Verhaal en voorrang - Hypotheek

12 belangrijke vragen over Verhaal en voorrang - Hypotheek

Wat zijn de vestigingsvereisten voor een recht van hypotheek?

Art. 3:260 lid 1 bevat een 'lex specialis'. Lid 4 bepaalt dat voor het overige de algemene voorschriften die voor de vestiging van beperkte rechten op registergoederen gegeven zijn, ook op de vestiging van hypotheek van toepassing zij. De vestiging van hypotheek op een registergoed vereist aldus op grond van art. (3:260 lid 4 jo.) 3:98 jo. 3:84 lid 1 een levering (de in 260 lid 1 voorgeschreven vestigingshandeling) krachtens een geldige titel, verricht door een beschikkingsbevoegde.

Wanneer dient de hypotheekgever beschikkingsbevoegd te zijn?

Vestiging van hypotheek vereist een vestigingshandeling verricht door hem die bevoegd is over het goed te beschikken (art. (3:260 lid 4 jo.) 3:98 jo. 3:84 lid 1). Het feit dat de vestiging pas door de inschrijving van de hypotheekakte tot stand komt, brengt mee dat de hypotheekgever niet eerder dan op dat moment beschikkingsbevoegd dient te zijn. Beschikkingsbevoegdheid is pas ten tijde van de inschrijving verest.

Wat als tussen verlijding van de akte en haar inschrijving de hypotheekgever failliet wordt verklaard?

Faillissement van de hypotheekgever voordat de hypotheekakte is ingeschreven, belet dat er een recht van hypotheek ontstaat. Dit volgt zowel uit de algemene regel van art. 23 Fw als uit de op dit geval toegespitste bepaling van art. 35 lid 1 Fw. Dat op grond van de schakelbepaling van 3:98 BW voor de vestiging van hypotheek van toepassing is.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Is het bij voorbaat vestigen van hypotheek mogelijk?

Nee, art. 3:98 jo. 3:97 lid 1 BW. Vestiging van een hypotheek op een nog in de toekomst te verkrijgen registergoed is niet mogelijk. De daartoe vereiste beschikkingsbevoegdheid ontbreekt nu de beoogd verkrijger/hypotheekgever van het te verhypothekeren goed nog geen rechthebbende is.

Wat als de hypotheekgever het registergoed vervreemd?

Een derde-verkrijger die het goed door de hypotheekgever geleverd krijgt, verwerft daardoor een met hypotheek belast goed. Er is ook geen reden tot bescherming omdat het hypotheekrecht gewoon uit de openbare registers blijkt.

Wat is de rangorde van hypotheek ten opzichte van andere beperkte rechten?

De regeling van de rangorde tussen hypotheken geldt mutatis mutandis voor de rangorde in de verhouding tot andere beperkte rechten, die door de hypotheekgever op het goed zijn gevestigd. Bij executie hoeft de hypotheekhouder de bedoelde rechten die in rangorde na het zijne komen niet te eerbiedigen. Hij kan het verhypothekeerde goed vrij van deze rechten verkopen.

Huurbeding en huurder met ouder huurrecht?

Het is belangrijk te realiseren dat het 'huurbeding' niet kan worden ingeroepen tegen de huurder wiens huurovereenkomst al voor de vestiging van de hypotheek liep. Deze overeenkomst was al aangegaan voordat het huurbeding de hypotheekgever de bevoegdheid ontnam (nieuwe) huurovereenkomsten te sluiten. De huurovereenkomst is dan ook op grond van zijn kwalitatieve karakter aan de latere hypotheekhouder tegenwerpbaar. Deze kan het goed op grond van art. 7:226 lid 2 jo lid 1 slechts 'onder bezwaar van huur' executeren.

Door wie kan het huurbeding worden ingeroepen?

Het huurbeding kan worden ingeroepen - zo bepaalt 3:264 lid 1 aan het einde - zowel:
- door de hypotheekhouder, die het huurbeding heeft gemaakt, als
- na uitwinning van het bezwaarde goed door de koper. Dit laatste echter alleen voor zover deze bevoegdheid op het tijdstip van de verkoop nog aan de hypotheekhouder toekomt en deze de uitoefening daarvan volgens de verkoopvoorwaarden aan de koper overlaat.

Uitoefening hypotheek buiten faillissement en beslag

Doorgaans zal de schuldenaar de vordering waarvoor hypotheek als zekerheid is verstrekt, door betaling voldoen. Omdat hypotheek een afhankelijk recht is, gaat het met de voldoening van de vordering ook de hypotheek teniet. In het onverhoopte geval dat de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakomt, biedt het recht van hypotheek een vereenvoudigde wijze van verhaalsuitoefening. Deze staat in art. 3:268 e.v., aangevuld met 544 Rv e.v.

Kan een schuldenaar na zijn faillissement een geldig hypotheekrecht vestigen?

Nee. Vindt na faillissement inschrijving van een akte plaats waarin de schuldenaar hypotheek verleent, dan kan de curator de ingeschreven hypotheek als niet tot stand gekomen negeren. De vermeende hypotheekhouder komt voor zijn vordering slechts een concurrent verhaalsrecht toe. Hem komt geen voorrang toe.

Wat nu als al vóór faillissement een hypotheekrecht tot stand is gekomen? De wet kent aan de hypotheekhouder in overeenstemming met zijn positie van beperkt gerechtigde een separatistpositie toe. Krachtens art. 57 lid 1 Fw kan de hypotheekhouder zijn recht uitoefenen alsof er geen faillissement was.

Wat zijn de vestigingsvereisten voor recht van hypotheek?

3:98 jo 3:84 lid 1
herhaling van 3:98: levering, titel, beschikkingsbevoegdheid    

3:260 lid 1 lex specialis voor vestigingswijze:
de algemene voorschriften die voor de vestiging van beperkte rechten op registergoederen gegeven zijn, zijn ook van toepassing op de vestiging van hypotheek
- notariele akte PLUS inschrijving in de daartoe bestemde openbare registers

Wat is vereist voor een onderhandse executoriale verkoop?

Een verzoek heeft alleen zin als er een koper is gevonden, een volledige koopovereenkomst moet worden overlegd.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo