Samenvatting: Poëzienanalyse

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Poëzienanalyse

• Vorm gedicht

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 26/12/2014
  Laat hier meer flashcards zien

• Visuele rijm en visuele poëzie?

  Visueel rijm: rijm dat niet gebaseerd is op klank, maar op optische overeenkomst (bijv. in de spelling). Bij visuele poëzie gaat dit nog een stuk verder: de schrijfwijze/typografie illustreert de inhoud van de tekst. 

• Metrum gedicht

• Hoe ziet het schema met beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen eruit bij een jambe?

  V_V_V_
  
  Bijvoorbeeld: Staat fris en weet van geen verdriet. 

• Welke twee vormen van metrum onderscheidt men bij verzen met een dalend metrum?

  -v-v-v-v
  * trochéus-vAangezien de zonnestralen
  
  -v-v-v-
  Alhoewel er wolken staan
  
  -v-v-v-v
  Aangenaam ter aarde dalen
  
  ---v-vv-
  Wil ik heden wandelen gaan
  (Pareau)
  
  -vv-vv-vv-
  * dactylus-vvGrauw is uw hemel en stormig uw strand,
  
  -vv-vv-vv-v
  Naakt zijn uw duinen en effen uw velden,
  
  -vv-vv-vv-
  U schiep natuur met een stiefmoeders hand,
  
  -vv-vv-vv-
  Toch heb ik innig u lief, o mijn land.
  (Potgieter)

• Welke twee vormen van metrum onderscheidt men bij verzen met een stijgend metrum?

  * jambev-Een nieuwe lente en een nieuw geluid
  (Gorter)
  vv-vv-
  * anapestvv-Er was rouw op het huis
  
  vv-vv-
  Er was rouw in de kluis
  
  vv-vv-vv-(v)
  Toen de Heer ons gebed had verworpen
  (Potgieter)

• Leg het verschil uit tussen een stijgend en een dalend metrum.

  Bij een stijgend metrum valt de klemtoon op de laatste lettergreep. Bij versvoeten met een dalend metrum valt de klemtoonop de eerste lettergreep.

• Rijm gedicht

  Dit is een preview. Er zijn 16 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 28/12/2014
  Laat hier meer flashcards zien

• Wanneer spreken we over acconsonerend rijm?

  We spreken over acconsonerend rijm als alleen de medeklinkers overeen komen. Voorbeeld: tafel/griffel en kust/mist. 

• Leg uit wat mannelijke rijm is.

  Mannelijke rijm is gelijkluidendheid van twee beklemtoonde, éénlettergrepige woorden.
  
  Niet langer meer apart
  is ’t niet kloppen van uw hart.

• Leg uit wat vrouwelijke rijm is.

  Vrouwelijk of slepend rijm: gelijkluidendheid van twee woorden of
  woorddelen die elk bestaan uit één beklemtoonde en één onbeklemtoonde
  lettergreep.
  
  Hij had langzaam de morgen bestegen
  langs wit verpulverde wegen
  (H. Marsman)

• Leg uit wat glijdend rijm is.

  Gelijkluidendheid van twee woorden of woorddelen die elk
  bestaan uit een reeks van één beklemtoonde lettergreep gevolgd door twee
  onbeklemtoonde lettergrepen.
  
  
  
  Om zich te bevredigen
  staat daar dan
  vlak achter de lezende
  een geheel volledige
  dodelijk vrezende
  Vroman

• Welke twee vormen van halfrijm (onvolledige rijm) bestaan er?

  Assonantie (klinkerrijm): de beklemtoonde klinkers zijn
  gemeenschappelijk terwijl de medeklinkers verschillen.
  
  Reik mij die rode haren daar eens aan
  (P. Kemp)
  
  Acconsonantie (medeklinkerrijm). Rijm van woorden waarvan de medeklinkers gelijkluidend zijn, terwijl hun klinkers verschillen.
  
  Aan elke lering heb ik lak
  In elk systeem vind ik een lek
  Omdat ik niemands zolen lik
  En met gevlei geen machtigen lok
  Is ’t dat ik niet als anderen luk
  (B. Decorte)