Samenvatting: Politiek
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Politiek
-
H1 Wat is politiek?
Dit is een preview. Er zijn 19 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 25/10/2015
Laat hier meer flashcards zien -
Wat doet de politiek qua conflicten?
Het voorkomen van conflicten is een belangrijkere taak van de politiek dan conflicten oplossen.
Bij het oplossen van conflicten gaat het meestal om individuele conflicten: is een zaak voor de rechter en niet voor de politiek.
Wel is het zo dat zulke individuele conflicten de aanleiding zijn voor politici om iets aan de orde te stellen. Of om de algemene regels aan te passen. -
Wat zijn de voor- en nadelen van een compromis?
Een compromis is een soort tussenoplossing.
- Als het een goed compromis is, zijn er veel mensen tevreden
- Door over een oplossing te overleggen ontstaat 'draagvlak', doordat duidelijk is welke afwegingen worden gemaakt
- Een compromis kan ook betekenen dat eigenlijk niemand zijn zin krijgt: dan is iedereen ontevreden
- Een tussenoplossing vinden kost vaak meer tijd dan snel een beslissing nemen
- Compromissen pakken vaak duurder uit -
Wat wordt er bedoeld met het beleid van de overheid?
Met beleid wordt bedoeld dat er een bepaalde samenhang is tussen verschillende maatregelen van de overheid. Dat er is nagedacht over de manier waarop de overheid bepaalde problemen aanpakt. Beleid is het antwoord van de overheid op problemen.
Voor beleid is belangrijk om duidelijke doelen te stellen. Welke kant gaan we op? -
Hoe zag de Atheense democratie eruit?
Hij was gebaseerd op vrijheid en gelijkheid, maar dan alleen voor burgers. Dus alleen die personen hadden gelijke rechten, een gelijke stem en werden voor de wet gelijk behandeld.
In Athene had je een volksvergadering waaraan alle burgers konden deelnemen. Wie erbij was kreeg een vergoeding, ook mensen met weinig geld moeste kunnen meebeslissen. Deze volksvergadering nam beslissingen, maar maakte niet zelf de agenda. De vergaderingen werden voorbereid door een raad van vijfhonderd burgers die door het lot werden aangewezen. Er waren allerlei voorwaarden voor. -
Wat was het dagelijks bestuur?
Het dagelijks bestuur was in handen van vijftig personen uit deze raad (de raad van 500 burgers). Dit bestuur riep de vergaderingen van de hele raad en volksvergadering bijeen. Het was als het ware de spil van de hele democratie, want ze ontvingen boodschappers uit andere plaatsen en klachten en verzoeken van burgers. Daarnaast zorgde ze ook voor het financiële reilen en zeilen van de polis.
Maar: de beslissingsbevoegdheid lag bij de volksvergadering. -
Wat is een soevereine staat dan?
Het gaat dan over zelfstandige, onafhankelijke landen. Nederland is een soevereine staat, het eiland Aruba niet, want dat is een land dat onder het Koninkrijk der Nederlanden valt, niet helemaal onafhankelijk is en dus niet soeverein. -
Wat gebeurde er in 1993 met Tjecho-Slowakije?
Tjecho-Slowakije werd toen zonder oorlog opgesplitst in Tsjechië en Slowakije. -
Syrië en de president. Hoe zit dat?
In 2000 overleed president Hafiz al-Assad. Hij werd opgevolgd door zijn zoon Bashar al-Assad. Hoewel de Syriërs de president officieel kiezen, hebben ze daarbij niet veel te kiezen. Bashar was de enige kandidaat bij het referendum hierover in 2001. -
H2 Vormen van democratie
Dit is een preview. Er zijn 22 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 26/10/2015
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is een belangrijk kenmerk van democratie?
Er vinden vrije, eerlijke en geheime verkiezingen plaats, die ook regelmatig moeten plaatsvinden. Het volgt uit de eerder genoemde volkssoevereiniteit - het volk bepaalt wie de macht mogen uitoefenen en kan die personen bij de volgende verkiezingen ook weer wegsturen. -
Wat zijn nog twee essentiële kenmerken van de democratie?
- Volkssoevereiniteit
- Vrijheid
- Controle op de macht, bijvoorbeeld door journalisten
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden