekomt; zij worden juist gezien als minderwaardig, incompetent, mens-in-wording.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo