Verleden, heden en toekomst - Reële en nominale rente
3 belangrijke vragen over Verleden, heden en toekomst - Reële en nominale rente
Wie is blij met een stijging van de rente; de lener of de spaarder?
Maak van de volgende getallen indexcijfers:
Januari 1,20
Februari 1,30
Maart 0,80
April 0,70
Februari = 1,30/1,20 x 100 = 108
Maart = 0,80/1,20 = 67
April = 0,70/1,20 = 58
Veronderstel dat Sophie op haar spaartegoed van 3000 euro een rente van 2,5% per jaar ontvangt. In de loop van het jaar stijgt de CPI van 100 naar 101,5. Wat is de door Sophie ontvangen reële rente?
De reële rente is 0,99%
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden