Samenvatting: Planten

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Planten

• 2 Bouw, groei en ontwikkeling van planten

  Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Waar wordt elk orgaan van een plant aan de buitenkant door omgeven?

  epidermis (opperhuid) of kurk. Beide weefsels beschermen de plant tegen waterverlies en infecties.

• Hoe worden de toppen van stengels en wortels genoemd?

  groeipunten, zorgen voor lengtegroei. stengeltop-meristeem en worteltpmeristeem.

• Wat gebeurd er wanneer een cel in het meristeem zich deelt?

  dan ontstaan er twee dochtercellen. Een van beide celleen blijft een meristeemcel en zal zich naar verloop van tijd opnieuw delen. De andere cel ondergaat celstrekking.

• 2.1 Diktegroei bij bomen struiken

  Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Waar vindt diktegroei van houtachtige planten plaats en hoe vindt dit plaats?

  Groeien in dikte doordat cellen in het cambium zich delen. Na elke deling blijft één van de twee dochtercellen in het cambium liggen; de andere komt erbuiten te liggen.

• 3 Transport in planten

  Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat vervoeren de houtvaten?

  water en zouten van de wortels, via de stengels nar de bladeren (anorganische sapstroom).

• Hoe wordt het verschil in water potentiaal aan beide uiteinden van de houtvaten van planten veroorzaakt?

  O.A. door verdamping van water uit de bladeren. Hierbij diffundeert waterdamp die in de luchtholten en intracellulaire ruimten van bladeren zit, via de huidmondjes naar buiten. Daardoor zal in de celwanden die grenzen aan luchtholten water verdampen. Dit water wordt aangevuld vanuit de fijne vertakkingen van de houtvaten en wordt door capillaire werking aangevuld vanuit de houtvaten in de kleinste nerven. Vandaar aangvuld vanuit houtvaten in grotere nerven. Uiteindelijk aangevuld door houtvaten stengels en wortels. 
  
  Door verdamping ontstaat er aan de bovenkant van de houtvaten een onderdruk, waardoor water door de houtvaten wordt gezogen. 

• Hoe kunnen platen hun waterbehoefte regelen?

  Door de huidmondjes te openen of te sluiten. 's Nachts zijn vrijwel alle huidmondjes gesloten. Bij droge omstandigheden kunnen de huidmondjes ook overdag worden gesloten.

• Waarom liggen bij veel planten de huidmondjes voornamelijk aan de onderkant?

  - Zodat de wind de waterdamp minder goed kan afvoeren
  - Verdamping van water kan leiden tot temperatuurdaling
  - voorkomt dat enzymen in de plant minder werkzaam worden als gevolg van te hoge temperaturen.

• Waarom speelt de worteldruk bij naaldbomen en loofbomen in de zomer maar een geringe rol?

  Overdag wanneer de temperatuur stijgt, kan de worteldruk geen gelijke treed houden met de verdamping van water door de bladeren. Het opwaartse transport van water en mineralen komt dan vooral door verdamping van water door de balderen tot stand.

• Waarom speelt de worteldruk bij loofbomen een grotere rol?

  Er zijn dan nog geen bladeren die de opwaartse sapstroom in stand kunnen houden. Daarnaast kunnen bij sommige planten de houtvaten in het voorjaar organische stoffen vervoeren voor de ontwikkeling van onder andere bladeren.