Samenvatting: Praktisch Fiscaalrecht | 9789001899646 | M P Damen

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Praktisch Fiscaalrecht | 9789001899646 | Mr.M.P. Damen

• 1 Belastingrecht in Nederland

  Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is de instrumentele werking van belastingen?

  Bepaald gedrag stimuleren of ontmoedigen om politieke doelstellingen te bereiken.

• Wat zijn de beginselen van belastingrecht?

  1. Draagkrachtbeginsel
     
  • wordt ingevuld door:
  • vrijstelling vermogen per inkomen waardoor bij een hoger inkomen meer belasting wordt betaald.
  • een heffingskorting voor alleenstaanden of jong gehandicapten zodat zij minder belasting hoeven te betalen. 
  2. profijtbeginsel (gebruiker betaalt);
  3. vervuiler betaalt beginsel.

• Wat zijn de vindplaatsen van het belastingrecht?

  1. Wetgeving;
     
  2. uitvoeringsregelingen-, besluiten;
  3. Europese richtlijnen;
  4. besluiten (resoluties);
  5. Abbb 
  6. jurisprudentie

• Wat is het verschil tussen uitvoeringsregelingen en uitvoeringsbesluiten?

  • Uitvoeringsregelingen ("ministeriële regeling") worden gemaakt door de minister van Financiën (zonder tussenkomst van het parlement), snelste manier;
    
  • Uitvoeringsbesluiten ("Algemene maatregel van Bestuur (AMvB)" hiermee wordt dus het Uitvoeringsbesluit bedoeld) is in het Nederlandse openbaar bestuur het uitvoeringsbesluit behorende bij een wet, en wordt genomen door de Kroon (de regering = koning en minister(raad) met advies van de Raad van Staten) en heeft een algemene strekking (ZONDER PARLEMENT). 

• Bestuurlijke boeten, welke zijn er?

  1. Verzuimboete (lichte variant, ergens niet aan gedacht, geen opzet);
     
  2. Vergrijpboete (bewust niet juist belasting opgeven).

• Om een geslaagd beroep te kunnen doen op het vertrouwensbeginsel. Waaraan moet volgens de jurisprudentie zijn voldaan?

  • Er moet schade zijn geleden door belastingplichtige;
    
  • het niet corrigeren van een verzorgde aangifte kan niet leiden tot een beroep op het vertrouwensbeginsel.

• 2 Formeel belasingrecht

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• 2.1 Materieel en formeel belastingrecht

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Waar is formeel recht te vinden?

  1. Algemene wet bestuursrecht (Awb);
     
  2. Algemene wet inzake Rijksbelastingen.

• 2.2 Woon- en vestigingsplaats, partner

• Wanneer zijn np belastingplichtig?

  • Als zij in NL wonen;
    
  • Als zij niet in NL wonen maar hun inkomen wel in NL verdienen.

• Van wie wordt vennootschapsbelasting geheven?

  Van lichamen die in NL gevestigd zijn.

• 2.3 Aangifte en aanslagen

  Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Cliënt vraagt zich af hoe het doen van aangiftebelasting in zijn werk gaat.

  Men doet aangifte en moet direct het zelf uitgerekende bedrag voldoen (artikel 10 AWR). Volgens artikel 10 AWR moet de betaling gedaan worden na het tijdvak dat de aangifte is gedaan, op een door de inspecteur bepaalde termijn die is terug te vinden in artikel 19 AWR.
  
  Meestal gebeurt de aangifte maandelijks of per kwartaal maar jaarlijks is ook mogelijk.