Identiteit en relaties
3 belangrijke vragen over Identiteit en relaties
Elke dimensie van de big 5 hangt samen met verschillende beinvloedings/manipulatie technieken. Beschrijf deze en leg tevens uit of er sekseverschillen zijn (2 punten)
- Extraversie = maken meer gebruik van dwang, minder zelf omlaag halen;
- Vriendelijkheid = houden meer van beredeneren en opwekken plezier;
- Zorgvuldigheid = beredeneren;
- Emotionele stabiliteit = gebruik maken van dwang en zeuren;
- Intellect (openheid) = beredeneren.
Zijn er sekseverschillen? Weinig verschillen te zien, meer overeenkomsten, belangrijkste verschillen:
- Vrouwen meer regressie (mokken en huilen);
- Vrouwen gebruiken meer manipulatie tactieken dan mannen.
Leg Erikson's identiteitscrisis, verschillende problemen/dilemma's in de levensloop, uit door middel van vier punten.. Leg tevens uit wat het eerste belangrijkste probleem was in de adolescentie en hoe dit verder verliep
- Identiteit versus rolverwarring;
- Intimiteit versus isolatie;
- Genertiviteit versus stagnatie;
- Integriteit versus wanhoop.
Het eerste belangrijke probleem was in de adolescentie wanneer tieners hun eigen identiteit aan het definiëren zijn. Als je dat succesvol doorloopt dan leer je kennen wie je bent en als je dat nog niet hebt dan heb je een soort rolverwarring (identiteitscrisis).
Vijandige attributiebias lokken conflicten in relaties uit. Wat houdt dit in? Noem tevens een voorbeeld.
Bijvoorbeeld: actief temperament kan ongeremd gedrag veroorzaken. Bijvoorbeeld op de crèche kan dit een vijandige reactie oproepen bij anderen. Daarom ga je vijandig reageren, omdat je denkt dat dat moet, waardoor je nog agressiever dan nodig gaat reageren wat die vijandige reacties versterkt.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden