Samenvatting: Percent / 1 Theorieboek Vwo / Deel Economie Bovenbouw | 9789042538863 | H Duijm
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Percent / 1 theorieboek VWO / deel Economie bovenbouw | 9789042538863 | H. Duijm
-
1 Keuzes maken
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
1.1 Waar gaat economie over?
Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is een kenmerk van menselijke behoeften?
Vernieuwing.
De mensenlijke behoeften richten zich steeds weer op nieuwe producten. Zo zijn vliegvakanties tegenwoordig een behoefte, maar vroeger bestonden deze nog niet. -
Wat is het verschil tussen economische schaarste en zeldzaamheid?
Producten die in economische zin schaars zijn hadden ook voor andere doeleinden gebruikt kunnen worden (bijvoorbeeld een akker). Producten die zeldzaam zijn zijn moeilijk te verkrijgen (zoals een gesigneerde poster van Elvis). -
Geef twee voorbeelden van alternatief aanwendbare goederen.
Houten balk, tijd
-
Met welke zaken moet men rekening houden als men welvaart meet?
- Vernieuwing van behoeften zorgt ervaar dat welvaart niet met dezelfde hoeveelheid toeneemt als de totale productie
- Productie kan leiden tot welvaart verlagende neveneffecten
- Welvaart is subjectief en wordt daardoor door iedereen ervaren op zijn of haar eigen wijze.
- Vernieuwing van behoeften zorgt ervaar dat welvaart niet met dezelfde hoeveelheid toeneemt als de totale productie
-
1.2 Kiezen
Dit is een preview. Er zijn 12 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom geldt Δy=0 in de budgetlijn?
Δ (spreekt ment uit als 'delta') staat voor verandering. Δy=0 betekent dat er geen veranderingen plaatsvinden in het budget. Dit is een van de voorwaarden van de budgetlijn. -
Hoe kan men de totale kosten bereken als men rekening houdt met opofferingskosten?
Totale kosten = de kosten van de consumptie + de opofferingskosten -
Stel je voor dat je een vast budget hebt van 45 euro. Jouw twee keuzemogelijkheden voor consumptie zijn het kopen van T-shirts (15 euro per stuk) en het kopen van cd's (5 euro per stuk). Wat zijn de opofferingskosten van de aanschaf van 1 extra T-shirt?
De opofferingskosten zijn 15/5 = 3 cd's -
1.3 De woningmarkt: kiezen tussen huren en kopen
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn niet-monetaire factoren?
Dat zijn factoren die niet in geld uitgedrukt kunnen worden. Een voorbeeld is de flexibiliteit dat het huren van een woning met zich mee brengt. Je kunt namelijk heel snel verhuizen als je wilt. -
Wat zijn de voordelen van het huren van een woning?
- Je kunt rente ontvangen over het geld dat je elke maand bespaart door het huren van een woning i.p.v het kopen van een woning
- Ook is een huurder flexibeler dan een koper omdat je de huur binnen een korte termijn kunt opzeggen en dus snel kunt verhuizen.
- Je kunt rente ontvangen over het geld dat je elke maand bespaart door het huren van een woning i.p.v het kopen van een woning
-
Wat zijn de voordelen van het kopen van een woning?
- De eventuele stijging van de prijs van de koopwoning
- Het eigenzeggenschap over de woning.
- De eventuele stijging van de prijs van de koopwoning
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Percent / 1 Theorieboek Vwo / Deel Economie Bovenbouw
-
Arbeidsdeling en ruil - De voordelen van ruil
-
Arbeidsdeling en ruil - Transactiekosten
-
Geld - Eigenschappen, functies en vormen van geld
-
Geld - Bankbalansen en geldschepping
-
De onzichtbare hand - Soorten markten
-
De consument - Betalingsbereidheid
-
De consument - De vraagcurve
-
De consument - De prijselasticiteit
-
De producent - Constante en variabele kosten
-
De producent - Besluitvorming bij proportioneel variabele kosten
-
De producent - De gemiddelde kosten
-
De producent - besluitvorming in de marge
-
De producent - De aanbodcurve nader bekeken
-
Perfect werkende markten - Het marktmodel
-
Overheidsingrijpen op perfecte markten - Belastingen en subsidies
-
Overheidsingrijpen op perfecte markten - Prijsrestricties
-
Overheidsingrijpen op perfecte markten - Handelsliberalisatie en immigratie
-
Niet- perfect werkende markten - Het monopolie
-
Niet- perfect werkende markten - Opbrengsten en kosten van een monopolist
-
Niet- perfect werkende markten - Niet-perfect werkende markten overheid
-
Verleden, heden en toekomst - Consumptie
-
Verleden, heden en toekomst - Het budget in de loop van de tijd
-
Verleden, heden en toekomst - Nogmaals lenen en sparen
-
Verleden, heden en toekomst - Reële en nominale rente
-
Sparen en investeren - Kapitaalvorming
-
Sparen en investeren - Onderwijs en menselijk kapitaal
-
Sparen en investeren - Onderneming en kapitaal
-
Pensioen - Sparen en vertrouwen
-
Pensioen - Vergrijzing
-
Belastingen en overheidstekort - De overheid ruilt over de tijd
-
Belastingen en overheidstekort - Belastingen en tekorten van de overheid
-
Informatie - Prijsmechanisme en informatie
-
Informatie - Individuele en collectieve goederen
-
Informatie - Externe effecten
-
Speltheorie - Kenmerken van gevangenendilemma's
-
Speltheorie - Langetermijnrelaties
-
Onderhandelen - Specifieke investeringen
-
Onderhandelen - Europese integratie