Intraspecifieke factoren
5 belangrijke vragen over Intraspecifieke factoren
Wat is het verschil tussen semelparity en iteroparity ? En hoe beinvloed dit de populatieontwikkeling?
iteroparity: soorten kunnen zich meerdere keren voort planten tijdens hun leven.
De populatieontwikkeling wordt beinvloed doordat semelparity soorten boom and bust populatieschommelingen hebben en iteroparity soorten hebben een stabielere groeipatroon.
Beschrijf hoe immigratie en emigratie de populatieontwikkeling beïnvloeden en hoe deze processen samenhangen met dispersie
Beschrijf de 3 levenscurve en welke levensstrategien te toepassen.
type II, laat een relatief constante overlevingskans zien gedurende de levensduur van een organisme. In dit patroon is het sterfterisico constant en onafhankelijk van de leeftijd. ( ongewervelden, knaagdieren)
type III wordt gekenmerkt door hoge sterftecijfers in het begin van het leven, met een toename naarmate de individuen ouder worden. Het wordt geassocieerd met organismen met groot aantal nakomelingen en beperkte ouderlijke zorg. (ongewervelden zeedieren)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Noem drie factoren die ongunstiger worden naarmate de dichtheid van de populatie toeneemt. Waarop hebben deze factoren de meeste invloed, de sterftesnelheid of de geboorte- snelheid?
Benoem de verschillen tussen r-geselecteerde en k-selecteerde soorten in context met levensstrategien en milieuomstandigheden
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden