Slecht gekozen. Politieke vertegenwoordiging en electorale wanpraktijken in Nederland, 1795-1917 - Tegen factiestrijd en orangisme

6 belangrijke vragen over Slecht gekozen. Politieke vertegenwoordiging en electorale wanpraktijken in Nederland, 1795-1917 - Tegen factiestrijd en orangisme

Welke nieuwe regeringsvorm ontstond eind achttiende eeuw?


Het nieuwe systeem hield in dat het volk soeverein was en de regeringsmacht werd voorwaardelijk in handen gesteld door burgers zelf aangewezen vertegenwoordigers.
Elke onafhankelijke burger mocht deelnemen aan dit systeem, ongeacht afkomst en privilege.

Welke nieuwe regeringsvorm ontstond gedurende de Atlantische revoluties van de late achttiende eeuw?


Het nieuwe systeem was gebaseerd op de notie dat het volk soeverein was en dat zij de regeringsmacht voorwaardelijk in handen stelden van door burgers zelf aangewezen vertegenwoordigers.
Elke onafhankelijke burger mocht deelnemen aan dit systeem, ongeacht afkomst en privilege.
Dit gold ook in de Nederlandse variant, de Bataafse revolutie die tot de Bataafse Republiek leidde.

Op welke uitgangspunten waren de verkiezingsprocedures in Nederland tussen 1795-1801 gebaseerd?


Uitgangspunten waren:
  1. meest competente mensen besturen
  2. uitdrukkelijke toestemming land
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke gevaren zagen de revolutionairen bij de stemprocedure van 1798 Staatsregeling?


Gevaren voor verstoren stemprocedure 1798:
  1. verkiezingen ware collectief d.m.v. Grondvergaderingen. Voordeel was dat deze controleerbaar en transparant waren. Goed toezicht nodig.
  2. getrapte karakter: direct of indirect.
Direct: vrijwillige en expliciete keuze. Volk moet zo veel mogelijk invloed hebben op keuze vertegenwoordigers.
Indirect: minder kans op ongewenste invloed door meerdere verkiezingen: grondvergadering en kiesvergaderingen.
3. Geheime verkiezing: angst voor ongewenste beïnvloeding van kiezers. Geen druk van burgers of autoriteiten.

Met welke twee omstandigheden hing de angst voor ongewenste beïnvloeding samen?

  1. De revolutionairen waren bang voor onderlinge afspraken om een uitkomst te creëren, die hen aanstond. Verkiezingen moesten dus zo ingericht worden dat factievorming werd voorkomen.
  2. Vrees van revolutionairen dat de orangisten van binnenuit het nieuwe bestel proberen uit te hollen. Actief en passief kiesrecht uitoefenen na afwijzen van stadhouderlijk bewind. Later ook tegenstanders van eenheidsstaat. Politieke uitsluiting om tot een 'juiste' verkiezingsuitslag te komen.

Wat was typerend voor het vertegenwoordigend stelsel van de revolutionairen?

Typerend waren de maatregelen tegen factiebelangen en tegenstanders van het nieuwe bewind.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo