Transcriptie translatie - Powerpoint

17 belangrijke vragen over Transcriptie translatie - Powerpoint

Wat is transcriptie en wat translatie?

Transcriptie: het overschrijven van de code
Translatie: het vertalen van de code

Hoe ziet de dubbele helixstructuur van het DNA eruit? Hydrofoob binnen of buiten?
Over hoeveel chromosoom paren is ons DNA verdeeld?

De bekende dubbele helixstructuur van DNA: twee ketens die om elkaar gedraaid zijn (het hydrofobe binnenste deel van de ketens is iets lichter afgebeeld).
Ons DNA is verdeeld over 23 chromosoom paren.

Notitie met twee afbeelding:

Dit is de basisstructuur van elk van de 2 ketens van DNA maar ook van RNA: suikergroepen (met daaraan een base) die via fosfaat in een lange keten met elkaar zijn verbonden. Dit geldt voor al het leven op aarde.

Gedetailleerder ziet dat er zo uit.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Waar zit het verschil tussen DNA en RNA?
Waar komt de N en A vandaan?
Hoe zijn de C-tjes gerangschikt?

Het verschil tussen een DNA keten en een RNA keten zit hem in eerste instantie in de suiker groep: in DNA zit deoxyribose: het O(xy) atoom aan C2 ontbreekt. De N komt van Nucleine omdat de ontdekker van wat later DNA bleek te zijn deze ‘stof’ uit celkernen (Nuclei) isoleerde en de stof bleek bovendien zuur te zijn: Acid
De C-atomen zijn volgens afspraak genummerd: C1 en C4 zijn verbonden via zuurstof waardoor de ringstructuur ontstaat en C5 is het koolstof atoom dat uit de ring steekt.

Wat is five prime end en wat de three prime end?
Welke basen zijn er?

Ergens begint zo’n keten met een vrije fosfaatgroep aan C5: dit noemt men de ‘five prime end’
Ergens eindigt de keten met een suiker waar alleen OH aan C3 zit: ‘three prime end’
In deze figuur is ook een nadere invulling aan de basen gegeven: adenine cytosine guanine en thymine

Welke base zit wel in DNA en niet in RNA? En welke base zit wel in RNA en niet in DNA? Wat is het verschil in deze basen? Waarvoor is DNA beter beschermd door deze base?

In DNA zit Thymine in plaats van Uracil. Thymine is stabieler dan Uracil door de extra (hydrofobe) methyl-groep (CH3) . Hierdoor is DNA beter beschermd tegen nucleasen dan RNA.

Wat zijn nucleasen?
Wat is nog onwenselijk van Uracil in DNA?

Nucleasen zijn enzymen die DNA (en ook RNA) afbreken en b.v. afkomstig zijn van virussen. Bovendien kan Thymine alleen H-bruggen vormen met Adenine, terwijl Uracil niet alleen met Adenine (wat gebruikelijk is) eventueel ook H-bruggen kan vormen met Guanine en Cytosine (en zelfs met Uracil zelf). Dit is zeker in DNA onwenselijk omdat de kans op mutaties daarmee groter wordt bij de celdeling.

Hoe vindt koppeling tussen de DNA strengen tussen de basen plaats?
Adenine is altijd verbonden met ... Door middel van ... Waterstofbruggen.
Guanine is altijd verbonden met ... Door middel van ... Waterstofbruggen.

Door middel van H-bruggen.
Adenine blijkt altijd via 2 H bruggen (relatief zwakke binding) aan Thymine van de andere keten te zitten.
Guanine zit altijd via 3 H bruggen  aan Cytosine van de andere keten

Welke drie vormen van RNA zijn er?

  • Ribosomaal RNA (rRNA)
  • Transfer RNA (tRNA)
  • Messenger RNA (mRNA)


RNA komt in drie vormen voor. Let op met name messengerRNA is erg instabiel (half life time 30 min): concentraties zeggen niets over de aanmaak (turnover rate) van al het gevormde RNA per tijdseenheid bestaat 32 % uit mRNA.

RNA groeit van de 5’ end naar de 3’ end. Nadat het DNA is afgeschreven wordt het weer dubbelstrengs.
Dus ergens moet het dubbelstrengs DNA uit elkaar gaan (wijken)
om een kopie te kunnen maken.
Hierbij is een groot complex van allerlei eiwitten betrokken:

Transcriptiecomplex (waar RNA polymerase deel van uitmaakt)

RNA polymerase zorgt er voor dat er een volgend nucleotide aan de al gevormde keten (primer) wordt gezet.
Hierbij wordt een ribosenucleotide trifosfaat gekoppeld onder afsplitsing van pyrofosfaat (PPi).
Er zijn meerdere isoenzymen van het RNA polymerase namelijk:

Er zijn meerdere isoenzymen van het RNA polymerase: I,II en III.
Bij de vorming van mRNA is vooral RNA-polymerase II betrokken.
3 isovormen RNA polymerase
I is voor rRNA (ribosomaal RNA)
II is voor mRNA (messenger)
III is voor tRNA (transport)

Daarnaast zijn er ook nog transcriptiefactoren die specifieker zijn: die dus de transcriptie van een specifieke (groep van) genen beïnvloeden:

repressors en activators


t(ransfer)RNA vormt de sleutel tussen de genetische code (die uit DNA is overgenomen door mRNA) en de eiwitsynthese aan de ribosomen
tRNA heeft namelijk:


1.een anticodon dat complementair is aan het codon in mRNA
2. een bindingsplaats voor een aminozuur dat specifiek bij het anticodon (en dus codon) hoort

Hoe begint, verloopt en eindigt de eiwitsynthese?

Initiatie
Elongatie
Terminatie

Wat is het meest cruciaal van de eiwitsynthese?

Cruciaal is natuurlijk de initiatie van de translatie: 1 basenpaar verkeerd starten levert vervolgens door de tripletcodering een 'onzin eiwit' op.

De peptide keten wordt gevormd van het ... Naar het ...

De peptide keten wordt gevormd van het N uiteinde naar het C einde.

Eiwitsynthese kost veel energie. Per aminozuur in elk geval:

2 ATP om het aminoacyl-tRNA te vormen
2 GTP om het aminozuur aan de eiwitketen te koppelen in het ribosoom

GTP = guanosinetrifosfaat (lijkt erg op ATP: adenosinetrifosfaat)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo