Samenvatting: Pedicure 2 | IMKO

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Pedicure 2 | IMKO

  • 2 P2-T5-H2 Voettypen

    Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Welke factoren zijn van invloed op het voettype?

    Evenwichtsvorm, spierkracht en spiertonus
  • In welke verhouding staan de twee componenten wil er sprake zijn van een evenwichtige, normale spanning in de voet?

    80% gewrichtscomponent en 20% draaicomponent
  • Wat is het effect van een hoge en een lage spiertonus op de beenderen in de voet?

    Bij een lage zal de spanning van de supinatoren en pronatoren een minder sterke druk op het voetskelet uitoefenen. Dan zijn beide bogen lager zonder dat verschil in hoogte verandert..
    Bij een hoge druk oefenen de supinatoren en pronatoren een sterke spanning op de voet uit.  Beide bogen zullen hoog zijn zonder dat verschil in hoogte verandert.
  • Wanneer spreek je van een supinatievorm? 

    De supinatoren zijn sterker - 85% en de pronatoren 15%. Hierdoor moet de voet een hoge mediale en een lage laterale boog hebben. Eenzijdig hoog (de mediale boog). Zo ontstaat een varustype.
  • Wanneer spreek je van een pronatievorm?

    Daar is de verhouding 75%-25%. Hieruit ontstaat het valgustype. Het hoogte verschil in beide bogen is vrij klein. Eenzijdig laag.
  • Wat zijn kenmerken van het excavatusvoettype?

    Door een hoge spier en bandentonus aan de hoge kant. Niet alleen een hoge mediale boog, maar ook een hoge laterale en dwarsevoetwortelboog. Tweezijdig hoog. De supinatoren en pronatoren trekken de bogen zo sterk aan dat de laterale boog ook de bodem niet kan raken. Vrij probleemloos
  • Wat zijn kenmerken van het planustype?

    De tonus van de spieren en spanning van de banden is laag. Ook de lengtebogen hebben een lage stand. De laterale rust op de grond en de mediale is ook lager. Hielbeen en middenvoetsbeenderen staan iets vlakker.
  • Wat zijn kenmerken van het varusvoettype?

    Als het evenwicht richting 85%-15% gaat onstaat deze supinatievorm. De voet staat dus in een meer gesupineerde stand. De richting van de voeten blijft hierdoor niet meer recht, maar krommer en aangevoerd. Mediaal hoog en lateraal zakt op de grond - eenzijdig hoog. 
  • Wat zijn kenmerken van het valgusvoettype?

    Het is een pronatievorm 75%-25%. De laterale boog staat op de bodem en de mediale is door lage tonus zo ver gezakt dat het hoogteverschil niet zo groot meer is.
  • Met welke methoden kun je herkennen met welk voettype je te maken hebt?

    1. Kijjk naar de richting van de voet - Excavatus en planus recht, varus aangevoerd, valgus afgevoerd.
    2. Kijk of de booghoogte eenzijdig hoog of laag is, of dat de bogen tweezijdig hoog of laag zijn. Ex + planus tweezijdig. Varus en valgus eenzijdig.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart