Verhaal en voorrang - Algemen bepalingen pand- en hypotheekrecht

18 belangrijke vragen over Verhaal en voorrang - Algemen bepalingen pand- en hypotheekrecht

Verschil pand/hypotheek met voorrechten die ook voorrang verschaffen?

            Pand/hypotheek zijn bedongen zekerheidsrechten die door vestiging ontstaan. Een voorrecht kan men niet bedingen, de wet verbindt ze aan bepaalde vorderingen. 

Verschil pand/hypotheek met genotsrechten? 

            Pand/hypotheek geven geen recht tot genot en gebruik van het goed waarop zij rusten, doch de bevoegdheid om zich daarop met voorrang te verhalen indien de schuldenaar in verzuim is met voldoening van de vordering tot zekerheid waarvan het is gevestigd. 

Is pand en hypotheek tot zekerheid van toekomstige vorderingen mogelijk?

Ja, art. 3:231 lid 1 bepaalt uitdrukkelijk dat een pand- of hypotheekrecht ook tot zekerheid van een toekomstige vordering kan worden gevestigd. Welk geld hier op grond van lid 2 het vereiste dat de vordering ten tijde van de executie voldoende bepaalbaar moet zijn. Artikel 3:260 lid 1 vult dit aan.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Tot zekerheid van welke vorderingen is vestiging van pand/hypotheek mogelijk? 

            3:227. Tot zekerheid van een vordering tot voldoening van een geldsom. Dus alleen geldvorderingen zijn verhaalbaar, maar ook kan een vordering tot het verrichten van een andere prestatie tot zekerheid worden gevestigd als deze maar tot een geldvordering herleidbaar is. 

A heeft zich verplicht om over tien jaar zijn huis aan B over te dragen. Kan B tot zekerheid van de nakoming van zijn vordering hiervan een hypotheekrecht bedingen als A na tien jaar niet aan zijn verplichting voldoet?

            Ja, maar pas als B d.m.v. een verklaring ex 6:87 zijn vordering heeft omgezet in één tot vervangende schadevergoeding.

- of nakoming afdwingen d.m.v. reële executie. Voor derden is het huis niet interessant vanwege de hypotheek erop.

- of vestiging van een hypotheekrecht voor een toekomstige vordering; hypotheekrecht op het huis voor de vordering uit vervangende schadevergoeding als A tekortschiet.

 

Extra: de vordering kan op naam, aan order of toonder. Zij kan zowel een vordering op de pandgever zelf als een vordering op een ander zijn (3:231 lid 1)= derdenpand of –hypotheek. 

Moet de omvang van de vordering bij vestiging van pand/hypotheek vaststaan?

            Nee, 3:231 lid 2 vereist text-decorationvoldoende bepaalbaar op het tijdstip van executie.

Extra bij hyp: 3:260 lid 1 moet aanduiding bevatten waarvoor de hypotheek tot zekerheid strekt of van de feiten aan de hand waarvan die vordering zal kunnen worden bepaald + maximumbedrag waarvoor hypotheek is gevestigd.

 

Dit geldt niet voor pand, is pandakte onduidelijk dan moet de contractuele verhouding uitsluitsel bieden (Haviltex, derden kunnen bescherming ontlenen aan 3:36 ING/Muller). 

Stel A opent bij bank B een krediet dat hij nog niet opneemt. Kan A zijn fabrieksgebouw al aan B verhypothekeren tot zekerheid van afbetaling van door A mogelijkerwijs in de toekomst op te nemen bedragen? 

            Ja, krediethypotheek= vordering is voldoende bepaalbaar door de aanwezige recthsverhouding tussen A en B en de op grond daarvan opgenomen bedragen. 

Wanneer ontstaat een (pand/)hyp ter verzekering van een toekomstige vordering?

Op het tijdstip van voltooiing van de vestigingshandeling=tijdstip inschrijving hyp in de openbare registers en niet wanneer de vordering ontstaat tot zekerheid waarvan de hyp strekt. Het bestaan van de vordering is immers (3:231 lid 1) geen vereiste voor een geldige vestiging daarvan. 

Welke eis geldt voor overdracht én voor vestiging van een beperkt recht op een goed? 

            Eis van overdraagbaarheid, 3:81, 98 jo 83. 

Is bezwaring en verpanding/hypotheek van een in de toekomst nog te verwerven goed mogelijk?

            Bezwaring niet, evenmin als overdracht. Toch kunnen toekomstige goederen al wel bij voorbaat worden verpand. Pandrecht ontstaat niet eerder dan nadat de pandgever het goed ook daadwerkelijk verwerft (3:98 jo 97 lid 1).

 

Vestiging van hypotheek bij voorbaat op een in de toekomst te verwerven registergoed is onmogelijk; 3:98 jo 97 lid 1. 

Waarover strekken pand/hyp zich uit?

            Zie 3:227 lid 2. Wat de eigendom omvat wordt bepaald door 5:3 en 20. Dus ook wat later onder de eigendom is komen te vallen (dakkapel op huis 3:4 óf huis gebouw op verhypothekeerd stuk grond 5:20 sub e). 

Wat is het verbod tot toe-eigening?

            3:235. Vrees dat anders de pand/hyp.houder zou bedingen om in geval van verzuim het in zekerheid gegeven goed als rechthebbende te mogen behouden, wanneer hij daartoe zijn wil kenbaar maakt. Beschermt tegen voortijdige tegeldemaking. 

Vordering waarvoor pand of hypothee wordt gegeven moet voldoende bepaalbaar zijn. Wat betekent dit?

Op tijdstip van executie moet de omvang van de vordering vast staan.

alleen voor hypotheek, niet voor pand: aanduiding in hypotheekakte van de vordering + vestigingsakte moet maximumbedrag vermelden waarvoor hypotheek is gevestigd

Is pand en hypotheek mogelijk tot zekerheid van toekomstige vorderingen?

3:231 Ja, mits de vordering ten tijde van de excutie voldoende bepaalbaar is.

Voldoende is dat, als het op exectuei aankomt, adhv de rechtsverhouding tussen de zekerheidsgever en -nemer is vast te stellen tot zekerheid van welke vorderingen het verleende recht tot verhaal strekt.

vb krediethypotheek / rekening-courant hypotheek

niet dezelfde vraag als pand of hypotheek op een toekomstig goed (bij hypotheek niet mogelijk)

Op welke goederen kan pand of hypotheek worden gevestigd?

3:228
Op alle goederen die voor overdracht vatbaar zijn kan een recht van pand of hypotheek worden gevestigd.

Voor de vestiging van een beperkt recht gelden dezelfde vereisten als voor overdracht, dus ook de eis van overdraagbaarheid. 

wettelijke uitzonderingsbepalingen (vb loonbeslag) 
uitzonderingen mbt uitsluiting door partijbeding

Waarover strekken pand en hypotheek zicht ui?

3:227 lid 2

over al hetgeen de eigendom van de zaak omvat, in beginsel bepaald door art 5:3

dus denk aan bestanddeelvorming, natrekking     

Reikwijdte ruimer dan eigendom: vb ook erfdienstbaarheid gaat over bij executie

Wat is derdenpand / derdenhypotheek?

Een derde kan een bepaald vermogensbestanddeel voor een schuld van een ander in zekerheid geven.

Deze derde wordt geen schuldenaar. Overige vermogen is niet vatbaar voor uitwinning door de pand- of hypotheekhouder.

Kan ook ontstaan doordat iemand een met pand of hypotheek belast goed krijgt overgedragen, als beperkt recht volgen zijn het verbonden goed

Wat is het verbod op toe-eigening?

3:235 elk beding dat pand- of hypotheekhouder de bevoegheid geeft zich het verbonden goed toe te eigenen, is nietig.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo