Samenvatting: Pincode. | 9789001161712 | Chantal van Arkel van den Boogaard, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Pincode. | 9789001161712 | Chantal van Arkel-van den Boogaard, Jip Kruis, Millicent Kruis ; ict-auteurs Jip Kruis, Millicent Kruis, Wim van St. Annaland ; [ill.: René van Halderen].

• 1 Geld genoeg?

  Dit is een preview. Er zijn 25 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is de functie van geld

  Geld kun je gebruiken als ruilmiddel, spaarmiddel of als rekenmiddel

• Welke 2 vormen van onbetaalde arbeid zijn?

  1 huishoudelijke taken
  2 vrijwilligerswerk

• met  welke 3 betalingsmiddelen kan je betalen?

  kas, giro of bank

• 1.1 Heb jij geld genoeg?

  Dit is een preview. Er zijn 20 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Je hebt vier functies van geld, welke zijn dit en wat houd dit in?

  • Spaarmiddel -- Spaarrekening
  • Rekenmiddel -- Prijskaartje
  • Betaalmiddel -- Boete betalen
  • Ruilmiddel -- Kopen

• wanneer is geld een ruil-,spaar-en rekenmiddel

  ruilmiddel: als je iets koopt met geld

  spaarmiddel: als je bewaart en later iets mee koopt

  rekenmiddel: je bepaald de waarde van de producten door om te ruilen met geld

• 1.2 hoe kom je aan inkomen?

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• op welke manieren kun je inkomen ontvangen

  via inkomen in geld bijv. je salaris of inkomen in natura en dat is inkomen dat je ontvangt in de vorm van goederen ene diensten

• Welke factoren bepalen hoeveel je verdient

  Je:

  
  

  • Leeftijd
  • Functie
  • Opleiding
  • Of je regelmatig of onregelmatig werkt

  
  

  
  

• wat zijn andere voorbeelden van inkomen dan uit arbeid

  door huizen te verhuren, eigen bedrijf starten

• 1.4 Waar gaat je geld heen?

  Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is de 1e sector?

  Grondstof direct uit de natuur.

  
  

  Agrarische bedrijven; Mijnbouw, akkerbouw, tuinbouw etc.

• Wat is de 2e sector?

  Verwerken van de grondstof.

  
  

  Industriële bedrijven; meel-, brood-, fietsfabriek