Samenvatting: Personeel & Organisatie
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Personeel & Organisatie
-
1 De veranderende wereld
Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is Taylorisme (scientific management)
= gebruik wetenschappelijke methoden om ‘best mogelijke manier’ voor uitvoeren van bepaalde taak vast te stellenVier managementprincipes vanFrederick Taylor (Taylorisme ):
1. Wetenschappelijke methoden om efficiëntste manier van werk te bepalen
2.Selecteer beste ‘man’, train en ondersteun ‘hem’ om efficiënt te werken
3. Werk goed samen [als manager] met arbeiders (controle prestatie)
4.Verdeel : arbeiders (uitvoering) en manager (coördinatie & controle)
14/81
6 -
2 Fundamenten van organisatiestructuur
Dit is een preview. Er zijn 27 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Twee belangrijke dimensies:Organisatievormen volgens Mintzberg
1 Dominanteorganisatiedeel
= dat deel van organisatie dat meeste invloed heeft opoutput & resultaten
2 Voornaamste ofprimair coördinatiemechanisme
= de meest gebruikte manier om activiteiten te sturen en af te stemmen
65/81
37 -
Human Resource Management (HRM) proces =
activiteiten die nodig zijn om deorganisatie van voldoende personeel te voorzien en om de prestaties tot eenacceptabel niveau op te voeren.
15/92
54 -
Human resource planning =
proces waarmeemanagers ervoor zorgen dat juiste aantal mensen op juiste moment en op juiste plek aanwezig is om de aan hen toegewezentaken efficiënt eneffectief uit te voeren
63/92
61 -
3 Selectie, oriëntatie & ontwikkeling
Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
STAR(R) methode
1
Situatie
“Kan je een situatiebeschrijven waarin je …”
2
Taak
“Wat was je roldaarin ?”
3
Actie
“Wat heb je toen precies gedaan?
4Resultaat
“Hoe is het afgelopen?”
5Reflectie
“Hoe zou je het de volgende keer doen?”
60/63 -
Gevolg mislukte socialisatie (organisatie - nieuwkomer)
ORGANISATIE- employee
turnover / personeelsverloop hoger (duur) - langere
inwerktijd - slechtere prestaties
- minder betrokkenheid
- negatief imago
personeelsverloop hoger
opleiding personeel langer
slechtere communicatie
NIEUWKOMER- minder motivatie
- onzekerheid
- stress
33/63 - employee
-
Behoeftenanalyse voor opleiding/traininghoe gemeten?
Prestatiekloof = verwachte - feitelijke
verwachte prestatie – feitelijke prestatie
verwachte prestatie- doelstellingen organisatie
feitelijke prestatie- prestatiebeoordeling
37/63 -
KPI = kritieke prestatie-indicatoren
concrete maatstaven om de voortgang in of resultaten van processen te monitoren
KPI’s worden doorgaans opgesteld volgens het SMART -
5 Organisatiecultuur
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5
Laat hier meer flashcards zien -
Structurele invloeden op cultuur
afhankelijk van de grootte en leeftijd van de organisatie, het type producten/diensten, deproductiewijze , het type medewerkers, kenmerken van de markt
(=contingentiebenadering )
1 - machts-gericht
eenvoudige structuur
2 - rollen-cultuur
bureaucratie
3 - taak-cultuur
projectygebaseerde matrixstructuur/zelfsturende teams
4 - persoons-cultuur
professionele organisatie
44/62
100 -
6 Attitudes, werktevredenheid en (werk)stress
Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer leiden attitudes tot gedrag?
NU
= Theorie van het geplande gedrag (Ajzen,1991 ): INTENTIE bepaalt gedrag
VROEGER
= Theorie van zelf-effectiviteit (Bandura,1977 ): vermeende bekwaamheid bepaalt gedrag
14/48
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden